Arbre généalogique Van den Aker, Van Eindhoven, Schepens en Verhoeven » Aert Heijmrick Daniel Schepens (< 1477-± 1524)

Données personnelles Aert Heijmrick Daniel Schepens 


Famille de Aert Heijmrick Daniel Schepens


Notes par Aert Heijmrick Daniel Schepens

BP 1247 (Oirschot) okt 1477 – sept 1478 folio 470v
Daniel, Aert, Claes, Goijart en Henrick en Lijsbeth. kinderen van wijlen Heijmerick Scepens en Aleit
Jan Adamss van Berct man van Geertruijt dochter wijlen Heijmerick voornoemd en Aleijt

BP 1249 (Oirschot) okt 1479 – sept 1480 folio 383v
Aert Heijmerick Scepens
Henrick Heijmerick Scepens

BP 1250 (Best) okt 1480 – sept 1481 folio 261v
Aert en Claes zonen van wijlen Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B, periode 1 Jan. 1481 t/m 31 december 1481.
Verschenen zijn Daniel die voor hemzelf handelt, verder Aert, Claes en Goijaert broers, Elisabeth met haar voogd voor henzelf en voor hun broer Henrick en nog Jan Damen van Berckt als man van Geertruid, zijnde allen wettige kinderen van Heijmerick Scepens en hebben een deling gemaakt van het bezit dat ze van hun vader Daniel (rara, heet hun vader nu Heijmerick of Daniel?, JT) en hun moeder Aleijt hebben geerfd.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B, periode 1 Jan. 1481 t/m 31 december 1481.
Aert Dirck Seijkens belooft aan Aert Heijmerick Scepens die per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar 20 peters te betalen, elke peter tegen 18 stuivers, en op elke Maria Lichtmisdag een rente van 10 lopen rogge, maakt samen dan 20 lopen rogge. Getuigen Rutger Goessens en Goessen. (geen datum vermeld, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1482 t/m 31 december 1482.
Dirck Aert Ennekens heeft als schuldenaar beloofd om aan Aernt Heijmerick Schepens die per a.s. Maria Lichtmisdag 12 peters te betalen, elke peter gerekend tegen 18 stuivers, samen met 10 lopen rogge, maat Oirschot. Datum 24 maart 1482, getuigen Daesdonk, Herzel, Maes en Peter Gielis.

Aert zoon wijlen Heijmerick Schepens staat toe dat Dirck de pacht van een half mud mag aflossen, maat van Oirschot, zoals hij aan Aert had beloofd in schepenbrieven van Den Bosch, tegen betaling van 12 peters, elke peter tegen 18 stuivers, samen met de volle pacht en achterstand. Actum als boven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1482 t/m 31 december 1482.
Komen zijn Aert, Claes en Goijaert als kinderen van wijlen Heijmerivk Schepens, voor henzelf handelend en voor hun zusters Henrick en Lisbeth, en verkopen met schepenbrieven aan Aert Jacop Smollers die een pacht van 1 mud rogge, maat van Oirschot, welke pacht Claes en Henrick als zoons van Jan Smollers hadden beloofd aan Claes van Lieshout, steeds te betalen op St. Jacopsdag uit al het bezit dat hun vader Jan hen had nagelaten, waar dat ook gelegen is etc. Die pacht had Claes van Lieshout verkocht aan Daniel natuurlijke zoon van Daniel Crommen, welke Daniel was verwekt bijde zuster van genoemde Claes (van Lieshout, JT) en welke pacht de verkopers van hun grootvader hadden geerfd. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen, ook namens de erfgenamen van Daniel natuurlijke zoon van Daniel van Lieshout (dus is Daniel Crommen senior de zelfde als Daniel van Lieshout, JT). Datum 25 juni 1482, getuigen Vlierden en Oudenhoven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B periode 1 Jan. 1482 t/m 31 december 1482.
Komen is Huijbrecht zoon wijlen Peter van Gestel en verkoopt met een schepenvonnisbrief aan Henrick, Aert en Goijaert, broers en aan Lisbeth, zijnde kinderen van wijlen Heijmerick Schepens, twee stukken land en een beemd gelegen in herdgang Aerle in de Gielenrijt daar, b.p. Dirck van Aerle, de koper, de erfgenamen van Joerden Cleijnael, Dirck Hoppenbrouwer. Die percelen had Huijbrecht verkregen vanwege een betalingsachterstand voor 12 mud rogge, maat van Oirschot. De verkoper belooft alle lasten af te handelen. Als de koper het bezit met recht wordt ontnomen (men vreest voor vernadering blijkbaar, JT) dat moet Huijbrecht een bedrag van 35 peters terugbetalen, elke peter tegen 18 stuivers. Datum …., getuigen …. en Daesdonk.

R.A. Oirschot, inv. nr. 124B, periode 1 Jan. 1485 t/m 31 december 1485.
Verschenen is Peter Wouters van der Meijen en heeft beloofd om aan Aernden Scepens ten behoeve van diens broer Henrick die voortaan een mud rogge te gaan betalen, steeds vervallend op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Sleebosch, groot ca. 4 lopenzaad, gelegen in herdgang Straten, b.p. meester Aert van Weijlhuijsen, Jan Dircks die men ook wel Bollen noemt en diens kinderen, Dirck Dirck Hoppenbrouwers, Wouter van Heerbeeck. Peter belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de pacht. Er mag na 4 jaar worden afgelost maar niet eerder tegen betaling van 27 peters van elk 18 stuivers per stuk. Datum 11 september 1485, getuigen Haest en Ansem. (rest van het blad is blanko, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1486 t/m 31 december 1486.
Aert zoon wijlen Dirck Faes (Bierkens ofwel de Cuijper, JT) belooft aan Aert, Claes, Henrick, Goijaert en Lisbeth kinderen van Heijmerick Schepens die voortaan een pacht van 1 mud rogge te gaan betalen, maat Oirschot, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Braeck, groot 9 lopenzaad gelegen in herdgang de Notel, b.p. Peter Laenen, de verkoper. Datum op St. Laurentiusdag (=10 augustus, JT) 1486, getuigen Vlierden, Ansems en Snellaerts.

Aert uit de vorige akte mag de pacht aflossen tegen betaling van 28 peters, elke peter gerekend tegen 18 stuivers, samen metde volle termijn etc.

Voetnoot :
Is door mijn Jaspar van Esch doorgehaald met instemming van partijen. Datum Maria Geboortedag 1509, getekend : Jaspar van Esch (met fraaie handtekening, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1486 t/m 31 december 1486.
Aert Thoames van de Venne, Henrick Hoppenbrouwers, Loijch van Hersel, Aert Schepens, Henrick Lebbens, Aert Vos, Gielis Lucas van de Schoet en Willem van der Vloeten als gedeputeerden voor de gemeente Oirschot, beloven namens de gemeente aan heer Willem van Petershem, priester ten behoeve van de wettige kinderen van heer Ricalt van Merode, ridder, een jaarlijkse rente van 5 rijnsguldens, steeds op Maria Lichtmisdag te betalen door deze achtmannen of door diegenen die dan in funktie zijn namens de inwoners van Oirschot. Datum 13 februari 1486, getuigen Vlierden, Ansems en meerdere.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1487 t/m 31 december 1487.
Dirck Willem Cuijpers belooft Aert Schepens die per a.s. Maria Lichtmisdag een bedrag van 9 peters te betalen, elke peter tegen 18 stuivers, samen met 4 lopen rogge als rente, maat van Oirschot. Datum op St. Assuntationisdag, getuigen Dijck, Dircks en Crom.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A periode 1 Jan. 1487 t/m 31 december 1487.
Komen zijn Daniel, Henrick, Aert en Goijaert, broers en kinderen van Heijmerick Schepens van Lieshout, voor henzelf handelen en voor Claes en Lisbeth zijnde hun broer en zuster, en verkopen met schepenbrieven van Oirschot aan Joerden Ansems van Lieveld ten behoeve van de tafel van de H. Geest te Oirschot, een pacht van 4 lopen rogge maat van Orischot, welke pacht Dirck Willem Huijpermans had beloofd aan Aert Henrick Smeets, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op onderpand van een zesterzaad land genoemd de Braeck, gelegen in herdgang Straten, b.p. Jacop Goessens, Wouter van den Grotenhuijs, de straat, Ermgaert de vrouw zijnde van Willem Huijpermans. Die rogpacht hadden ze geerfd van hun oom Henrick Aert Smeets zoals ze zeiden. De verkopers beloven alle lasten van hun kant af te handelen. Datum 15 februari 1487, getuigen Crom en Dijck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A, periode 1 Jan. 1488 t/m 31 december 1488.
Willem zoon wijlen Jan Gerard Elias van Wintelre belooft aan Aert Heijmerick Schepens die een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar te gaan betalen, steeds op Allerheiligendag op onderpand van een stuk land groot 4 lopenzaad genoemd de Mercelisakker (?) gelegen in herdgang Aerle, b.p. Gielis Crijns en diens broer Wouter, Lambrecht van Berze, Dirck van Aerle, de verkoper zelf (=Willem, JT). De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 18 juni 1488, getuigen Haest en Aert Thomaessen.

