De aangifte is gedaan door Elisabeth van Dam, vroedvrouw, 59 jaar, wonende te Amsterdam. Getuigen zijn Christiaan Handigman, kastenmaker, 28 jaar en Johannes Servaas, kastenmaker, 37 jaar, beiden wonende te Amsterdam. Gerardus Jacobus is geboren een maand voor het huwelijk van zijn ouders en had eerst de achternaam van zijn moeder, Cijs. Bij het huwelijk van zijn ouders wordt hij erkend en krijgt de achternaam Dijst.
Tijdstip: 02:00:00
Geboorteadres
Inwonend met dochter J.M. bij zijn ouders
Echtgenote komt te overlijden
Inwonend met zijn dochter J.M. bij zijn ouders
Zij nemen het huis over van zijn broer Hendricus Lambertus.
Huize Sint Jacob
De aangifte is gedaan door Cornelis de Voijs, zonder beroep, 73 jaar, wonende te Amsterdam.
Tijdstip: 04:15:00
(1) Hij is getrouwd met Christina Maria Selter.
Zij zijn getrouwd op 17 augustus 1881 te Amsterdam , hij was toen 22 jaar oud.Bron 8
Getuigen zijn Jan Dirk Selter, broer van de bruid, fabrikant, 34 jaar; Abraham Christiaan Selter, broer van de bruid, timmerman, 26 jaar; Andries Cijs, oom van de bruidegom, metselaar, 54 jaar; allen wonende te Amsterdam. De akter is door de moeder van de bruidegom niet ondertekend, omdat zij niet kan schrijven.
Kind(eren):
(2) Hij is getrouwd met Susanna Elisabeth Duijf.
Zij zijn getrouwd op 21 mei 1885 te Amsterdam , hij was toen 26 jaar oud.Bron 9
Getuigen zijn Pieter Cijs, oom van de bruidegom, varensgezel, 42 jaar; Hendrik Duijf, oom van de bruid, letterzetter, 39 jaar; Abraham Huijser, oom van de bruid, handelaar, 43 jaar; Antonius Wilhelmus Cramer, timmerman, 25 jaar; allen wonende te Amsterdam. De akte is door de moeder van de bruidegom en de vader van de bruid niet ondertekend, omdat zij niet kunnen schrijven.
Kind(eren):
Gerardus Jacobus Dijst wordt op 15-03-1879 opgeroepen voor de Nationale Militie. Op 09-05-1879 wordt hij ingedeeld bij 7e Regiment Infanterie, waar hij op 08-05-1884 wordt ontslagen. Hij is groot 1.60 meter.
Op latere leeftijd krijgt Gerardus Jacobus Dijst een uitkering op grond van de invaliditeitswet.
In de avond van 24 april 1897 gaat Gerardus Jacobus, oud 38 jaar, naar het café van Zevenhuizen op de hoek van de 2e Nassaustraat, waar hij woont en de Nassaukade. Aan het eind van de avond krijgt hij ruzie met de cafébaas Zevenhuizen. Hij is het niet eens met de rekening. Al vechtend komen beiden buiten. Na het vechten gaat Zevenhuizen zijn café weer in. Gerardus Jacobus loopt naar het café en slaat met zijn handen een ruit van het café aan de zijde van de 2e Nassaustraat stuk. Zevenhuizen doet hiervan aangifte. Op 22 juni 1897 wordt Gerardus Jacobus door de rechtbank veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf wegens opzettelijke vernieling.
Op 28 augustus 1898 in de namiddag is Gerardus Jacobus kennelijk op weg naar zijn woning in de de Wittenkade. Hij is dronken en moet hoog nodig plassen. In de de Wittenkade is de Amsterdamsche Chinine (kinine) Fabriek, opgericht in 1882. Om de fabriek staat een schutting en Gerardus Jacobus doet zijn behoefte tegen de schutting. Echter op dat moment komt er een agent langs. Op grond van artikel 51 van de Algemene Politieverordening is het verboden op de openbare te urineren, of zoals het later gaat heten: wild plassen. De agent wil hem hiervoor een bekeuring geven en vraagt hem naar zijn naam. Dat wil hij niet geven en de agent houdt Gerard Jacobus aan en wil hem naar het bureau brengen. Gerardus Jacobus wil dat niet, grijpt de agent bij zijn riem en verzet zich tegen de verbalisant. Uiteindelijk komt hij toch op het bureau en wordt er een proces-verbaal opgemaakt voor "wederspanningheid", (verzet tegen de agent), artikel 180 van het Wetboek van Strafrecht. Op 16 november 1898 wordt Gerardus Jacobus door de rechtbank veroordeeld tot 21 dagen gevangenisstraf.
In juli 1907 dient Gerardus Jacobus een verzoekschrift in voor een vergunning tot verkoop van sterke drank in het klein vanuit zijn woning van Beuningenstraat 122/hs. (Het Nieuws van den dag, 09-07-1907) Zijn nicht Maria Elisabeth (1852) heeft dit zelfde gedaan in 1901.
Op het moment van zijn 1e huwelijk is Gerardus Jacobus onder dienst (milicien) maar als beroep heeft hij hetzelfde beroep als zijn vader: meubelmaker. Dit beroep blijft hij uitoefenen (meubelmaker/kastenmaker/timmerman).
Ook zijn broers Johannes ( 1864), Hendricus Lambertus (1866) en Dirk (1878) zijn van beroep meubelmaker. Zij hadden op de Bloemgracht een bloeiend meubelfabriek.
Hij neemt niet alleen het beroep van zijn vader over, ook zijn gezin krijgt 14 kinderen. Zeven kinderen komen op jeugdige leeftijd te overlijden.
01-1882 geboorte----02-1886 geboorte----07-1890 overlijden---07-1894 geboorte----10-1897 geboorte---1901 geboorte
03-1883 geboorte----02-1888 geboorte----06-1891 geboorte----08-1894 overlijden---02-1898 overlijden--1903 geboorte
06-1883 overlijden---04-1890 geboorte----09-1891 overlijden---06-1896 geboorte--------1899 geboorte---1907 geboorte
09-1883 overlijden echtgenote--------------10-1892 geboorte----08-1896 overlijden---02-1900 overlijden--04-1907 overlijden
Het eerste kind, Johanna Margaretha, wordt geboren drie maanden nadat het huwelijk is gesloten.
Gerardus Jacobus werd op 2 oktober 1867, 8 jaar oud, opgenomen in het Binnengasthuis. Op 25 oktober 1867 werd hij uit het ziekenhuis ontslagen. (bron: gemeentearchief Amsterdam, patiëntenregisters)
Gerardus Jacobus Dijst | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1881 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Christina Maria Selter | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1885 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Susanna Elisabeth Duijf |