Geloof: Remonstrant
Sie ist verheiratet (voor schepenen) mit Reijnier Jobsz Sonnevelt.
Die Eheerklärung wurde am 7. September 1787 zu Gouda gegeben.
Sie haben geheiratet am 13. Oktober 1787 in Gouda.Kind(er):
Beroepen: inbrengster in de bank van lening (1802). Woonplaatsen: Gouda
(1802).
11-04-1801:ONA Gouda SAG, inv.863, fol.13.
Maria Carlier stelde de boedelstaat samen van de goederen van haar
moeder Hendrikje Smits, samen met Aernout Carlier en Hillebrand van
Rossen.
09-09-1802: OA Gouda SAG, inv.276, fol.84v.
Vanwege de kosten van herstel van Adrianus Reijniersz en het beperkte
inkomen van Maria Carlier, weduwe van Reijnier Jobsz Sonnevelt, als
inbrengster in de Bank van lening, verzochten de voogden over haar
kinderen - Job, Arij en Adrianus Sonnevelt - Cornelis de Jong en Quirijn
Gibbon, de Magistraat van Gouda een deel van de erfenis van grootvader
Reijnier Sonnevelt den Oude, die op de drie kinderen vastgezet was, uit
te keren. Het verzoek werd gedaan op 9 september 1802 en afgewezen op 28
september 1802.De erfenis van Reijnier Sonnevelt den Oude aan kinderen
Job, Arij en Adrianus Sonnevelt bestond hoofdzakelijk uit effecten en
bedroeg totaal 2056 gulden en 15 stuivers (bron: ONA Gouda SAG,
inv.1132, fol.291-332, d.d.27 november 1800).
20-12-1802 OA Gouda SAG, inv.276, fol.58v en 74v; zie ook 01-03-1808 OA
Gouda SAG, inv.278, fol.6v.
Op 20 december 1802 deden Aernout Carlier en Gijsbert van Rossen opnieuw
een verzoek ten behoeve van Job, Arij en Adrianus Sonnevelt aan de
Magistraat van Gouda een deel van de erfenis van grootvader Reijnier
Sonnevelt den Oude, die op de drie kinderen vastgezet was, uit te keren.
Nu om 200 gulden vrij te maken uit deze erfenis, met het argument dat de
kinderen zich in "deplorabele omstandigheden" bevonden. Een dag later
kwam de toestemming om 100 gulden uit te keren.
01-11-1804: Archief Remonstrantse gemeente Gouda SAG, inv.1.27.06, nr.5
en 35, kleine collecties 1799-1826.
Maria Carlier ontving regelmatig ondersteuning uit de armenkas van de
Remonstrantse gemeente van Gouda. De bedragen variÂerden van 8 tot 10
stuivers per week.
Al haar gegevens volgens het maandblad "Ons Voorgeslacht, jr.51, no.470,
april 1996".
Maria Carlier | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1787 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Reijnier Jobsz Sonnevelt |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.