Plaats: Koperslager en handelaar
Hij is getrouwd met Maria Emilia (Na) Joosten.
Zij zijn getrouwd op 9 januari 1872 te Helden , hij was toen 22 jaar oud.
Kind(eren):
TEXT Date of Import: 31 mrt 2002
GESCHIEDENIS VAN DE FAMILIE THEUNISSEN,
Alle verhalen bij de diverse familieleden zijn vast gelegd door Antoine Theunissen (geboren 28-02-1928) en ontleend aan overleveringen van zijn overleden vader gedurende de tijd dat zij hebben samengewerkt. Verhalen en belevenissen die de moeite waard zijn om vast te leggen. Exacte gegevens zijn later als bijlage opgenomen
Diemen 20 juli 2003
Mijn grootouders:
JOSEPH HUBERTUS THEUNISSEN, geboren op 27 April 1844 te Venlo en overleden op 27 november 1912 te Rotterdam. Hij woonde te Venlo in de Vleeschstraat 875 en was van beroep meester koperslager. Hij was gehuwd op 9 januari 1872 met
MARIA EMILIA(NA) Joosten, geboren in de Gemeente Helden Panningen op 13 juli 1848 en overleed te Venlo op 22 April 1934.
Bij hun huwelijk kregen zij de keuze tussen het erfrecht bij de familie of het accepteren van een bruidsschat. Gekozen werd voor het laatste die bestond uit 7000 gulden (zie hiervoor de geschiedenis van de familie Joosten-Bollen uit Helden Panningen.
Joseph Hubertus Theunissen was lid van de Gemeenteraad van Venlo. Zijn jaar van aftreden was 1893 maar moest eerder vetrekken zoals in de notulen van de raad is vastgelegd op 31 december 1892, Letterlijk staat er vermeld dat hij aan het vereiste voor raadslid niet meer voldeed en augustus 1892 als zodanig is ontslagen.
Hij was in staat van faillissement gekomen omdat hij volgende de overleveringen teveel tijd had besteed aan zijn raadsfunctie en zijn beroep als koperslager veronachtzaamde De familie vertrok hierna naar Rotterdam waar inmiddels de oudste dochter door haar huwelijk was komen te wonen.
Er werden 13 kinderen geboren allen in Venlo
1 ARNOLDUS HENDRICUS H. hij werd geboren op 3 november 1872 en overleed op 21 september 1899. Van hem is bekend dat hij dienst nam in het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger (KNIL) en dat hij vocht in de Atjeh (noord Sumatra) oorlog Tijdens die oorlog werd hij gewond en ter genezing en verzorging naar Benkoelen (Ned.Indie) gebracht. Na zijn genezing ging hij zwemmen in zee en werd door een haai gegrepen. Deze verwondingen heeft hij niet overleefd. Hij had zojuist weer bijgetekend voor 3 jaar en mijn grootvader schreef aan het ministerie of zijn handgeld van 300 gulden al was uitbetaald en dat hij dat bedrag wilde ontvangen. Of dit gebeurd is weet ik niet.
2 JOSEPH ARNOLD K.L., geboren 26 februari 1874 en overleden op 15 me 1900.
Zoals in een goede rooms katholieke familie gebruikelijk was ging tenminste 1 zoon als geestelijke over naar de kerk. Joseph koos voor de missie en overleed als pater lazarist in Chentingfu 9noord China) aan tyfus
3 CHARLES H.J., geboren 1 november 1875 en overleden op 4 juni 1941 in Den Haag, hij was getrouwd met Mien Vos. Charles was op de dag van zijn overlijden bij een zoon in Den Haag op visite en stierf aan een hartaanval nabij een lantaarnpaal die hij nog vast wilde houden. Charles was in hart en nieren beroepsmilitair en kon zich mateloos ergeren aan mijn vader, Antoine sr, die tijdens de mobilisatie in de 1e wereldoorlog er nogal nonchalant bij liep en tijdens bezoeken aan beider moeder in Rotterdam nogal wat verwijten maakte. Antoine sr ontving gretig allerlei buiten model kleding die hij aan zijn collega militairen verkocht