R.A. Oirschot, inv. nr. 125A, periode 1 Jan. 1488 t/m 31 december 1488.
Mercelis Willems van der Achter belooft aan Aert Heijmerick Schepens die voortaan een jaarlijkse rente van 2 rijnsguldens te betalen, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd dat Hasegeloekt, gelegen in herdgang Aerle, b.p. Willem Peperkorens, Heijn de Crom, de Haagstraat, de gemeenschappelijke straat. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 19 oktober 1488, getuigen Aert Thomaes en Aert Vos.

BP 1258 (Oirschot) okt 1488 – sept 1489 folio 220r
Aert Heijmerick Scepens

BP 1258 (Best) okt 1488 – sept 1489 folio 186v
Aert Hemerick (Heijmerick) Scepens van Oirschot

R.A. Oirschot, inv. nr. 125B, periode 1 Jan. 1490 t/m 31 december 1490.
Willem Jan Gerarts heeft beloofd om aan Aernden Scepens die voortaan een jaarlijkse rente van anderhalve rijnsgulden te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar, op onderpand van een stuk land genoemd de Mercelisakker, groot ca. 11 lopenzaad, gelegen in Oirschot herdgang Aerle, b.p. Gerart Mercks, Henrick van Best, Gerard Willem Stijnen, Henrick Thomas van den Snepschuet. Hij belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Actum als boven.

BP 1260 (Oirschot) okt 1490 – sept 1491 folio 89v
Aert Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 125B, periode 1 Jan. 1491 t/m 31 december 1491.
Jan Wouters van de Loo heeft aan Arnden Schepens die een pacht van een half mud rogge beloofd, maat van Oirschot, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag en per a.s. Maria Lichtmisdag slechts 4 lopen, op onderpand van een stuk beemd gelegen op de Sengdonck, groot ca. een halve bunder, b.p. Neel Deenen, .... van de Maerselaer, Merten Verloes, de gemeijnte. Datum als boven, getuigen Claes en Hagelaer.

BP 1260 (Best) okt 1490 – sept 1491 folio 37v
Aert Heijmerick Scepens

BP 1260 (Best) okt 1490 – sept 1491 folio 210v
Aert Heijmerix Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 125B, periode 1 Jan. 1492 t/m 31 december 1492.
Henrick en Goijaert broers en hun zuster Lisbeth, kinderen van wijlen Heijmerick Scepens, geven hierbij machtiging aan hun broer Aernt om al hun vorderingen etc. te innen. De machtiging geldt tot wederopzeggen en de gemachtigde moet later wel rekening en verantwoording afleggen. (geen datum en geen getuigen vermeld, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 125B, periode 1 Jan. 1492 t/m 31 december 1492.
Wouter Willem Wouters die men ook wel Wouter Colen noemt, verkoopt met een schepenbrief van Oirschot aan Aernden Heijmerick Scepens die een pacht van 2 lopen rogge, maat van Oirschot welke pacht Jan Willem Wouters aan zijn broer Wouter had beloofd, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag, op onderpand van een huuis, tuin etc. gelegen in herdgang Straten, b.p. Gijsbrecht Henrick Hoppenbrouwers, Willem van Haren, de gemeijnte. Wouter als verkoper belooft deze overdracht altijd gestand te zullen doen en alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum op St. Maartensdag 1492, getuigen Aelbrecht en Esp.

BP 1262 (Best) okt 1492 – sept 1493 folio 312r
Aert Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1493 t/m 31 december 1493.
Peter zoon wijlen Willem Vos verwekt bij Mechteld dochter van wijlen Peter van Gestel heeft beloofd om voortaan aan Aernden Heijmerick Schepens die een pacht van 16 lopen per jaar te gaan betalen, maat van Oirschot, steeds met Pinksteren en voor de eerste keer per a.s. Pinksteren, op onderpand van zijn kindsdeel dat hij heeft geerdf, waar zich dat bezit ook bevindt. Datum 15 mei 1493, getuigen Dirck en Jacop.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1493 t/m 31 december 1493.
Aernt Heijmerick Schepens heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met schepenbrieven van Oirschot inzake een pacht van 2 lopen rogge per jaar, maat van Oirschot die 5 jaar achterstallig is, welke pacht Jan Daniels van Berckt verklaard had in een schepenbrief van Oirschot dat hij die schuldig was volgens inhoud van een testament van Henrick de Smit, op onderpand van een beemd genoemd de Grootdonksbeemd, b.p. Henrick Gijben, verder rondom inde gemeijnte volgens de schepenbrief d.d. 12 maart 1481. Rutger de vorster heeft de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Claes Schepens . Datum 10 september 1493, getuigen Jacop en Rutger.
Voetnoot :
Anno 1500 heeft Claes het bezit weer doorverkocht aan genoemde Aernden en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 30 maart 1500, getuigen Jacop Henricks en Caerle.

BP 1265 (Best) okt 1495 – sept 1496 folio 313r
Aert Heijmerick Schepens

BP 1265 (Best) okt 1495 – sept 1496 folio 470v
Aert Heijmerick Scepens

BP 1265 (Best) okt 1495 – sept 1496 folio 493v
Aert Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.
Claes Heijmerick Scepens verkoopt nu aan zijn broers, Aert, Henrick en Goijaert en aan zijn zuster Lisbeth een huis, tuin etc., groot ca. een zesterzaad gelegen in herdgang Straten, b.p. Aert van Seelst, de straat. Nog verkoopt hij zijn deel in een akker genoemd de Tiendeloze akker en verder doet hij afstand van alle andere rentes, pachten etc., welk bezit Claes was toebedeeld in een brief. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 13 januari 1497, getuigen Rutger en Crom.

Genoemde Claes doet nog afstand ten behoeve van Henrick Heijmerick Scepens zijn broer, inzake een stuk land groot ca. 5 en een halve lopenzaad, gelegen in herdgang Straten, b.p. heer Aert de Crom, Willem Goijaert Beckers, Marcelis Jan Eessen, Aert van Seelst, Gijsbrecht Gijsbrecht Hoppenbrouwers. Daaruit moet hij jaarlijks 3 mud rogge betalen aan de H. Geest van Oirschot en anderhalve stuiver chijns aan Willem Hinckaerts. De verkoper belooft verder alle andere lasten van zijn kant af te handelen. Actum als boven.

Claes Heijmerick Schepens en Aert zijn wettige broer hebben afstand gedaan (akte is niet afgemaakt en doorgestreept, JT)

Claes Heijmerick Schepens uit de vorige akte heeft afstand gedaan van zijn aanspraken ten behoeve van Jan Janssen van Best inzake een stuk beemd genoemd de Nageldonk, gelegen in herdgang Straten, ter plaatse genoemd de Nageldonk, b.p. Gerart Jan Gerarts, Wouter Willem Colen, de gemeijnte. De koper moet hieruit jaarlijks een Philipspenning betalen. De verkoper belooft alle andere lasten van zijn kant af te handelen. Actum als boven.

