(1) Er hat eine Beziehung mit Mathilde van Béthune.
Kind(er):
(2) Er hat eine Beziehung mit Isabella van Luxemburg.
Kind(er):
Gwijde van Dampierre (?, ca. 1226 – Compiègne, 7 maart 1305) was graaf van Vlaanderen van 1278 tot 1305 en markgraaf van Namen van 1263 tot 1298.In het huis Dampierre is hij in het Frans beter bekend als Guido (III) de Dampierre.
Gwijde werd geboren als tweede zoon van Willem II van Dampierre en Margaretha van Constantinopel.
Toen Margaretha in 1244 haar zus Johanna opvolgde als gravin van Vlaanderen en Henegouwen, brak er een openlijke strijd uit tussen de halfbroers Janvan Avesnes en Willem van Dampierre. Uiteindelijk kwam de Franse koning Lodewijk IX in 1246 tussenbeide: hij oordeelde dat Henegouwen naar Jan vanAvesnes zou gaan en Vlaanderen naar Willem van Dampierre. In het kader van deze beslissing stond Margaretha het Vlaamse bestuur af aan haar zoon Willem.Ze bleef echter op de Henegouwse troon zitten.
Gwijde, die als tweede zoon niet direct uitzicht had op een eigen gebied, had door zijn huwelijk met Mathilde van Béthune (ook Machteld van Béthuneen Dendermonde genoemd, dochter van Robrecht VII van Béthune) in 1246 de heerlijkheden Béthune en Dendermonde verworven.[1] Maar toen zijn ouderebroer Willem in 1251 tijdens een toernooi in Trazegnies door paarden werd vertrappeld, werd Gwijde de nieuwe bestuurder van Vlaanderen.
Toen Lodewijk IX in 1248 echter op een zevenjarige kruistocht vertrok, nam Jan van Avesnes het recht in eigen handen. In de wetenschap dat zijn moederhem nooit de troon van Henegouwen zou geven, kwam hij samen met zijn broer Boudewijn van Avesnes tegen haar en zijn halfbroer Gwijde in opstand. Janvan Avesnes was er bovendien in geslaagd om Willem II van Holland, de graaf van Holland en Zeeland, ervan te overtuigen zijn kant te kiezen en Henegouwenen enkele gebieden in Vlaanderen te bezetten. Op 4 juli 1253 werd Gwijde van Dampierre tijdens de slag bij Westkapelle door zijn halfbroer Jan vanAvesnes verslagen en deze laatste werd hierdoor erfopvolger van het graafschap Henegouwen. Gwijde liep in de strijd verwondingen op aan beide benenen zou hierdoor de rest van zijn leven blijven hinken. Deze nederlaag leidde er ook toe dat in de Vrede van Brussel het graafschap Zeeland werd toegeëigenddoor de graven van Holland, hoewel Gwijde van Dampierre dit zou blijven aanvechten.
Gwijde wist op 19 maart 1263 evenwel dit verlies deels te compenseren door het graafschap Namen voor 20.000 Parijse pond te kopen van Filips I vanCourtenay, zoon van Maria van Brienne en Boudewijn II van Constantinopel.[2]
Hij nam in 1270, aan de zijde van de Franse koning Lodewijk IX, deel aan de Achtste Kruistocht naar Tunis.
Op 29 december 1278 deed zijn moeder Margaretha van Constantinopel in zijn voordeel afstand van het graafschap Vlaanderen, waarvan hij tot dan mederegentwas. Gwijde was toen al 53 jaar oud.
Het grafelijk bestuur stond niet hoog aangeschreven bij de bevolking. Dat was te wijten aan de langdurige afwezigheid van Ferrand van Portugal, diejarenlang in Frankrijk in gevangenschap verbleef, het onzekere bestuur van zijn echtgenote Johanna van Constantinopel en de jarenlange vete tussenhet huis Dampierre en het huis Avesnes. De Vlaamse steden (Gent, Ieper, Kortrijk) werden welvarend dankzij de lakenindustrie. De graven moesten omhun hofhouding te bekostigen financieel steeds meer op hen een beroep doen ten koste van grafelijke macht.
Graaf Gwijde van Dampierre met zijn twee echtgenotes: Mathilde van Béthune en Isabella van Luxemburg (afbeelding uit Flandria illustrata, 1641)
Bij de troonsbestijging van koning Filips IV de Schone in 1285, begonnen de moeilijkheden tussen Vlaanderen en Frankrijk. Gwijde van Dampierre zochtsteun bij de Engelse koning Eduard I. In 1294 kwamen Gwijde en Eduard te Lier overeen dat zoon Eduard II van Engeland zou huwen met Filippa van Vlaanderen,de dochter van Gwijde. De Franse koning verhinderde dit huwelijk door Gwijde, zijn dochter en groot gevolg naar Frankrijk uit te nodigen en ze beidengevangen te zetten. Gwijde werd na bemiddeling van onder meer paus Bonifatius VIII vrijgelaten in 1295, terwijl zijn dochter Filippa in het paleisLouvre opgesloten bleef en er overleed in 1306. Gwijde zegde zijn feodale trouw 9 januari aan de Franse koning op en sloot een militair verbond metEngeland (7 januari 1297, dezelfde dag waarop de nieuwe Hollandse graaf Jan I met Elisabeth, de dochter van de Engelse koning Eduard, huwde[3]). Deopenlijke strijd tussen graaf Gwijde en koning Filips IV nam hierdoor een aanvang.
Uit geldnood deed Gwijde geregeld een beroep op Pieter uten Zak (gestorven in 1309 'in duistere omstandigheden'), de voorlaatste commandeur van deTempeliers in het baljuwschap Vlaanderen.[4] Vlaanderen werd door de Franse koning bezet (januari ? mei 1300). Gwijde gaf zich met zijn oudste tweezonen, Robrecht III van Béthune en Willem van Crèvecoeur, gevangen. Deze gebeurtenissen waren mede oorzaak van de Brugse metten en de Guldensporenslagin 1302, waarin Gwijde van Namen, een zoon uit zijn tweede huwelijk, een belangrijke rol zou spelen.
Gwijde van Dampierre overleed in gevangenschap te Compiègne in 1305. Hoewel hij liever naast zijn tweede echtgenote Isabella van Luxemburg in de Abdijvan Beaulieu was begraven, werd hij door zijn kinderen begraven in de Abdij van Flines. Hij werd in Vlaanderen opgevolgd door zijn zoon Robrecht IIIvan Béthune.
Gwijde van Dampierre | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mathilde van Béthune | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Isabella van Luxemburg |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.