4 BERNARDINA M.geboren 24 juli 1877 en overleden te Venlo op 17 juni 1969.
Bernardine was in eerste instantie verloofd met een JAN-FRANS MUNNICH. Gezien het faillissement van mijn grootvader ging de bruiloft niet door en vertrok zij eveneens naar Rotterdam. Jan-Frans Munnich trouwde met een mejuffrouw Schwuwirt en zij kregen 4 kinderen en wel Ursula, Francisca (Zus genoemd door de familie,) een zoon Frans en weer een dochter Dela.
Aangezien Frans Munnich zijn vrouw jong stierf en een probleem had met de opvoeding van de 4 kinderen naam hij Bernardine in dienst als huishoudster waarna een huwelijk volgde. Dit huwelijk kreeg nog een zoon, genaamd Max.
Frans Munnich Jr. werd gymnastiek leraar in Indonesie en belandde in een Japans gevangen kamp gescheiden van zijn echtgenote en kinderen. Zij heben de oorlog overleefd en zijn nog enige tijd in Indonesie gebleven. Zij woonden toen in Surabaja waar ik ook verbleef en dikwijls op bezoek ging
5 ANNETTE M.H.C. geboren 127 september 1879 overleden op 11 oktober l950 in Rotterdam was gehuwd met PIET J. ROUW, geboren in 1877 en gestorven in 1924. Piet Rouw was kantoorbediende maar er was kennelijk in die periode geen behoorlijk pensioen zodat Annette haar vier kinderen moest opvoeden onder zeer beperkte omstandigheden. Ik kan mij herinneren dat zij in Rotterdam in de Vier Ambachtstraat woonden en mijn vader daar geregeld op visite ging.
Bij ons thuis was er de uitspraak "koek van oom Piet" kennelijk ontleend aan het zuinige beleid en het dunne plakje koek dat je op die visite kreeg. Annette is later bij haar dochter ingetrokken in Rotterdam Hilgersberg.
6 MARIA A.J.H.,geboren 17 september 1881 en gestorven op 18 juli 1934 in Rotterdam zij was getrouwd met PIET C.A.PETERS. Maria, Caroline en Bernardine hadden om aan de kost te komen een dames hoedenzaak en werkten ook als modiste. Deze zaak in de Johan van Oldenbarneveldt straat had een zeer grote faam in Rotterdam en zij vervaardigden hoeden voor de betere stand in Kralingen en Hilgersberg. Oma Theunissen trok later bij hun in. Persoonlijk kan ik mij de zaak nog goed herinneren, vooral een balkon in de winkel waarachter de woning lag. Later werd in dat pand een pianozaak gevestigd. Het pand heeft het bombardement van Rotterdam op 14 mei 1940 overleefd en lag aan de grens van de verwoesting. De persoonlijke verhouding tussen de familie Theunissen en Piet Peters was zeer slecht en na de begrafenis van Maria hebben de broers Theunissen hem de deur uitgezet en zijn toen de nalatenschap ( zonder geld) gaan regelen. Resultaat dat wij thuis nog meubelen kregen, die tijdens de 2e wereldoorlog in de kachel zijn verdwenen, onder andere een zwarte vliegenkast van mahoniehout. (niet de zwarte souvernierkast die nu thuis staat
7 EVERARD M.J. geboren 7 maart 1883, gestorven 14 september 1962 in Leverkusen. Everard was van beroep loodgieter en trok voor de 2e wereldoorlog al naar Duitsland om als onderhoudsmonteur te gaan werken bij de Bayer Werke in Leverkusen (Aspirine). Everard huwde twee keer. Eerst met mevrouw H.WEBER en later met M.REMMEL Uit het eerste huwelijk hadden zij 3 dochters en uit het tweede huwelijk was er 1 dochter. De dochters hebben als bewoners van Duitsland een zeer moeilijke tijd gehad
in de 2e wereldoorlog. De middelste dochter is getrouwd met een Duitser, de andere twee zijn later door mijn oom Alphons naar Nederland gehaald en erfden zijn comestibles zaak in Hilgersberg. Op hoge leeftijd hebben zij de aak wegens gebrek aan opvolging gesloten. De jongste van de twee was verloofd met een soldaat die in de 2e wereldoorlog gesneuveld is.
