BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Oosterhesselen, Gezien het advies van den Heer Dr L. FLEDDERUS, Geneeskundige te Dalen, d d 23 Januari j.l., waaruit blijkt dat ten huize van JANTIEN KIERS, zonder beroep te Oosterhesselen, besmettelijke ziekte met name Ptijsis Polmonalis heeft geheerscht, en dat het ter voorkoming van besmetting noodzakelijk is dat de met die lijderes in aanraking geweest zijnde goederen, bestaande in : twee Veeren Bedden met Overtrekken, een Veeren Peluw, vier Veeren Kussens, een Stoelkussen, een Linnen Laken, vier Katoenen Lakens, een paar Bedgordijnen, een Gestikte Deken, een Wollen Deken, drie Wollen Japonnen, twee jakken, twee Wollen Rokken, twee Merrinossen Rokken, drie eesteepte Bokken, twee Rokken met rand, drie Vrouwen
Broeken, zes Hemden, tien Boezelaars, een Wollen Boezelaar, vijftien Zakdoeken, zes Wollen Borstrokken, twee witte Wollen Lijfjes, twintig Vrouwen Ondermutsen, twee Zijden Mutsen, drie Oorijzersmutsen, vijf Nachtjakken, vier Zijden Halsdoekjes, vier paar Kousen, twee paar Schoenen, twee Wollen Omslagdoeken, een Pelerine en twee Stoelen worden onteigend en vernietigd.
Gelet op art. 69 der Wet van 28 Augustus 1851 (Staatsblad no. 125);
Besluiten:
Te onteigenen de hierboven vermeld? goederen, toebehoorende aan LUCAS HAVINGA, als voo gd van de minderjarige MARGARETHA en HENDERIKUS ABRÏHAMIJ, zusteren broeder der overledene, met bevel tot onmiddellijke inbeslagneming en vernietiging door verbranding. Te benoemen tot deskundige om voormelde goederen te waardeeren H. KOOPMAN, Gerceente-Veldwachter te Oosterhesselen.
En zal dit besluit op de gebruikelijke wijze ter openbare kennis worden gebracht en bovendien worden geplaatst in de Provinciale Drentsche en Asser Courant.
Oosterhesselen, 24 Januari 1901.
Burgemeeeter en Wethouders voornoemd:
S. J. M. VAN MOOCK, Burgemeester.
H. MENSINGH, Wethouder.
Geesje Abrahamij |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.