ONA Leiden 15-9-1576: Jacob Claesz Colff, oud ca. 53 jaar en zijn huisvrouw Katrijn Jansdr, oud ca. 50 jaar, wonend te Rijnsburg getuigen op verzoek van Ghijsbert Claesz Colff en de kinderen van zaliger Claes Claesz Colff wonend te Woerden. Vijf jaar geleden heeft Wouter Lambrechts zal. van Jacob Claes en Ghijsbert Claes gekocht goederen uit de erfenis die zij verkregen hadden van Aechgen weduwe van Pieter Kerstants, hun zaliger Moeije, waarvan Wouter Lambrechts voor een vierde deel mede rechthebbende was. Het gaat om 2 huijsingen te Rijnsburg en land te Oegstgeest. Het bedrag van 950 kar. gld. plus een losrente is voldaan door Wouter Lambrechts.
Uit een getuigenverklaring in 1576 blijkt dat Wouter Lambrechtsz voor een kwart erfgenaam was in de nalatenschap van de familie Colff. Maritgen was toen waarschijnlijk al overleden.
Zij is getrouwd met Wouter Lambertsz.
Zij zijn getrouwd voor 1538.Bron 3
In het cohier van de goederen van het H.G.-gilde te Rijnsburg van 1538, opgesteld door Mr Pieter Claesz. (Colff), priester, komt voor onder ‘ vuytgheve van alrehande sake’: betaald voor butter aan Maritgen, Wouter Lambrechtsz.s wijf, mijn nicht.
Kind(eren):
Maritgen Claesdr Colff | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
< 1538 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wouter Lambertsz |