8 GIEL (GUILLAUME) geboren op3 mei 1884 en gestorven op 19 september 1955 in Hoensbroek hij was getrouwd met LUCY BOHMER. Giel was een beetje het buitenbeentje in de familie. Mij is van hem bekend dat hij in de 1e Wereldoorlog nogal smokkelde en dat hij nadat hij betrapt was als straf boven de Nederlandse rivieren moest gaan wonen om zijn smokkelactiviteiten te voorkomen. Zijn activiteiten in de 2e wereldoorlog zijn ook niet om nar huis te schrijven. Volgens de overleveringen was hij als leerhandelaar, leverancier van de laarzen voor de Limburgse WA (NSB afdeling). Hij is hiervoor wel gestraft maar deed dit samen met zijn zoon Walter. Zij woonden tegenover de ingang van de Staatsmijn Emma en kregen het voor elkaar wanneer er een scheur in hun huis verscheen dit te claimen bij die mijn die alles betaalde. Een keer heb ik ze bezocht met mijn vader. Ik herinnerde mij dat er toen bier werd gehaald in een melkkan. De verhouding van mijn vader met deze broer was zeer matig en op een keer in Amsterdam op de Dam zei mijn vader,doorlopen daar gaat Giel
9 CAROLINE J.M. geboren op 4 maart 1886 en gestorven te Venlo ………Zij was gehuwd met Godefriedes (Frits) H.Meijer.Na haar huwelijk ging zij wonen in Kaatsheuvel waar Frits Meijer als boekhouder werkte bij naar ik aanneem de firma Van Spaendonck. Aangezien mijn vader als lievelingsbroertje gold van Bernardine en Caroline kwamen wij daar nog wel eens en ik kan mij als klein kind herinneren dat ik daar de marmotjes mocht voeren en dat ik altijd grote eierkoeken kreeg met dik boter en suiker. later begonnen zij een kruidenierszaak aan de Enschotsestraat 131 in Tilburg.Om deze winkel wat ondersteuning te geven kregen wij thuis iedere maand een boodschappenmand van 10 gulden die wij best konden gebruiken omdat het ook bij ons niet zo rijk was. Geregeld kwamen wij daar op bezoek en ik heb daar in de oorlog nog meer dan een maand gelogeerd. Grootste attractie was het opplakken van distributiebonnen. Caroline had een hulp van een jong meisje waarvan de vader schilder was en afkomstig uit Oostenrijk. Toen de Duitsers kwamen voelde die veder zich kennelijk geen vluchteling meer en meldde zich als schilder bij de Deutsche Wehrmacht. Van de Ortskommandant mocht hij alle verwijsborden voor de Duitse soldaten in Tilburg en omgeving schilderen. Op latere leeftijd gingen Caroline en Frits wonen bij hun zuster Bernardine in Venlo in het grote huis aan de Burgemeester Van Reijnsingel 48 (in de 2e wereldoorlog Oostsingel) in Venlo. Helaas ging dit niet en kwamen zij in een RK verzorgingshuis in Asten. Gezien hun betrekkelijke armoede heeft hun broer Alphons dit financieel ondersteund en een depot gegeven voor de begrafenis van Caroline. De begrafenis van Caroline was in Venlo op een ijzig koude dag en na de mis in de kerk voelde de geestelijke er weinig voor om mee te gaan. Hij stelde toen voor dat heer neef Han (zoon van Annette) de dienst wel kon voortzetten op de begraafplaats en de priester wees de plek aan waar hij op de begraafplaats zijn attributen bewaarde.
