West-Europese adel » Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg (1296-1346)

Persönliche Daten Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg 

  • Er wurde geboren am 10. August 1296 in Luxemburg.

    Waarschuwing Pass auf: Alter bei der Heirat (1. September 1310) war unter 16 Jahre (14).

  • Titel: Koning van Bohemen Markgraaf van Moravië
  • Er ist verstorben am 26. August 1346 in Slag bij Crécy-en-Ponthieu, Picardië, er war 50 Jahre alt.
  • Er wurde beerdigt in Notre-Dame, Luxemburg.
  • Ein Kind von Hendrik IV Graaf van Luxemburg und Margaretha van Brabant
  • Diese Information wurde zuletzt aktualisiert am 17. Oktober 2021.

Familie von Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg

(1) Er hat eine Beziehung mit Living.


Kind(er):



(2) Er ist verheiratet mit Elisabeth Premysl Prinses van Bohemen.

Sie haben geheiratet am 1. September 1310 in Speyer (Spiers), Rheinland-Palts, er war 14 Jahre alt.


Kind(er):



(3) Er ist verheiratet mit Beatrix de Bourbon.

Sie haben geheiratet Dezember 1335 in Château Bois-de-Vincennes, er war 39 Jahre alt.


Kind(er):



Notizen bei Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg

Hertog van Luxemburg; koning van Bohemen (1310); markies van Moravië

Slag bij Crécy
De slag bij Crécy is een veldslag uit de Honderdjarige Oorlog die plaatsvond op 26 augustus 1346 nabij het plaatsje Crécy in Picardië, waarbij de Franse koning Filips VI werd verslagen door de Engelse koning, Edward III.

Aanleiding
Aanleiding voor de Honderdjarige Oorlog tussen Frankrijk en Engeland was het uitsterven van het Franse koningshuis. De kinderloze Karel IV, zoon van Filips IV de Schone, maakte in 1328 op zijn sterfbed zijn troon over aan Filips VI, hoewel ook de Engelse koning Edward III aanspraak kon maken op de Franse troon. Edward III was immers de kleinzoon van Filips IV de Schone. Zijn moeder, Isabella, was de dochter van Filips IV. Daarbovenop was hij hertog van Guyenne en dus leenman van de Franse koning. Edward III hield zich echter op de achtergrond en betoonde zelfs leenhulde aan zijn nieuwe leenheer, Filips VI.

Maar het leengebied van de Engelse koning op Franse bodem was een doorn in het oog van de Franse koning, die het wilde annexeren. Na herhaalde pogingen om het gebied in te lijven kwam het in 1337 tot een openlijk conflict, Edward maakte nu wel aanspraak op de Franse troon.

Nadat de Engelsen vrij onverwacht op 12 juli aan land kwamen in Normandië, veroverden ze vrij snel Caen. Vervolgens trokken ze verder noordwaarts, waar ze op de vernietigde Seine-bruggen stoten. Dat dwong hen langs de Seine op te rukken naar Parijs. Bij Poissy slaagden ze erin een brug te herstellen en vanaf daar konden ze weer verder noordwaarts oprukken. Uitdagingen aan het adres van Filips VI werden echter niet beantwoord.

De strijd
Bij Crécy hielden de Engelsen halt om de strijd aan te gaan, die plaats lag in Ponthieu, dat sinds 1279 Engels bezit was, maar nu door de Fransen werd bezet. Een gevecht op wat men als "thuis" beschouwde had voordelen voor het moreel. Belangrijker was de positie die de Engelsen innamen op de heuvelrug tussen Crécy en Wadicourt, de uitgelezen plek om een sterke verdedigingslinie op te stellen. Het dal werd begrensd door een steile helling, wat de Fransen weinig ruimte bood.

Het Engelse leger was waarschijnlijk 15.000 man sterk en telde zo'n 3000 ridders. Het waren grotendeels betaalde manschappen die tegen een vooraf vastgestelde prijs bereid waren te vechten. In de achterhoede werden karren in een cirkel opgesteld om de bagage te beschermen. Hier stonden ook enkele luidruchtige, maar weinig doeltreffende kanonnen opgesteld. Het effectief bestond uit 3 eenheden. De prins van Wales voerde samen met de graven van Northampton en Warwick de eerste eenheid aan, de koning de tweede, en de graven van Huntington en Arundel de derde. De Engelse ridders en krijgslieden stegen af om te voet te vechten, iets wat ze in de oorlogen tegen de Schotten hadden geleerd.

