Zie bron 5 t.o.v. bron 2 In 5 wordt in de titel Zutphen verworpen en wordt deze Vrouwe van Suchteln!
Zij schonk haar hele erfenis Rees het Süchtelerbos met al zijn toebehoren aan het klooster st. Pantaleon te Koln.
Haar moeder had reeds voor haar ook al een deel hiervan geschonken.
Ook wordt de Heilige Irmingardis samen in akte genoem met Rotbert en zoon Rotbert (van Malsen) Bron Sloet, OB Gelre nr. 179, blz 172 en OB Utrecht nr 223, blz 202.
Ze wordt genoemd in een oorkonde van Aartsbisschop Sigewin van Keulen (1079-1089) als stichter van de kerk in Rees-Haldern en als weldoenster van het kloostercollege in Rees, dat zij voor hun onderhoud rijkelijk met schenkingen voorziet, evenals het klooster St. Pantaleon in Keulen.
Volgens de thans meest gangbare versie van de legende (Vita), die teruggaat op een Keuls devotieboekje uit 1523 [5], maar is doorspekt met oudere historische gegevens die reeds in de Gelderse Kroniek van Willem van Berchen (ca. 1465-1481) voorkomen, leefde Irmgardis als kluizenares achtereenvolgens in slot Aspel (dat zij aan het Keulse domkapittel opdroeg), Suchtelen en Keulen. Ze begunstigde de Keulse abdij Sint Pantaleon en de kerk van Rees.
5 Eyne schone suuerlycke historie. Van der edeler vnd hillyger jungferen sent Jurmgard. Dye geweist ys. Eyn grauyn van Zutfen. Yn dem Gellerschen lande (Keulen 1523), 7 fol., in-4° [herdrukt Keulen 1602, met aflaat]. Latijnse vertaling: De B. Irmgarde Virgine Comitissa Zutphaniae door Constantinus Suysken in: Acta Sanctorum, Septembris, II (Antwerpen 1747; herdr. Parijs & Rome 1868) 270-278 (op 4 sept.)
In 1082 schonk een Irm(en)gardis van Zutphen via haar oomzegger Rupert van een wijngaard aan de abdij Sint Pantaleon, waar haar broer Herman (gest. 1120/21) in dat jaar tot abt was gekozen (Van Spaen 1, 185-186, 191-195; Sloet 1, 186-187).
Herman had tevens aan het hoofd van het Keulse Sint Ursulaklooster gestaan en wordt in (een vermoedelijk latere toevoeging aan) het Necrologium van de abdij graaf van Zutphen genoemd. Volgens het latere Memorieboek van de kerk van Rees zou deze Irmengardis de Heilige een nicht van graaf Otto I van Zutphen zijn.
Er zijn 2 Irmengarde's een overlijdt in ca.1085 en de dochter van haar zus Ermentrudis ook Irmingard genoemd overlijdt ca.1121. De eerste Irmgard verschenkt Rees en Aspel aan de Dom in Keulen ca. 1060/70 en de latere Irmgard verschenkt een Wijngaard en Suchtelen aan de Abdei St. Pantaleon te Keulen waar haar echtgenoot Bruno van Kessel voogd van was, deze laatste wordt ook bij de schenking van de wijngaard van Zutphen genoemd..
De verwarring!!! De proosdij Rees en slot Aspel schonk Irmingard zelf tussen 1056 en 1075 weer aan de dom van Keulen, en Süchtelen aan de abdij Sint Pantaleon te Keulen (Van Spaen [3] Hier voegt Spaen twee schenkingen van verschillende ontvangers samen op een Irmgard als dezelfde persoon Süchtelen bij Rees /Aspel en is de verwarring geschapen!
Bronnen:
2 "Irmgardis van Aspel en Rees", in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland
3 Spaen
4 L.A.J.W. Sloet, Oorkondenboek der graafschappen Gelre en Zutphen tot op den slag van Woeringen, 5 Juni 1288, 2 delen, s-Gravenhage 1872-1876.
5 Annalen des Historischen Vereins fur den Niederrhein, insbezondere die Alte Erzdiose Koln, Erster Jahrgang Erstes Heft. 1855 zweite Abteilung blz 64-79 Ueber die Hl. Irmgardis.
https://commons.wikimedia.org/w/index.php?title=File%3AAnnalen_des_Historischen_Vereins_f%C3%BCr_den_Niederrhein_01_(1855).djvu&page=66
Irmengard (de Heilige) van Süchtelen van Betuwe (Vrouwe van Suchtelen, Erve van Straelen en Stokkem) |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.