De erfenis van Caroline. Zij had haar zuster Bernardine gevraagd om het geld dat zij in haar bezit had te gebruiken voor het lezen van de H.H.Missen. Bernardine vond in het dressoir 200 gulden. En kwam tot de conclusie dat 100 gulden genoeg was voor die missen en schonk de tweede, honderd gulden aan de naar hun beider vernoemde nichtje Caroline Bernardine Theunissen.
10 M.JOSEPH H.H. geboren op 6 mei 1887 en vermoord, vermoedelijk in Yingtan (China). Joseph voelde roeping om evenals zijn oudste broer de Heer te gaan dienen als missionaris. Als pater Lazarist was hij ondergebracht in een USA missie gebied. Hoewel eerst gedacht werd door een moord door het communistisch bewind mag ook de mogelijkheid niet worden uitgesloten dat hij in het bezit was gekomen van veel geld,vanuit die Amerikaanse missie en dat hij aan bandieten geweigerd heeft dit afstaan. Zijn leven zal ik op latere tijd apart beschrijven, onder andere de zoektocht naar zijn graf door Mieke Theunissen
11 ALPHONS M.J.H, geboren op 18 maart 1889 en gestorven in Rotterdam op 1 februari 1970 Alphons was van beroep kok en heeft een aantal jaren als chef scheepskok op passagiersschepen gevaren. Vervolgens is hij werkzaam geweest in Parijs en heeft daar zijn eerste vrouw.Irene Bovy leren kennen. Irene moet een vrouw zijn geweest van het goede leven en gedroeg zich in zekere zin als parisiene. Kocht veel kleding en veel schoeisel. Na haar overlijden trouwde Alphons met Ans Voogd, die het tegenovergestelde was van Irene en de hand goed op de knip hield. Alphons vestigde zich in Rotterdam (Hilgersberg) en begon een zaak in comestibles en fijne vleeswaren. Bovendien verzorgde hij bruiloften en partijen, in die tijd een unicum. Zo ging hij op bijzondere dagen met zijn keukenmateriaal naar de betere families in Rotterdam om daar in de keuken de diners te verzorgen.. Oudejaarsavond gingen mijn vader en oudste broer Max assisteren om de schotels per taxi rond te brengen. Op latere leeftijd nam hij zijn beide uit Duitsland afkomstige nichten in dienst om zijn zaak over te nemen nadat hij eerst de zaak had aangeboden aan mijn broer Max die er niets voor voelde. Nadat de overige familieleden uit Rotterdam waren vertrokken, ging mijn vader op zondag geregeld bij hem thuis tric trac spelen. Wanneer Alphons won, was hij zeer royaal met het schenken van een borrel zodat mijn vader hiervoor een bepaalde tactiek ontplooide. Het rijke Hilgersberg vond dat er teveel eenzame vrouwen waren en de toenmalige pastoor Mol ging geld ophalen voor een tehuis voor die dames. Het geld kwam er en de dames waren onderdak en gingen en konden daar beter hun beroep als dames van plezier uitoefenen. De bisschop kwam hier achter en pastoor Mol werd voor straf overgeplaatst naar Diemen waar wij hem leerden kennen als de pastoor die aan de kinderen pepermuntjes uitdeelde. Van waar de toevoeging aan dit verhaal. Alphons informeerde altijd naar die pastoor en kon zijn verhaal smeuig vertellen
12 JEAN M.C. geboren op 31 augustus 1890 en een jaar later gestorven. Van dit kind is niets bekend
13 M.ANTOINE CH. Werd geboren 9 maanden na het 25 jarig huwelijksfeest van zijn ouders op 20ctober 1896 en overleden op 4 november 1955 was gehuwd met GINA BOON en had als beroep het verkopen en aanbrengen van advertenties. Zij kregen drie zonen en zijn leven van hem en haar zal ik apart beschrijven.
Joseph Hubertus Theunissen "koperslager" | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1872 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Emilia (Na) Joosten |