Claes, Aert, Henrick, Goijart en Lisbeth uit de vorige aktes (kinderen Schepens, JT) hebben afstand gedaan van hun aanpspraken ten behoeve van Gerart Jan Gerarts inzake de helft van een beemd die nog onverdeeld is, genoemd het Elsbroek, waarvan Daniel Schepens de andere helft heeft, gelegen in herdgang Straten in het Quinckersche Broek daar, b.p. Jacop Smollers, de gemeijnte, Willem Goijaert Beckers, meester Aert van Weijlhusen. Daaruit moet hij het vierde deel van een oude grote betalen en de verkopers zullen verder alle lasten van hun kant afhandelen. Datum 15 januari 1497, getuigen Stayakker en Brouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1498 t/m 31 december 1498.
Daniel en Aert, broers en kinderen van wijlen Heijmerick van Lieshout die men ook wel Schepens noemt, verkopen nu aan Gerard van Heessel een bunder heiveld gelegen op de Eckensrijth bij het erf van de kinderen van Henrik van de Venne en de kinderen van Jan Wolfs zoals ze zeiden. De verkopers mede namens de andere erfgenamen beloven alle lasten van hun kant af te handelen, behalve de grondchijns en behalve de ´gebuurchijns´ van Oirschot. Datum 19 maart 1498, getuigen Joerden en Leeuw.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1498 t/m 31 december 1498.
Aert Heijmerick Scepens heeft beloofd om aan Peter Pels die per a.s. St. Servaasdag in mei in Den Bosch, die 7 lopen rogge te leveren en nog 14 rijnsguldens en 5 stuivers te betalen vanwege een stuk land genoemd de Mercelisakker. Datum op een van de Pinksterdagen 1498, getuigen Snepschuet en Leeuw die het aandroegen.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1498 t/m 31 december 1498.
Aernt Heijmerick Scepens heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met een schepenbrief van Oirschot inzake zijn achterstallige vordering over een pacht van anderhalf mud rogge per jaar die 4 jaar achterstand heeft, welke pacht Willem Jan Gerarts eerder had beloofd aan genoemde Aernt, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Mercelisakker, groot ca. 11 lopenzaad, gelegen in herdgang Aerle, b.p. Gerard Marcelis, Henrick van Best, Gerard Willem Stijnen, Henrick Thomas van den Snepschoet, volgens de brief d.d. 24 december 1490. Maes Gielis heeft de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Goijaert Heijmerick Scepens voor de achterstalligheid. Het bezit is ook in Den Bosch gepubliceerd geweest. Datum 19 augustus 1498, getuigen Snepschuet en Leeuw.

BP 1267 (Best) okt 1498 – sept 1499 folio 355r
Aert Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1499 t/m 31 december 1499.
Goijaert Heijmerick Scepens verkoopt met een schepen- en vonnisbrief aan Gerart Gerart Mercks die een stuk land genoemd de Mercelisakker, groot ca. 11 lopenzaad, gelegen in herdgang Aerle, b.p. Gerart Gerart Mercks, Henrick van Best, Gerart Willem Stijnen, Henrick Thomas van den Schoet. Dat perceel had Goijart zelf gekocht van Maes Gielissen en Maes had het laten uitwinnen als gemachtigde voor Aert Heijmerick Scepens. De verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 24 februari 1499, getuigen Peter en Jans Vloten. ( is in feite een belening, zie hierna, JT)

Aernt Heijmerick Scepens ( is Goijaert uit de vorige akte, JT) heeft verklaard dat Gerart Gerart Mercks op Maria Lichtmisdag altijd een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar aan hem kan aflossen, welke rente Willem Gerarts eerder had beloofd aan genoemde Aernt, steeds op Maria Lichtmisdag te betalen op onderpand van het bezit dat Gerart Gerat Mercks vandaag heeft gekocht, tegen betaling van 24 gouden rijnsguldens. Datum 24 februari 1499, getuigen Vloeten en Hoppenbrouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1499 t/m 31 december 1499.
Goijaert Jans Riemslegers verkoopt aan Aernt Heijmerick Scepens een stuk beemd gelegen in herdgang Verrenbest, genoemd de Nijenbeemd, b.p. de gemeijnte, Willem Jacop Keijmps, Dirck Lucassen, Frank Vermeer, de kinderen van Coppen Jacops, Jacop Jacop Keijmps. Hieruit moet de koper jaarlijks de grondchijns betalen van ca. een halve brasdenarius. De verkoper belooft verder alle lasten van zijn kant af te handelen. Datum 18 maart 1499, getuigen Jan Henrick en Hoppenbrouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1499 t/m 31 december 1499.
Dirck Janssen van der Heijden heeft beloofd aan Arnden Heijmerick Scepens die voortaan een rente van 23 stuivers en een oort te zullen betalen, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land genoemd de Printheester gelegen in herdgang Naastenbest, b.p. Hap Goijaert Keijmps, Lijsken Simons, Jan Willem Jacops, de straat. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 25 augustus 1499, getuigen Joerden en Jacop.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126, periode 1 Jan. 1500 t/m 31 december 1500
Aert Heijmerick Scepens verkoopt aan Gerard Gerard Mercks die een perceel dat hij eerder had gekocht van Willem Goijaert Beckers, en genoemde Willem had laten uitwinnen met schepenbankvonnis van Oirschot en waarvan Aert de koop had verkregen. Aert doet nu afstand van het bezit ten behoeve van genoemde Gerart en de verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen, behalve de rechten die Aert daar in behoudt volgens de vonnisbrief ervan. Datum 5 april 1500, getuigen Jacop en Aelbrechts.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126, periode 1 Jan. 1500 t/m 31 december 1500
Henrick Gijsbrecht Hoppenbrouwers, Aert Scepens, Daniel Scepens, Henrick van Best, Gijsbrecht Henrick Hoppenbrouwers, Wouter Keijmps, Jan Wouters van de Loo, Gerart Peters, Corsten Gielis Crijns en Willem Bierkens, geven hierbij namens henzelf en namens de andere inwoners van herdgang Aerle, machtiging aan Goijaert Gijsbrecht Hoppenbrouwers om geld voor hen op te nemen zijnde een bedrag van 40 Rijnsguldens en daarna de jaarlijks rente ervan te betalen. Dat geld zal besteed worden voor de gezamenlijke inwoners en zal later omgeslagen worden over de inwoners als ze dat bedrag willen aflossen. Zij zullen ook alle kosten hiervan helpen dragen in de vorm van een burenbijdrage. Datum de andere dag na St. Laurensdag 1500, getuigen Thomas en Dirck.

