Hij is getrouwd met Sijberigien Arents KO(O)Y.
Ze zijn in de kerk getrouwd op 27 november 1763 te Sintjohannesga (Schoterland).Bron 2
Schoterland, huwelijken 1763
Vermelding: Attestatie afgegeven op 27 november 1763
Bruidegom: Hendrik Egberts Dinxterveen
Bruid: Syberigien Arents Koy afkomstig van Sint Johannesga
Opmerking : met attestatie van Dinxterveen
Gestandaardiseerde namen:
Bruidegom: HENDRIK EGBERTS .....
Bruid: en ..... ARENDS KOOI
..... = naam, patroniem of familienaam komt niet voor in de Thesaurus
Bron:
Collectie Doop-, Trouw-, Begraaf- en Lidmatenboeken(DTBL)
Trouwregister Hervormde gemeente St. Johannesga Delfstrahuizen Rohel
Rotsterhaule 1744-1811
Inventarisnr.: DTB 603
Kind(eren):
In het boek De Gietersen in Friesland van dr. Jochem Kroes, vinden we Hendrik Egberts terug. In het overzicht op patroniem vinden we namelijk de volgende regel;
Hendrik Egberts: x Sijbregien Arends Kooij (Koij); 2 k. St.J 1764, 1766; zie ook BOGERTS;
* zoon Egbert Hendriks
(St.J 1764-): x Aaltje Everts Akkerman; 1k. St.J 1788; 1790 van St.J 27 naar Rhaule 2; 1 k. Rhaule 1790; 4 k. St.J 1792-1800; 1795 te St.J 27, gealimenteerd; 1800 te St.J 35.
*zoon Arend Hendriks: x Hendrikje Jans; 3 k. St.J 1793, 1796, 1797; 1800 van Rottum 10 naar Tjalleberd.
Borgerts, Hendrik Egberts: 1780 te St.J. 18, zijn vrouw overleden; 1785, 1790, 1795, 1800 te St.J 18 (gehuwd); zie ook Hendrik Egberts.
Wanneer we de trek van Hendrik Egberts volgen en kijken naar de gegevens die bekend zijn uit die tijd, zoals economische- en sociale omstandigheden, gekoppeld aan de gegevens uit het boek van dr. Jochem Kroes, dan krijgen we het volgende beeld. Hendrik werd dus geboren in Dinxterveen op 27 maart 1740. Ouders nog onbekend. Vermoedelijk trok Hendrik vanuit Dinxterveen naar Sint Johannsga om daar te werken. Het is bekend dat het in die tijd slecht ging met de economie in het westen van Overijssel. In het Friese laagveen gebied werd er rond die tijd begonnen met het turfgraven. Hierdoor begon er langzaamaan een trek plaats te vinden, van Noordwest Overijsselse turfgravers richting het Friese laagveengebied. Op 27 november 1763 trad hij in het huwelijk met Sijbregien Arents Koij uit Sint Johannesga. 28 dagen eerder werd hun eerste kind geboren. Zoon Egbert Hendriks (30 oktober 1763). Egbert staat als geboren geboekt in Rottum. Hoewel hij daar staat ingeschreven is het toch waarschijnlijk dat het gezin toen al woonachtig was in Sint johannesga. Of de geboorte van Egbert Hendriks de reden voor het huwelijk was weten we niet omdat het vaker gebeurde in die tijd, dat kinderen geboren werden voordat de ouders getrouwd waren. In 1765 werd het tweede kind geboren, Roelof Hendriks. Waar het gezin toen woonachtig was is niet bekend. Vermoedelijk in Sint Johannesga. Vreemd is het dat in het patroniem van De Gietersen in Friesland, geen vermelding staat over dit kind. We zouden dus kunnen bedenken dat dit kind dood geboren was. Niets is echter minder waar, want Roelof zou later huwen en minstens vier kinderen op de wereld brengen. maar daarover later meer. Op 2 november 1766 werd het eerste meisje geboren. Matje Hendriks. Het gezin woonde toen in de geboorteplaats van Sijbregien, Sint Johannsga. Van Matje zijn verder nog geen gegevens gevonden. Dat wil nog niet zeggen dat het kind op jonge leeftijd is overleden. In het jaar 1773 werd het laatste kind geboren. Zoon Arend Hendriks. Eveneens te Sint Johannesga. Tussen 1773 en 1780 komt Sijbregien te overlijden. In het patroniem vinden we namelijk onder de verwijzing naar BORGERTS, dat Hendrik Egberts in het jaar 1780, het perceel 18 bewoonde (en vermoedelijk