Hij is getrouwd met Johanna Dina Witteveen.
Zij zijn getrouwd op 2 september 1949, hij was toen 24 jaar oud.
Kind(eren):
Teunis (roepnaam Teun) groeit op in Apeldoorn aan de Koperweg ??. Verteld wordt dat hij voor zijn diensttijd en trouwen een goede uitgaander is en in alle opzichten zijn mannetje staat. Na zijn diensttijd trouwt hij met Johanna Dina (roepnaam Ans). Elisabeth (roepnaam Bep die later veranderd is in Liesbeth) wordt geboren. Ze wonen in bij vader en moeder Witteveen aan de Elsweg 23. Van oma Dina herinnert Liesbeth zich de fantastische kookkunsten. ("Dat heb ik van mijn oma, zeker niet van mijn moeder.")
Teun gaat werken bij Talens en is daar zijn verdere arbeidzaam leven gebleven. Hij is medewerker van de technische dienst. Teun schoolt zich steeds bij om de ontwikkelingen en vernieuwingen te kunnen volgen. Tussen augustus 1959 en juni 1964 haalt Teun zijn judograden. Zijn hoogste graad is blijkens het bewijs van lidmaatschap blauw, maar hij spreekt zelf altijd over de bruine band. Waarschijnlijk niet geregistreerd. Als Liesbeth 4 jaar is kopen Teun en Ans het huis aan de Willem van Huutweg 16 (later Ovenbouwershoek). In 1959 wordt Herman Jan geboren. Op het huis rust een voor die tijd zware hypotheek. Liesbeth herinnert zich hoe krap men soms moest leven. Vanaf woensdag wordt "uit de kast" gegeten, of worden restanten opgemaakt, tot er zaterdag weer een nieuw loonzakje komt. Ans is haar hele leven huisvrouw gebleven, ze is altijd heel creatief. Ze krijgt last van longemfyseem . Het bemoeilijkt haar dagelijkse dingen als ze niet meer zonder zuurstoffles kan. Ze verhuizen naar een bejaardenwoning aan de Georg Hegelstraat 54.
Teun was gelegerd in de Van Braam Houckgeestkazerne in Doorn. Hij behoorde tot de "Manschappen, rang marinier 1e klasse". Minder bekend is, dat hij voor zijn trouwen in Amerika een vervolgopleiding tot marinier heeft gevolgd. Toen hij daar nog in opleiding was, kwam (in 1946??) de oproep om uitgezonden te worden naar Indië. Dit doorkruist Teuns carriëreplan om als marinier verder opgeleid te worden. In die Indische periode heeft hij veel gruwelijke dingen beleefd. Er lag lange tijd een taboe op, maar zijn contacten met zijn maten uit die tijd (o.a. 'de Blauwe' (Henk ???) uit Otterlo en Dick van de Berg uit Apeldoorn) zijn voor het leven. Een enkele keer spreekt hij over een hinderlaag waarin hun groep gelopen is en waarbij een aantal omgekomen zijn. Daar bleef het bij.
De mariniersoorkonde vermeldt: Teunis van Schaik heeft als Marinier 1e klasse OVW "op trouwe en waardige wijze het Vaderland gediend bij het herstellen van orde en rust in Ned.-Indië na de capitulatie van Japan". Op 15 april 1948 verlaat hij met de boot Soerabaja wegens repatriëring. Hij zwaait dan af bij de 'brigade Goede'. Teun krijgt na zijn terugkeer in Nederland het "demobilisatie insigne Nederlandsch-Indië der Koninklijke Marine". Hij draagt het altijd met trots en is een trouw bezoeker van de oudmariniers-reunie.
Teunis van Schaik | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1949 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Dina Witteveen |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.