BP 1269 (Best) okt 1500 – sept 1501 folio 203v
Art Heijmerick Scepens

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1501 t/m 31 december 1501.
Jan natuurlijke zoon van Lambrecht van Berse belooft aan Aert Heijmerick Schepens die voortaan jaarlijks een rente van een rijnsgulden te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag over een jaar op onderpand van een beemd gelegen in herdgang Aerle aan de Grootdonk daar, b.p. Gielis Lucas, Jenneken Gortters, Jan Mathijssen. Datum 19 januari 1501, getuigen Leeuw en Cremer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1501 t/m 31 december 1501.
Dirck henrik Moermans belooft aan Aert Heijmerick Schepens die voortaan jaarlijks een mud rogge te gaan betalen, maat van Oirschot steeds op Maria Lichtmisdag te voldoen op onderpand van een huis, tuin, etc. gelegen in herdgang Spoordonk, groot een half mudzaad, b.p. Gerard Jan Peters, de erfgenamen van Jan Moermans, Dirck Henrick Dircks, de erfgenamen van Jan Willem Cortten, Jacop Ansems, de straat. Datum 15 juni 1501, getuigen Snepschuet en Leeuw.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1501 t/m 31 december 1501.
Aert Heijmerick Schepens als gemachtigde voor Henrick de Crom heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met schepenbrief van Oirschot inzake (volgen enkele blanko regels, JT). Melis Peters hefet de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Dirck Aert Seijkens voor 18 peters en 12 stuivers en de kosten van de procedure. Datum 9 oktober 1501, getuigen Willem Henricks en Gijsbrecht de Cremer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1501 t/m 31 december 1501.
Jan de Becker belooft aan Aert Heijmerick Schepens die voortaan een rente van 20 stuivers per jaar te gaan betalen, steeds op St. Gielisdag op onderpand van de helft van een beemd genoemd de Paeljaert gelegen aan de Verdonk en aan de Bodemsteegde, b.p. rondom in de gemeijnte. Datum 28 mei 1502, getuigen Jacop en Goijaert.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1503 t/m 31 december 1503.
Daniel Daniel Lanen belooft aan Aert Schepens ten behoeve van Henrick de Crom die 8 lopen rogge te betalen per a.s. St. Petrusdag in februari. Datum als boven, getuigen Crom en Goijaert van den Doren.
In marge :
Een halve stuiver betaald aan de klerk.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1503 t/m 31 december 1503.
Wouter zoon wijlen Goijaert Keijmps als weduwnaar van Henrica Gielis Crijns, doet afstand van zijn recht van vruchtgebruik ten behoeve van zijn wettige kinderen Goijaert en Heijlwig verwekt bij genoemde Henrica. Lasten uit dat bezit zijn 2 stuivers en 3 oort als grondchijns, 2 mud en 10 lopen rogge per jaar aan Katarijn van der Hoven in Den Bosch, een mud rogge per jaar aan Peter Biekens, anderhalf mud rogge per jaar aan Aernt Schepens, 3 en een half pond paijment per jaar aan Goijaert van Onstaden, 2 pond paijment aan Henrick van Son in Den Bosch en nog 8 en een halve stuiver per jaar aan Aert Monnicks. Zijn kinderen beloven de rentes en pachten zodanig te betalen dat hun vader Wouter en diens bezit daarvoor verder gevrijwaard zijn. Datum 26 april 1503, getuigen Crom en Thomas.

R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1503 t/m 31 december 1503.
Schepenen van Oirschot verklaren hierbij plechtig dat Cornelis Smeeds als beheerder van het gasthuis van Oirschot, met een schepenbankvonnis van Oirschot bepaald bezit had laten uitwinnen voor een jaarlijkse pacht van een half mud die anderhalf mud rogge achterstallig was. Daarop heeft Cornelis dat bezit in de stad van Den Bosch laten publiceren volgens de certificatie van Claes Pels als dienaar voor de stad Den Bosch, welke brief wij hebben gezien en daarna heeft Cornelis na een zondagse oproep hiertoe, een stuk land laten veilen, groot 4 lopenzaad, gelegen in herdgang Verrenbest, dat eerder in bezit was van Peter Keijsers en daarna van Goijaert Jan Riemslegers als man van Katarijn dochter van genoemde wijlen Peter Keijsers en thans ongebruikt ligt zoals hij zei, b.p. Gerard Geerlicks, Bertelmeeus van Beerwinkel, Gerard Jan Cuijpers, Jan Moij. Daarvoor heeft Cornelis zetting gehouden in herberg in de Bonte Os te Oirschot om het tegen het hoogste bod te verkopen. Daarbij is gekomen Aert Heijmerick Schepens en heeft een bod uitgebracht van een half mud rogge ten behoeve van het gasthuis en anderhalf mud achterstand en de kosten van de procedure, die er op zijn gemaakt of nog op gemaakt zullen worden en ook de kosten van het verteer. Omdat er verder niemand is geweest die er meer voor wilde bieden, is de koop gegund aan genoemde Aert, die er ook een gezegelde brief van wil hebben. Datum 11 september 1503, getuigen Crom en Brouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1504 t/m 31 december 1504.
Aernt de Nagelmaker heeft beloofd om voortaan aan Aert Heijmerick Schepens die een rente van 20 stuivers te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een huis, tuin etc. gelegen in herdgang Straten, b.p. de gemeenschappelijke straat, Gielis Hoppenbrouwers, Heijn van best. De schuldenaar belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 8 april 1504, getuigen Cremer en Leeuw.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1504 t/m 31 december 1504.
Aert Heijmerick Scepens heeft zijn achterstallige vordering aangetoond inzake een pacht van anderhalf mud rogge per jaar, die 2 mud min 4 lopen achterstallig is uit een pacht van 2 mud rogge, welk pacht Wouter Goijaert Keijmps eerder had beloofd aan Jan Ansem Loijen, op onderpand van een stuk beemd en heiveld, dat Wouter van Jan had gekocht voor die 2 mud rogge, gelegen in herdgang Aerle, genoemd dat Maerselaer, b.p. de kinderen van Gijsbrecht Dirck Hoppenbrouwers, de straat, Merten Verloes, volgens een brief d.d. 20 oktober 1495. Melis als vorster heeft de uitwining verzorgd en de koop is gegund aan Jan Daniel Schepens voor de achtersatlligheid etc. Jan heeft het bezit in Oirschot laten veilen in de herberg van Gielis Hoppenbrouwers en toen is er Wouter Thijssen (Baks, JT) gekomen en die heeft er een half lopen rogge per jaar meer voor geboden en heeft daarna de koop verkregen. Datum op donderdag Sacramentsdag (?) 1504, getuigen Leeuw, Hoppenbrouwer en Cremer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1504 t/m 31 december 1504.
Aert Heijmerick Schepens als gemachtigde voor Henrick Meeus Crommen heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met een dokument van huwelijkse voorwaardes en andere schepenbrieven van Oirschot inzake een pacht van 2 mud rogge per jaar, die Alaert Wuest bij de huwelijkse voorwaardes had beloofd aan Claes Heijmerick Schepens met Heijlwich natuurlijke dochter van genoemde Alaert, op onderpand van al zijn bezit, zowel roerend als onroerend zoals dat dokument daarover inhoudt, opgemaakt door heer Henrick Belaerts, priester d.d. 4 juni 1480 des voormiddags om 10 uur. Daarop heeft de heer (de schout namens de heer, JT) een onderpand geleverd zijnde een stuk beemd genoemd ´t Tregelaer gelegen achter Oudenhoven daar, b.p. de kinderen van Onstaden, de gemeijnte, Joerden de Hoppenbrouwer. Melis Peters al vorster heeft de uitwinning verzorgd en de koop is gegund aan Claes Schepens voor de achterstalligheid en de kosten van de uitwinning. Het bezit is ook in Den Bosch gepubliceerd geweest volgens een vidimusbrief. Datum 10 mei 1504, getuigen Colen, Cremer en Hoppenbrouwer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1505 t/m 31 december 1505.
Peter Gijsbrecht Denis heeft beloofd om voortaan aan Aernt Heijmerick Schepens die een jaarlijkse rente van 2 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag op onderpand van een beemd genoemd dat Raesbroek gelegen in herdgang Naastenbest, b.p. Katarijn van den Gruijthuijs, de gemeijnte. Datum op St. Paulusdag in januari 1505, getuigen Gielis en Aelbrecht.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1506 t/m 31 december 1506.
Bertelmeeus Willems van der Rijt (soms Colen genoemd, JT) verkoopt aan Aert Heijmerick Schepens die een pacht van 2 mud rogge uit een pacht van 6 mud en 11 lopen, welke pacht Corsten zoon wijlen Daniel Lanen eerder aan genoemde Bertelmeeus had beloofd, steeds op Maria Lichtmisdag te betalen op onderpand van een huis, tuin etc. groot 4 lopenzaad, gelegen in herdgang de Notel, b.p. Aert Jacop Smollers, Mathijs Gerard Mathijssen, de gemeenschappelijke straat. Nog op onderpand van een stuk land groot 5 lopenzaad, b.p. Willem Goijaert Beckers, Adriaen Goijaert Smollers, Henrick Gijsbrecht Hoppenbrouwers, de gemeijnte. Nog op onderpand van een stuk land gelegen in de hoeve van Heijlwig Smollers, groot 22 lopenzaad, b.p. Mathijs Gerard Mathijssen, Gijsbrecht Dirck Hoppenbrouwers, Aert Jacop Smollers, de gemeijnte. Datum 25 januari 1506, getuigen Beertken en Aert Smollers.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1506 t/m 31 december 1506.
Aert Heijmerick Schepens hen een goede afrekening en verantwoording heeft gedaan van de inkomsten en het bezit van genoemde Henrick de Crom en Heijlwig en dat Aert altijd wanneer hij ontvangsten heeft gehad, dat geld nooit langer dan een of twee nachten in zijn beheer heeft gehad maar het geld direckt aan Henrick of Heijlwig heeft overhandigd. Ze willen ook dat niemand anders dan deze Aert na hun beider dood, afrekening van hun bezit zal doen en geven Aart daarvoor kwijting etc. Indien iemand van de erfgenamen van Henrick of Heijlwig hiertegen in verzet komt, dan zal die worden ontroofd van zijn of haar erfdeel in het bezit dat Henrick en Heijlwig in hun testament etc. zullen nalaten. Datum op St. Leonardusdag 1506, getuigen Aert en Beeck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1507 t/m 31 december 1507.
Peter Wouter Raijmakers heeft beloofd aan Mechteld en Margriet ten behoeve van henzelf en ten behoeve van hun broer Jan, alle wettige kinderen van Marcelis van der Achter, dat hij jaarlijks voor hen aan Aert Schepens een rente van een rijnsgulden zal gaan betalen uit een rente van 2 rijnsguldens, welke rente Aert Schepens steeds heeft ontvangen op onderpand van het bezit van genoemde kinderen. Dat bezit is een stuk land genoemd dat Hasengeloekt, gelegen in herdgang Aerle, b.p. Daniel de Brouwer, de Hagestraat, de gemeijnte. Datum 25 april 1507, getuigen Leeuw en Cremer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 127A, periode 1 Jan. 1507 t/m 31 december 1507.
Jan Gerard Switten uit de vorige akte belooft voor het genoemde stuk land 31 peters te gaan betalen plus nog 11 slagen voor zover die nog niet werden betaald op de veiling. Met dat geld dient aan Aert Scepens een jaarlijkse rente van 11 vuurijzers te worden afbetaald die op het perceel drukken. (geen datum en geen getuigen vermeld, JT)
In marge :
Te geven aan heer Henrick Stockelmans.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1508 t/m 31 december 1508.
Henrick Meeus Crommen geeft hierbij machtiging aan heer Henrick van Esch, priester en aan Aernt Schepens (samen = doorgestreept, JT) om al zijn vorderingen, rentes, pachten etc. voor hem te innen. De gemachtigden moeten alles doen hetgeen hij hierin zelf ook gedaan zou hebben, eventueel met rechtsmiddelen of in der minne. De gemachtigden doenen later wel rekening en verantwoording af te leggen. Datum 14 juli 1508, getuigen Henrick Belaerts en Aelbrecht van de Maerselaer.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129B, periode 1 Jan. 1524 t/m 31 december 1524.
Jan Daniel Schepens, Heijmerick, Goessen, Alaert en Aert, wettige kinderen van Claes Schepens, verder Gielis Peter Gielis als man van Marie dochter van genoemde Claes, Cornelis Gerits van Peelt als man van Aleijt dochter van Claes Schepens, Lodewijk Loden Timmermans als man van Jutta dochter van genoemde Claes, Willem Dirck Corten als man van Henrick dochter van Daniel Schepens, Aert Jan Wittens als man van Heijmerick dochter van Daniel Schepens, Lisbeth Jan Damen met haar voogd Gerard Henricks van Best, Willem Lip Gerards van Berze als man van Heijmerick natuurlijke dochter van Goijaert Schepens, Jan van Litt als voogd over zijn kinderen die hij had verwekt bij Geertruit wettige dochter van Jan de Coninck die Jan had verwekt bij Lijntken dochter van Jan damen, hebben een deling gemaakt van het bezit dat ze hebben geerfd na de dood van Aert en Goijaert Schepens en andere bezit dat ze middels een afspraak hebben verkregen van Henrick Schepens die nog in leven is.