bewerkte) en dat zijn vrouw was overleden. In de jaren 1785, 1790, 1795 en 1800 bewoonde hij nog steeds het zelfde perceel. Achter het jaartal 1800 vinden we echter tussen aanhalingstekens gehuwd. Met wie hij hertrouwde is vooralsnog niet bekend. Het werk van Hendrik Egberts In het boek De Gietersen in Friesland staat veel vermeld over het werk, de werkomstandigheden en de economische- en socialecultuur uit die periode. Daaruit valt op te maken dat er hoofdzakelijk 3 sociale klassen waren. Namelijk de veenbazen (die vaak ook veehouder waren of er een ander beroep bij beoefenden), de turfmakers en de losse veenarbeiders. Hendrik was vermoedelijk een turfmaker. De losse veenarbeiders waren voornamelijk trekarbeiders. Velen waren afkomstig uit Duitsland. Met name uit het gebied rond Münster en Osnabrück. Deze mensen werden ook wel poepen genoemd. De mensen met de achternaam Poepen, stammen waarschijnlijk af van deze groep trekarbeiders. Deze losse veenarbeiders deden voornamelijk het zware baggerwerk in groepen van twee en soms in grotere groepen van zon vijf tot zes man. Eén daarvan baggerde het veen op en de ander spreidde de specie op een legakker. De eerste werd daarom ook wel baggelaar, turftrekker of -spitter genoemd. De tweede werd turf-menger genoemd. De turfmaker verzorgde het aanmaken en het drogen. Tevens verzorgde deze het vervoerklaar maken en laden van de turf. Vaak verzorgde zij ook de huisvesting van de losse arbeiders. De turfmakers behoorde over het algemeen tot de inheemse -Overijsselse- bevolking en ze werden beschouwd als een elite onder de veenwerkers. Zij bewoonde vaak een iets betere huisvesting dan de losse veenarbeiders die in zogeheten poeperstenten woonden. Deze huizen hadden geen fundering en waren van hout opgetrokken. De ruimte van 5 bij 5 meter was bestemd voor zon 12 personen. In het midden brandde een vuur, dat voor ondraagelijk veel rook zorgde. Dat en het grote aantal ongedierte zorgde natuurlijk voor vele ziekten waaronder rheumatische aandoeningen. Vele stierven dan ook op jonge leeftijd. De turfmakers bewoonde een bouwsel dat uit meerdere -twee tot vier- woningen bestond. Een soort van rijtjeshuis dus. Deze huizen waren van iets betere kwaliteit en hielden de warmte meer vast dan de poepetenten. Deze huizen waren echter ook van hout. Later werden deze deels voorzien van een stenen voor- en zijmuur. Deze woningen hadden tevens een voor- en achtervertrek. Het dagloon van Hendrik Egberts zal rond de Fl 1,20 hebben gelegen. Geen onaardig bedrag voor werk in die tijd. Het perceel 18, dat bewoond en bewerkt werd door Hendrik Egberts, was eigendom van Arend Aarsen. Hij was afkomstig uit Overijssel en bezat tevens het perceel 13. We vinden ook nog in de lijst van grondbezitters ene Harmen Klaas van den Berg. Hij bezat perceel 31 en was eveneens afkomstig uit Overijssel (Dinxterveen misschien?) We vinden wel soortgelijke namen in de lijst van Roelof van den Berg enkele paginas terug. Nazaten en/of familie?
We hebben dus, ondanks de geringe gegevens over Hendrik Egberts als persoon, toch een aardig beeld van hem weten te scheppen dankzij de informatie uit het boek De Gietersen in Friesland. Het huwelijk tussen Hendrik en Sijbregjen bracht vier leden voort voor het nageslacht. Met drie zonen wist Hendrik de stamnaam met redelijke zekerheid veilig te stellen.
Egbert Hendriks 1763.
Roelof Hendriks 1775.
Matje Hendriks 1766.
Arend Hendriks van den Berg 1772.
Hendrik EGBERTS (van den BERG) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1763 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sijberigien Arents KO(O)Y |