tussen 7-10-1728 en 7-10-1729
Hij is getrouwd met Susanna Magdalena/EICHENBAUM EIKBOOM.
Toestemming voor het huwelijk is 29 oktober 1774 verkregen te Heerlen.Bron 3
Ze zijn in de kerk getrouwd op 13 november 1774 te Heerlen, hij was toen 45 jaar oud.Bron 3Gratis
Getuigen: Henricus Geilkens en Maria Elisabeth Meelkop.
Kind(eren):
Peter Stahr, cipier in Heerlen, vrijgelaten 1773
Petr. STAHR (1737-) x Heerlen 1774 Susan EIJKEBOOM
Geboren in Impflingen (Elzas).
ZIE VERDER:
LIT. - A.Blok 'De Bokkenrijders' (1991) p. 377 [bekende gegevens]
Volgens de overlevering waren de Bokkenrijders een bende rovers die in de 18e eeuw de Landen van Overmaas (het tegenwoordige Nederlands Zuid-Limburg, Belgische Voerstreek en Land van Herve) evenals de regio rond Luik, de gebieden vlak over de Duitse grens en de Kempen onveilig maakten. De strooptochten waren over het algemeen gericht tegen boerderijen en pastorieën.
De eerste vermelding van de term Bokkenrijders (oude spelling "Bockereyders") komt uit het boekwerk:
Oorzaeke, bewys en ondekkinge van een goddelooze, bezwoorne bende nagtdieven en knevelaers binnen de Landen van Overmaeze en aenpalende landstreeken, geschreven door Sleinada S.J.P. in 1779.
Sleinada was het pseudoniem van Pastoor A. Daniels (lees de naam van achter naar voren). Deze was pastoor van de parochie Schaesberg (d'r Sjeet) tegenwoordig onderdeel van Landgraaf. Hij kende verschillende bendeleden persoonlijk en was goed op de hoogte van de procesvoering[1].
Het verhaal gaat dat de rovers een pact met de duivel hadden gesloten en zich 's nachts op bokken voortbewogen. Zo vertelde een verdachte over de eedaflegging: "dat hij de eed heeft gedaan in het boske achter Wolfhagen, toen aldaer een keertse in een dode hand staande werd aangestoken en op een neusdoek op de grond gezet, en daar naast een dooske waarin een grote en een kleine geconsacreerde hostie, dat hij gedetineerde moest beloven van geen kameraden te beklappen waar het ook zo dat zij zouden gevangen worden en door de tortuur daartoe gedwongen, ten dien einde God afzwerende en de Duivel toe, toen opstekende de twee voorste vingeren en de duim van de rechterhand en zo zij zouden gevangen worden en door de tortuur moesten bekennen en ter dood werden gebracht dat zij alsdan alles zouden herroepen."
Later hebben de Bokkenrijders door allerlei verhalen en de mystiek om de bende een Robin Hood-achtige status gekregen.
In Nederland hield de bende vooral huis in het huidige Zuid-Limburg en vlak over de grens met Duitsland (het voormalige Land van Gulik). Er zijn een aantal periodes te onderscheiden waarin de bende actief was: van 1730 tot 1742, 1749-1750 en van 1751 tot 1774. In totaal zijn er ongeveer 600 mensen berecht en veroordeeld tot de doodstraf door ophanging.
De bekendste leider van de Bokkenrijders was Joseph Kirchhoffs.
Anton Blok, De Bokkerijders, roversbenden en geheime genootschappen in de Landen van Overmaas (1730-1774). (Prometheus, Amsterdam. 1991)
Geboren in 1737 in Impflingen in de Elzas; beroep: dagloner en gevangenbewaarder. Gearresteerd 16 april 1773; in voorlopige hechtenis gesteld op de Landshuize te Valkenburg omdat hij ervan verdacht werd betrokken te zijn geweest bij de ontvluchting van vier gedetineerden, alle leden van de `beruchte Bende', in de nacht van 8 op 9 april 1773; de verdachte was die nacht niet op zijn post geweest en men vermoedde dat hij was omgekocht. Verhoor 16 april; verdachte ontkende. Vonnis 6 mei 1773; ontslag uit detentie, maar diende zich beschikbaar te houden en zo nodig weer te verschijnen.
Peter STAHR | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1774 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Susanna Magdalena/EICHENBAUM EIKBOOM |