Genoemde Jan Daniel Schepens krijgt de helft van een jaarlijkse rente van 24 rijnsguldens die wordt betaald door het dorp Waalre, welke rente aflosbaar is. Nog anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Ruth Willem Henricks, aflosbaar, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Willem de Cort aflosbaar, nog een rente van 25 stuivers per jaar te ontvangen van Gerart Lippen, ook aflosbaar.

Genoemde Heijmerick krijgt een jaarlijkse rente van 6 rijnsguldens te ontvangen van Daniel Vos welke rente aflosbaar is, nog een aflosbare rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jacop Wouter Thijssen, nog een aflosbare rente van een rijnsgulden te ontvangen van Jan Lambrechts, nog een rente van anderhalve gulden te ontvangen van Dirck Verheijen, een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrick van Best en 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Hermans.

Genoemde Goessen krijgt een jaarlijkse rente te ontvangen van Gerard Pauwels die in Vessem woont, nog een rente van 2 rijnsguldens te ontvangen van Geerlick Peter Wreijssen, nog een rente van anderhalve rijnsgulden te ontvangen van Goijaert Jan Gijben Hoppenbrouwers, nog de helft van een rente van anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Jan Timmermans.

Genoemde Alaert krijgt de helft van een jaarlijkse rente van 24 rijnsguldens te ontvangen van het dorp Waalre, nog een gulden per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Henrick Gijsbrecht Hoppenbrouwers, nog een rente van 2 en een halve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Emond Henrick Willems. Alle rentes zijn aflosbaar volgens de brieven ervan.

Genoemde Aert krijgt een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Claes de Harnismaker, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Happen, nog een rente van 7 rijnsguldens per jaar te ontvangen van joffrouw Pijnappels, nog 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Pauwels Dessels, nog een rente van 3 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Jan Gijsbrecht Hoppenbrouwers. Alle rentes zijn aflosbaar volgens de brieven ervan.

Gielis Peter Gielis als echtgenoot krijgt een rente van 8 en een halve rijnsguldens te ontvangen van Geerlick Thomas Geerlicks, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrik Willem Aelbrechts, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Henrik Corstesn, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Jan Schepens, nog een rente van 12 en een halve stuiver per jaar te ontvangen van Henrik Gijsbrechts van der After.

Lodewijk Loden Timmermans als echtgenoot van zijn vrouw krijgt een rente van 8 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Jan Lucas van den Schoet, nog een rente van 3 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van meester Gielis Gijsbrechts, nog anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Peter Wouter Snijders, nog een rente van anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Elias Mortsels. De rentes zijn aflosbaar.

Cornelis Gerarts als echtgenoot krijgt een rente van 6 rijnsguldens te ontvangen van Jenneke de vrouw van Joerden Brouwers, nog een rente van 2 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van Goijaert de Ketelbueter, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gielis de Schoenmaker, nog 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Henrick Willems.

Willem Dirck Cortten als echtgenoot krijgt een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Katarijn weduwe van Jan Wouters van de Loo, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gielis Leemans, nog een rente van 2 en een halve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gerart Willems, nog een rente van 38 stuivers per jaar te ontvangen van Dirck Wouters van de Venne, nog een rente van 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Schepens, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Aert de Wit. Alle rentes zijn aflosbaar en betaalbaar op de termijnen volgens de brieven ervan.

Aert Jans Witten als echtgenoot krijgt een rente van 6 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Joerdens, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van de kerk te Beerze, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Stans, nog een rente van 25 stuivers per jaar, te ontvangen van Heijlken Corsten. De rentes zijn betaalbaar en aflosbaar volgens de brieven ervan.