De Fransen waren ongetwijfeld in de meerderheid, maar werden veel minder goed geleid. Er werd zelfs getwist over de vraag of ze nog een dag langer met aanvallen moesten wachten. Ten slotte won het ongeduld het van het verstand. De Fransen zwaaiden met hun versierde standaard, de Oriflamme, en aan beiden zijden klonk het bevel dat men geen duimbreed moest wijken. De Genuese boogschutters aan Franse zijde, die door tijdgebrek niet eens al hun wapens gereed hadden kunnen maken en hun pavises (grote schilden) moesten missen, werden als eersten naar voren gestuurd. Zij werden afgeslacht of teruggedrongen, waarbij ze door de oprukkende Franse cavalerie onder de voet werd gelopen.

Waarschijnlijk voerden de Fransen hierop verschillende charges uit op de Engelse linies van afgestegen krijgslieden. De eenheid van de prins van Wales kreeg het meeste te verduren, de prins werd door een Franse aanval tot twee maal toe op de knieën gedwongen, maar kon stand houden. De Engelse longbows bleven voortdurend pijlen afvuren op de Fransen, wat uiteindelijk tot hun nederlaag leidde. De Engelsen hielden stand op de heuvelrug en verloren waarschijnlijk minder dan 100 ridders. De Fransen moesten met zwaardere verliezen afrekenen, er wordt geschat dat zij zo'n 1500 ridders en een onbekend aantal voetvolk verloren.

Achteraf
De Engelsen wonnen om verschillende redenen: ze kozen een goede positie en beschikten over uitstekende boogschutters met longbows die drie tot vier keer zo veel pijlen konden afvuren als mannen met een kruisboog. Bovendien raakten de paarden van de vijand in paniek van al die pijlen. In de strijd met de Schotten hadden de Engelsen geleerd dat ridders en krijgslieden die te voet vochten veel meer konden uitrichten. De Fransen hadden geen lessen getrokken uit hun nederlagen, zoals die van de Guldensporenslag in 1302. Ook minder tastbare factoren, zoals goed leiderschap van de koning, speelden een rol. Filips VI was misschien wel dapper, maar had lang niet zo'n charisma als Edward III. De Genuese kruisboogschutters waren geen partij voor hun Engelse tegenhangers, en in de Franse strategie was geen rekening gehouden met de manier waarop de Engelsen vochten.

De Engelsen wonnen met de slag bij Crécy niet de oorlog, maar als Edward zou zijn verslagen, zou hij Frankrijk zeker hebben opgegeven. Nu kreeg hij de kans om verder te gaan naar Calais, dat 11 maanden later werd ingenomen.

Bron: http://de.wikipedia.org/wiki/Johann_(B%C3%B6hmen)

Haben Sie Ergänzungen, Korrekturen oder Fragen im Zusammenhang mit Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg?
Der Autor dieser Publikation würde gerne von Ihnen hören!


Zeitbalken Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg

  Diese Funktionalität ist Browsern mit aktivierten Javascript vorbehalten.
Klicken Sie auf den Namen für weitere Informationen. Verwendete Symbole: grootouders Großeltern   ouders Eltern   broers-zussen Geschwister   kinderen Kinder

Mit der Schnellsuche können Sie nach Name, Vorname gefolgt von Nachname suchen. Sie geben ein paar Buchstaben (mindestens 3) ein und schon erscheint eine Liste mit Personennamen in dieser Publikation. Je mehr Buchstaben Sie eingeben, desto genauer sind die Resultate. Klicken Sie auf den Namen einer Person, um zur Seite dieser Person zu gelangen.

  • Kleine oder grosse Zeichen sind egal.
  • Wenn Sie sich bezüglich des Vornamens oder der genauen Schreibweise nicht sicher sind, können Sie ein Sternchen (*) verwenden. Beispiel: „*ornelis de b*r“ findet sowohl „cornelis de boer“ als auch „kornelis de buur“.
  • Es ist nicht möglich, nichtalphabetische Zeichen einzugeben, also auch keine diakritischen Zeichen wie ö und é.

Die angezeigten Daten haben keine Quellen.

Historische Ereignisse



Gleicher Geburts-/Todestag

Quelle: Wikipedia

Quelle: Wikipedia


Über den Familiennamen Hertog van Luxemburg


Die West-Europese adel-Veröffentlichung wurde von erstellt.nimm Kontakt auf
Geben Sie beim Kopieren von Daten aus diesem Stammbaum bitte die Herkunft an:
Pieter, "West-Europese adel", Datenbank, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/west-europese-adel/I55386.php : abgerufen 20. Mai 2024), "Johan (de Blinde) Hertog van Luxemburg (1296-1346)".