Er ist verheiratet mit Catharina Petronella Maria Brest van Kempen.
Sie haben geheiratet am 16. Oktober 1835 in Batavia, Java, er war 47 Jahre alt.
Kind(er):
COCHIUS (Frans David), geb. te Valkenburg (Geld.) 17 Dec. 1787, overl. te Rijswijk 1 Mei 1876, zoon van Gerrit Jan Casparus Cochius en van Anna Dibbetz, trad in 1804 in mil. dienst als élève der genie, werd in 1808 luit.-surnumerair, in 1809 luit.-ing., in 1810 kapt. der genie in franschen dienst, en nam deel aan Napoleon's oorlogen in Duitschland. Na de wederoprichting van den nederlandschen staat werd hij in 1814 benoemd tot 1en luit.-ing., kort daarop tot kapt. ing. met bestemming naar Indië. Hij nam deel aan den slag van Waterloo, en vertrok toen weldra naar Java. Verdere bevorderingen: 1817 maj., 1821 luit.-kol., 1825 kol.-ing., 1831 gen.-maj. tit., 1835 commandant van het ind. leger, 1839 gen.-maj. eff., 1843 luit.-gen. In 1848 werd hij op verzoek gepens. en keerde hij naar Nederland terug. In 1821 nam hij, als comm. der genie, deel aan de 2e Palembangsche exp.; van 1825-30 had hij een zeer belangrijk aandeel in de leiding van den Java-oorlog. Hij werd in Nov. 1829 op verzoek gepensionneerd, maar op aandrang van de Kock en van den Bosch verklaarde hij zich bereid in dienst te blijven; hij werd in Maart 1830 in activiteit hersteld en in Mei benoemd tot comm. van het leger te velde; daarna (1831) tot comm. van het observatiekorps in Midden-Java. In 1837, toen Bondjol als centrum der vijandige partij (de Padri's) op Sumatra's W.-K. onverwinlijk scheen, werd Cochius als regeeringscommissaris derwaarts gezonden. Aan zijne maatregelen is het te danken geweest dat Bondjol eindelijk viel en daarmede aan den vijand een onherstelbare slag werd toegebracht.
In 1822, wegens zijn aandeel in het welslagen der Pal.-exp., benoemd tot ridder M.W.O. 3e kl., werd hij, na de verovering van Bondjol, in 1838 bevorderd tot commandeur dier orde.
Door Maurin ainé is zijn portret op steen geteekend.
Zie: A. Meis (destijds zijn adjudant) Verhaal van den Palembangschen oorlog 1819-21, in Mil. Spectator 1842; P.J.F. Louw en E.S. de Klerck, de Java-Oorlog (Bat. 1894-1910); E.B. Kielstra, Sumatra's W.-K. 1836-40 in Bijdr. Kon. Inst. T.- L.- en Vk. van N.- I., 5e volgr. V; W.L. de Sturler, Militaire loopbaan v.d. luit.-gen. F.D. Cochius (Arnh. 1876).
Kielstra
http://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/nnbw/#source=1&page=316&view=imagePane&size=621&accessor=accessor_index
Bron: http://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/vdaa/#source=aa__001biog25_01.xml&page=194&accessor=accessor_index
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.