Lisbeth dochter van Jan Damen krijgt een rente van 3 rijnsguldens te ontvangen van Dionijs Lonis, nog een rente van 6 rijnsguldens per jaar te ontvangen van de broer van Gielis de Raijmaker te Woensel, nog een rente van 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Mercks, nog 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan de Cremerm nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Aert van Zeelst. De rentes zijn betaalbaar en aflosbaar volgens de brieven ervan.

Jan van Litt vanwege zijn vrouw krijgt een bedrag van 270 rijnsguldens en 13 stuivers en een grote Brabantse eens.

Genoemde Willem Lippen Gerarts van Berze als man van Heijmerick krijgt een rente van 6 rijnsguldens eens te ontvangen van Dirck Corstens, nog een rente van 3 rijnsguldens te ontvangen van Gielis Suetericks, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van hemzelf, waarvan hij hij geld heeft ontvangen, nog een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrick Sbrouwers te Oerle.

Datum 18 september 1524, getuigen Godefridus Hoppenbrouwers en Aert Henricks. (een redelijk welgestelde familie, de rentes komen op een totaal van ca. 170 rijnsguldens per jaar, globaal overeenkomend met een kapitaal van ca. 3000 gulden, JT)
R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1508 t/m 31 december 1508.
Gielis Jan Crijns heeft beloofd om aan Aert Heijmerick Scepens die voortaan jaarlijks een rente van 2 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op St. Jansdag, op onderpand van een stuk land gelegen in herdgang Aerle, b.p. de kinderen van Wreijs Happen, de erfgenamen van Henrick Thomas, Gerard Mercks, de verkoper. Datum op St. Thomasdag 7 december 1508, getuigen Aelbrecht en Goijaert.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128 A periode 1 Jan. 1509 t/m 31 december 1509
Heer Henrick van Esch, priester als gemachtigde door de kinderen en erfgenamen van heer Ricalt van Merode, verkoopt aan Aert Heijmerick Schepens een rente van een rijnsgulden, met een vervallen termijn, welke rente Goijaert Lambrecht Tijskens, Waugaert Dirk Wautgaerts en Jan Dirck Smeets samen eerder hadden beloofd aan heer Willem van Petershem, priester ten behoeve van de erfgenamen van heer Ricalt van Merode, op onderpand van een huis, tuin etc., eigendom van genoemde Goijaert, gelegen onder Best, b.p. Jan Beertkens, genoemde Wautgaert. Nog op onderpand van een huis, tuin etc. eigendom van genoemde Wautgaert, b.p. genoemde Goijaert, Willem der Keesteren, Henrick Harnismakers, de straat. Nog op onderpand van een stuk land en beemd genoemd dat Duvenbroeksken eigendom van genoemde Jan, b.p. genoemde Goijaert, Jan Beertkens. Datum op St. Thomasdag 1509 (december, JT), getuigen Thomas Gielis en Jan Henricks.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128 A periode 1 Jan. 1509 t/m 31 december 1509
Mathijs Wautgaerts heeft beloofd om voortaan aan Aernt Scepens, die jaarlijks een rente van 30 stuivers te gaan betalen, steeds op Allerheiligendag en voor de eerste keer per a.s. Allerheiligendag op onderpand van een huis, tuin etc., groot 7 lopenzaad, gelegen in herdgang Naastenbest, b.p. Goijaert Aelbrechts, de weduwe van Goijaert Lambrechts, de gemeenschappelijke straat, Adriaen Henrick Harnismakers. Nog op onderpand van een stuk beemd ter zelfder plaatse als hiervoor gelegen, genoemd de Baenrijt, b.p. Goijaert Ketelbueters, Goijaert Aelbrechts met meer anderen, Gielis Goijaert Gielis met meer anderen, de straat. Datum 27 oktober 1509, getuigen Thomas Gielis en Jan van Beeck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128B, periode 1 Jan. 1510 t/m 31 december 1510.
Goijaert Ariaen Smollers heeft beloofd om aan Aert Heijmerick Scepens die voortaan een jaarlijkse rente van 20 stuivers te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag, op onderpand van het 1/3e deel van een huis, tuin etc., gelegen in herdgang Aerle, b.p. Dirck Stockelmans, de gemeijnte. Nog op onderpand van het 1/3e deel van een beemd gelegen in het Quinckerse Broek, b.p. Jan Wouters van de Loo met meer anderen, de gemeijnte, Aert Jacop Smollers. Nog op onderpand van het 1/3 e deel van een stuk land gelegen in de Aerlesche Akkers, b.p. de erfgenamen van heer Aert de Crom, Gerart Jan Stijnen, de erfgenamen van Jan Haubraken. Datum op St. Thomasdag 1510 ( 3 juli, JT), getuigen Leeuw, Cremer en Berze.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1511 t/m 31 december 1511.
Henrick Henricks van Best verkoopt aan Aert Schepens die een jaarlijkse rente van 2 rijnsguldens, welke rente Jenneken weduwe van Henrick Swolfs en haar dochter Gerard eerder hadden beloofd aan genoemde Henrick Henricks van Best, steeds op Maria Lichtmisdag te betalen op onderpand van een huis, tuin etc. gelegen in herdgang Straten, b.p. Henrick als schuldenaar, Aert Wouter Thijssen, de gemeenschappelijke straat, Dirck Hoppenbrouwers en meer anderen. Datum 4 mei 1511, getuigen Adriaen en Jacop.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1511 t/m 31 december 1511.
Gijsbrecht Jan Hoppenbrouwers heeft beloofd om aan Aert Heijmerick Schepens die een jaarlijkse rente van anderhalve rijnsgulden te gaan betalen of 30 stuivers, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag op onderpand van een huis, tuin etc. gelegen in herdgang Straten, b.p. de kinderen van Gielis Cremers, de gemeenschappelijke straat, Henrick en Lisbeth kinderen van Heijmerick Schepens. Datum op St. Thomas Aposteldag 1511, getuigen Aelbrecht en Rutger Verhoeven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1512 t/m 31 december 1512.
Jan zoon wijlen Antonis Vos heeft beloofd aan Aernt Heijmerick Schepens en aan Goossen Claes Schepens die voortaan jaarlijks een rente van anderhalve rijnsgulden te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag en voor de eerste keer per a.s. Maria Lichtmisdag op onderpand van een huis, tuin etc. gelegen in herdgang de Kerkhof, b.p. de muur van de O.L. Vrouwekapel, de straat, de Steenweg daar, Henrick Willems van den Schoet, Aert Joerdens Vervloet. Nog op onderpand van een beemd gelegen in herdgang Spoordonk, b.p. Willem van Elsen, Fije van der Heijden, de kinderen van Peter jan gerards, de gemeenschappelijke straat. Datum op St. Thomas Aposteldag 1512, getuigen Jan Henricks en Henrick van de Velde.

R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1513 t/m 31 december 1513.
Heijlwig weduwe van Aert Thomas van den Venne met haar zoon Thomas en dochter Merieken verwekt bij genoemde Aert met bijstand hierin van haar oom en voogd Henrick Thomas van Strijp beloven aan Aert Heijmerick Schepens die voortaan een jaarlijkse rente van 3 en een halve rijnsgulden te betalen, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een ´hoeve´ gelegen in herdgang de Kerkhof, b.p. Ansem Jacop Ansems, het Hertogenland, de straat. Datum 1 september 1513, getuigen Cremer en Meijden.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129A, periode 1 Jan. 1518 t/m 31 december 1518.
Goeltken (Gudula, JT) weduwe van wijlen Jan Pijnappel met haar voogd, daarvoor gemachtigd zoals ze zei door Jan Pijnappel, belooft aan Cornelis Smeets ten behoeve van Aernt Scepens, een jaarlijkse rente van andrehalve rijnsgulden te gaan betalen, op onderpand van een stuk land gelegen in herdgang Straten, b.p. Dirck Corstens van de Velde, de gemeijnte. Verder nog op onderpand van de windmolen in herdgang Straten die haar eigendom is en verder op onderpand van al haar andere beemden te Oirschot. De rente is altijd aflosbaaer tegen betaling van 25 rijnsguldens, mits er 3 maanden vooraf is opgezegd. Actum als boven.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129A, periode 1 Jan. 1518 t/m 31 december 1518.
Aert Scepens verklaart dat Goijaert van Loeven aan hem een jaarlijkse rente van anderhalve gulden per jaar heeft afgelost, welke rente Goijaert eerder in schepenbrieven van Den Bosch aan Aert Scepens had beloofd. De brief daarvan is in het ongerede geraakt. Datum 19 juni 1518, getuigen Colen en Dirck Corstens.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129A, periode 1 Jan. 1519 t/m 31 december 1519
Willem zoon wijlen Gerard Peter Seelmakers die men meestal Willem de Snijer noemt, belooft aan Aernt Scepens die voortaan jaarlijks een rente van 2 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op St. Jacobsdag op onderpand van een huis, tuin etc., groot 6 lopenzaad, gelegen in herdgang Straten onder Ameijden, b.p. Ansem Goossen Gielis, de erfgenamen van Gijsbrecht Dirck Hoppenbrouwers, Aert Gijsbrecht Hoppenbrouwers, de gemeenschappelijke straat, Dirck Jan Crijns. Lasten uit dit bezit zijn 16 lopen rogge. Datum 21 september 1519, getuigen Beeck en Velde.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129A, periode 1 Jan. 1519 t/m 31 december 1519
Cornelis Gerards van Peelt verkoopt aan Aert Heijmerick Schepens een rente van 2 philipsguldens, elke gulden van 25 stuivers, welke rente Wouter Peter Gielis eerder aan Cornelis Gerards van Peelt had beloofd, steeds te betalen op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk land gelegen in herdgang Spoordonk, groot 2 lopenzaad, b.p. de kinderen van Loijen Timmermans, de heer van Petershem, de gemeenschappelijke straat. Nog op onderpand van een eeuwsel, groot een bunder, genoemd dat Auwe Eeuwsel, b.p. de kinderen van Loijen Timmermans, Aleijt Verheijden, Willem Konijnenberg te Boxtel, Aert Aleijten te Beerse. Datum 25 september 1519, getuigen Velde en Laeck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129 A periode 1 Jan. 1520 t/m 31 december 1520.
Gijsbrecht Jan Gijben Hoppenbrouwers heeft beloofd om aan Arnden Scepens die voortaan een jaarlijkse rente van 3 gulden te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag op onderpand van een stuk beemd genoemd dat Vlamerschot, gelegen in herdgang Straten, b.p. het erf van Heerbeeck, Gerit Mathijs Huijskens, Kaerle Cleijnael. Gijbrecht belooft het onderpand in goede staat te houden voor de betaling van de rente. Datum 10 augustus 1520, getuigen Cremer en Berze.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129 A periode 1 Jan. 1521 t/m 31 december 1521
Heijlwig weduwe van wijlen Jan van der Heijden met Dirck van der Heijden als haar voogd en ook over de kinderen van diens broer Jan verkopen aan Jan Gerard Mercks, die er met zijn nakomelingen het erfrecht van krijgt, een stuk land groot 3 lopenzaad, gelegen in herdgang Naastenbest nabij de kapel van St. Odulphus, b.p. Aert de Metser, Gijsbrecht Henrick Melis, Jan Dircks, Geertruit weduwe van Peter Aerts. Lasten hieruit zijn een half Bosch mud rogge in Den Bosch te leveren en een halve braspenning aan de tafel van de H. geest in Den Bosch, nog 2 rijnsguldens aan Aert Scepens, welke rente aflosbaar is tegen 32 gulden. Datum de donderdag voor St. Jansdag 1521, getuigen Stayakker en Gielis.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129 A periode 1 Jan. 1521 t/m 31 december 1521
Goijaert de Ketelbueter heeft beloofd om voortaan aan Aernt Scepens die een rente van 2 rijnsguldens te gaan betalen, steeds op St. Servaasdag op onderpand van een huis, tuin etc., gelegen in herdgang Naastenbest, samen met het hopveld, b.p. rondom aan de gemeijnte. Datum op St. Bartholomeusdag 1521, getuigen Stadakker en Velde.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129 A periode 1 Jan. 1521 t/m 31 december 1521
Dirck Wouter Thomas van de Venne belooft voortaan aan Aernt Scepens die een jaarlijkse rente van 2 gouden peters te gaan betalen, steeds op Maria Lichtmisdag, op onderpand van de helft van een stuk hei- en weiveld genoemde ´t Rot, groot voor het totaal 22 lopenzaad, gelegen in herdgang de Notel, b.p. Dirck Pennincks, de andere kinderen van Wouter Thomas van den Venne waarvan is afgedeeld, de erfgenamen van Daniel van der Ameijden en meer anderen. Datum 1 juni 1521, getuigen Jan Goossens en Velde.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129B, periode 1 Jan. 1522 t/m 31 december 1522
Jan Daniel Schepens en Eijmbrecht Claes Schepens als wettige erfgenamen van Aert Gijsbrecht Schepens, verklaren dat Gerit Peters van de Laeck aan hen het 1/3e deel van een gulden per jaar heeft afgelost, welke rente Aert Eijmbrechts Schepens steeds heeft ontvangen uit het bezit van Goijaert Lemmen Thijssen. Datum 20 september 1522, getuigen Goert en Laeck.

R.A. Oirschot, inv. nr. 129B, periode 1 Jan. 1523 t/m 31 december 1523.
Willem Dirck Corten als gemachtigde van de erfgenamen van wijlen Aert Schepens heeft zijn achterstallige vordering aangetoond met een schepenbrief van Oirschot inzake een rente van 2 rijnsguldens die 3 jaar achterstallig is, welke rente Willem Henrick Willems eerder had beloofd aan Aert Heijmerick Schepens, op onderpand van een stuk land gelegen in herdgang Aerle, b.p. Daniel de Brouwer, Metken Happen, de erfgenamen van Dirck de Leege, alles volgens de originele brief d.d. 4 december 1516. Na dat vonnis is het aan Willem als gemachtigde toegestaaan zijn vordering op het onderpand in kwestie te mogen verhalen en voor de uitwinning is Philips van den Doeren gemachtigd. Het bezit is ook in Den Bosch gepubliceerd geweest op het raadhuis daar zoals gebruikelijk is volgens een certificatie van Willem Baliaert en ons is gebleken. Het bezit is daarna hier voor 3 herbergen geveild geweest door Philips van den Doeren en het bezit is verkocht aan Goessen Claes Schepens voor de achterstalligheid etc. Omdat er verder niemand meer nog een bod heeft uitgebracht (na de 3 dagentermijn, JT) heeft Goessen de koop behouden. Datum 19 december 1523, getuigen Adriaen Vos en Dirck Hoppenbrouwers.

Goessen Claes Schepens uit de vorige akte verkoopt het bezit samen met de vonnisbrief weer door aan Willem Dirck Cortten. Datum 24 december 1523. (geen getuigen meer vernoemd, JT)

R.A. Oirschot, inv. nr. 129B, periode 1 Jan. 1524 t/m 31 december 1524.
Jan Daniel Schepens, Heijmerick, Goessen, Alaert en Aert, wettige kinderen van Claes Schepens, verder Gielis Peter Gielis als man van Marie dochter van genoemde Claes, Cornelis Gerits van Peelt als man van Aleijt dochter van Claes Schepens, Lodewijk Loden Timmermans als man van Jutta dochter van genoemde Claes, Willem Dirck Corten als man van Henrick dochter van Daniel Schepens, Aert Jan Wittens als man van Heijmerick dochter van Daniel Schepens, Lisbeth Jan Damen met haar voogd Gerard Henricks van Best, Willem Lip Gerards van Berze als man van Heijmerick natuurlijke dochter van Goijaert Schepens, Jan van Litt als voogd over zijn kinderen die hij had verwekt bij Geertruit wettige dochter van Jan de Coninck die Jan had verwekt bij Lijntken dochter van Jan damen, hebben een deling gemaakt van het bezit dat ze hebben geerfd na de dood van Aert en Goijaert Schepens en andere bezit dat ze middels een afspraak hebben verkregen van Henrick Schepens die nog in leven is.

Genoemde Jan Daniel Schepens krijgt de helft van een jaarlijkse rente van 24 rijnsguldens die wordt betaald door het dorp Waalre, welke rente aflosbaar is. Nog anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Ruth Willem Henricks, aflosbaar, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Willem de Cort aflosbaar, nog een rente van 25 stuivers per jaar te ontvangen van Gerart Lippen, ook aflosbaar.

Genoemde Heijmerick krijgt een jaarlijkse rente van 6 rijnsguldens te ontvangen van Daniel Vos welke rente aflosbaar is, nog een aflosbare rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jacop Wouter Thijssen, nog een aflosbare rente van een rijnsgulden te ontvangen van Jan Lambrechts, nog een rente van anderhalve gulden te ontvangen van Dirck Verheijen, een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrick van Best en 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Hermans.

Genoemde Goessen krijgt een jaarlijkse rente te ontvangen van Gerard Pauwels die in Vessem woont, nog een rente van 2 rijnsguldens te ontvangen van Geerlick Peter Wreijssen, nog een rente van anderhalve rijnsgulden te ontvangen van Goijaert Jan Gijben Hoppenbrouwers, nog de helft van een rente van anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Jan Timmermans.

Genoemde Alaert krijgt de helft van een jaarlijkse rente van 24 rijnsguldens te ontvangen van het dorp Waalre, nog een gulden per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Henrick Gijsbrecht Hoppenbrouwers, nog een rente van 2 en een halve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Emond Henrick Willems. Alle rentes zijn aflosbaar volgens de brieven ervan.

Genoemde Aert krijgt een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Claes de Harnismaker, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Happen, nog een rente van 7 rijnsguldens per jaar te ontvangen van joffrouw Pijnappels, nog 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Pauwels Dessels, nog een rente van 3 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van Gijsbrecht Jan Gijsbrecht Hoppenbrouwers. Alle rentes zijn aflosbaar volgens de brieven ervan.

Gielis Peter Gielis als echtgenoot krijgt een rente van 8 en een halve rijnsguldens te ontvangen van Geerlick Thomas Geerlicks, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrik Willem Aelbrechts, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Henrik Corstesn, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Jan Schepens, nog een rente van 12 en een halve stuiver per jaar te ontvangen van Henrik Gijsbrechts van der After.

Lodewijk Loden Timmermans als echtgenoot van zijn vrouw krijgt een rente van 8 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Jan Lucas van den Schoet, nog een rente van 3 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van meester Gielis Gijsbrechts, nog anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Peter Wouter Snijders, nog een rente van anderhalve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Elias Mortsels. De rentes zijn aflosbaar.

Cornelis Gerarts als echtgenoot krijgt een rente van 6 rijnsguldens te ontvangen van Jenneke de vrouw van Joerden Brouwers, nog een rente van 2 rijnsdguldens per jaar te ontvangen van Goijaert de Ketelbueter, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gielis de Schoenmaker, nog 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Henrick Willems.

Willem Dirck Cortten als echtgenoot krijgt een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Katarijn weduwe van Jan Wouters van de Loo, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gielis Leemans, nog een rente van 2 en een halve rijnsguldens per jaar te ontvangen van Gerart Willems, nog een rente van 38 stuivers per jaar te ontvangen van Dirck Wouters van de Venne, nog een rente van 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Schepens, nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Aert de Wit. Alle rentes zijn aflosbaar en betaalbaar op de termijnen volgens de brieven ervan.

Aert Jans Witten als echtgenoot krijgt een rente van 6 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Joerdens, nog een rente van 3 rijnsguldens per jaar te ontvangen van de kerk te Beerze, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Dirck Stans, nog een rente van 25 stuivers per jaar, te ontvangen van Heijlken Corsten. De rentes zijn betaalbaar en aflosbaar volgens de brieven ervan.

Lisbeth dochter van Jan Damen krijgt een rente van 3 rijnsguldens te ontvangen van Dionijs Lonis, nog een rente van 6 rijnsguldens per jaar te ontvangen van de broer van Gielis de Raijmaker te Woensel, nog een rente van 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan Mercks, nog 2 rijnsguldens per jaar te ontvangen van Jan de Cremerm nog een rijnsgulden per jaar te ontvangen van Aert van Zeelst. De rentes zijn betaalbaar en aflosbaar volgens de brieven ervan.

Jan van Litt vanwege zijn vrouw krijgt een bedrag van 270 rijnsguldens en 13 stuivers en een grote Brabantse eens.

Genoemde Willem Lippen Gerarts van Berze als man van Heijmerick krijgt een rente van 6 rijnsguldens eens te ontvangen van Dirck Corstens, nog een rente van 3 rijnsguldens te ontvangen van Gielis Suetericks, nog een rente van 4 rijnsguldens per jaar te ontvangen van hemzelf, waarvan hij hij geld heeft ontvangen, nog een rente van anderhalve rijnsgulden per jaar te ontvangen van Henrick Sbrouwers te Oerle.

Datum 18 september 1524, getuigen Godefridus Hoppenbrouwers en Aert Henricks. (een redelijk welgestelde familie, de rentes komen op een totaal van ca. 170 rijnsguldens per jaar, globaal overeenkomend met een kapitaal van ca. 3000 gulden, JT)

Avez-vous des renseignements supplémentaires, des corrections ou des questions concernant Aert Heijmrick Daniel Schepens?
L'auteur de cette publication aimerait avoir de vos nouvelles!


Barre chronologique Aert Heijmrick Daniel Schepens

  Cette fonctionnalité n'est disponible que pour les navigateurs qui supportent Javascript.
Cliquez sur le nom pour plus d'information. Symboles utilisés: grootouders grand-parents   ouders parents   broers-zussen frères/soeurs   kinderen enfants

Ancêtres (et descendants) de Aert Heijmrick Daniel Schepens


    Montrez le quartier généalogique complet

    Avec la recherche rapide, vous pouvez effectuer une recherche par nom, prénom suivi d'un nom de famille. Vous tapez quelques lettres (au moins 3) et une liste de noms personnels dans cette publication apparaîtra immédiatement. Plus de caractères saisis, plus précis seront les résultats. Cliquez sur le nom d'une personne pour accéder à la page de cette personne.

    • On ne fait pas de différence entre majuscules et minuscules.
    • Si vous n'êtes pas sûr du prénom ou de l'orthographe exacte, vous pouvez utiliser un astérisque (*). Exemple : "*ornelis de b*r" trouve à la fois "cornelis de boer" et "kornelis de buur".
    • Il est impossible d'introduire des caractères autres que ceux de l'alphabet (ni signes diacritiques tels que ö ou é).

    Parenté Aert Heijmrick Daniel Schepens



    Visualiser une autre relation

    Les sources

    1. Bewerking van het oud rechterlijk archief Oirschot door Jan Toirkens
    2. R.A. Oirschot, inv. nr. 126, periode 1 Jan. 1500 t/m 31 december 1500

    Sur le nom de famille Schepens

    • Afficher les informations que Genealogie Online a concernant le patronyme Schepens.
    • Afficher des informations sur Schepens sur le site Archives Ouvertes.
    • Trouvez dans le registre Wie (onder)zoekt wie? qui recherche le nom de famille Schepens.

    Lors de la copie des données de cet arbre généalogique, veuillez inclure une référence à l'origine:
    Kees van den Aker, "Arbre généalogique Van den Aker, Van Eindhoven, Schepens en Verhoeven", base de données, Généalogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom_van_den_aker/I4943.php : consultée 8 juin 2024), "Aert Heijmrick Daniel Schepens (< 1477-± 1524)".