Er ist verheiratet mit Jenneke Thomas Aert Roefs.
Sie haben geheiratet rund 1577.
Kind(er):
==================275=======================
Henrick, Jan senior, Jan junior en Philips, nog Cornelis Lambrechts
van den Gruijthuise als man van Aleijt, zijnde zonen en dochter van
wijlen Peter Henrick van de Schoot, waarbij Henrick Peters van de
Schoot en Wouter de Crom als voogden fungeren over Henrick en
Catharijn, minderjarige kinderen van Jan Henrick Schepens, verwekt
door deze Jan bij diens vrouw Anneken, welke Anneken een dochter is
van Catharina, deze Catharine op haar beurt een dochter van genoemde
Peter Henricks van de Schoot, mede op grond van een daartoe
afgegeven schepenbankdecreet, verder aanwezig Jan Jan Schepens als
man van Barbara dochter van vermelde Catharina ( is er ook nog een
man?, JT ), verkopen hierbij een akker genoemd de Cruijsakker, groot
9 lopenzaad, 27 roedes min een halve voet, gelegen in Oirschot
herdgang de Kerkhof, b.p. het Hertogenland, Henrick Marten
Buckincks, de straat aldaar,
In marge :
De verkopers verklaren door Gaspar van Esch te zijn voldaan voor de
verkoop van de akker. Datum 23 januari 1613, quod attestor, J. de
Kelst, secretaris.
469-v)
verder Frank Wijnants Verrijt, Jan Simons van Aelst, Catharina van
Esch, Barbara weduwe van Niclaes Herberts van Wintelre waarvan het
erf eerder is afgedeeld. Ze hebben dat perceel geerfd na de dood van
Margriet dochter van wijlen vermelde Peter Henricks van de Schoot,
zijnde weduwe van Jan Gijsberts Sbrouwers en ze verkopen het bezit
nu aan Gaspar Janssen van Esch en de verkopers beloven alle lasten
van hun kant af te handelen, behalve een jaarlijkse pacht van 6 lopen
rogge aan het St. Annenaltaar in de St. Peterskerk alhier, over te
nemen met een vervallen en de lopende termijn, verder nog 8 lopen
rogge per jaar te betalen aan Christina weduwe van Jan Joachims en in
Oirschot te leveren, over te nemen met twee vervallen en de lopende
termijn, verder 5 stuivers en 3 en een half oort grondchijns aan de
baanderheer van Duffel als heer van Oirschot, nog een bedrag als
grondchijns aan het kapittel te Oirschot zowel ponden als andere,
samen bedragend ca. 14 en een halve stuivers per jaar en verder de
dorpslasten. De koper moet zorgen voor onderhoud van wegen en
waterlopen.
==================218=======================
Onlangs zijn de kinderen en erfgenamen van wijlen Peeter van de Schoot als eisende partij met een
schepenvonnis op 7 september j.l. verplicht om de door hen indertijd aangeboden eed af te leggen
inzake het verzoek dat door hen in het laatste jaargeding is gedaan contra Willem Arien Goorts en aan
wijlen Peter Wijnants als eisers inzake deze eed. Daarop is aan de eisers op deze 7e september
namiddags gevraagd nadat vermelde Arien Willem Goorts en Maijken weduwe van genoemde Peter
Wijnants wettelijk daarover in kennis waren gesteld middels Daniel van de Schoot als vorster van
Oirschot dat de eisers in deze kwestie hun eed af moesten leggen. Daarop hebben deze hun eden
afgelegd hetgeen is bevestigd door de schout van Oirschot
198-v)
en ze hebben de volgende verklaring afgelegd. De eis die wijlen genoemde Peter, zijnde destijds de
man van vermelde Maijken op hen heeft gesteld, zou tevoren volledig door hen zijn voldaan en daartoe
hadden ze vervolgens hun kosten opgegeven en een bepaalde specificatie overlegd en hun
verzoekschrift aan de heren schepenen overhandigd waarbij die aan genoemde Willem en Maijken de
verplichting hebben opgelegd om daarop binnen een bepaalde tijd commentaar te geven. Nadat deze
periode was verstreken hebben de schepenen nadat ze de specificatie hebben bezien, deze kosten
aangepast en akkoord bevonden voor een bedrag van 7 gulden en 18 stuivers drie oort, en deze
erfgenamen daarvan een akte gegeven om deze kosten met de akte in de hand te kunnen incasseren.
Nadat deze betaling is opgevorderd hebben Willem en Maijken bij Dirck Hoppenbrouwers als schepen
dat bedrag van 7 gulden 18 stuivers 3 oort en nog en 10 stuivers voor rechtskosten overhandigd om die
gelden te mogen invorderen ten behoeve van de vermelde kinderen en erfgenamen en daarvoor heeft
Daniel van de Schoot zich borg gesteld en deze belooft alles na te zullen komen waarin men eventueel
veroordeeld zal worden. Datum 7 december 1616, getuigen Hoppenbrouwer en Venne.
==================219=======================
199)
Daarop beloven Henrick en Philips, gebroeders en kinderen van Peter Henricks van de Schoot uit de
vorige akte, mede namens hun andere erfgenamen, de genoemde Daniel van de Schoot die voor diens
borgstelling te zullen vrijwaren. Datum en getuigen als boven.
==================018A======================
Henrik zoon wijlen Peter Henriks van den Schoot als man van
Jenneken dochter van wijlen Thomas Aert Roefs verkoopt een huis
met tuin, schop etc. groot ca. 8 lopenzaad, gelegen in Oirschot
herdgang Straten aan het Snepscheut, b.p. de Hoorselekker, de
gemeenschappelijke straat, Jan Corsten Henricks. Hij verkoopt dit
bezit nu aan Henrick Gijsbert Goijaert Hoppenbrouwers en de
verkoper belooft alle lasten van zijn kant af te handelen behalve een
jaarlijkse pacht van een half mudde rogge aan Herbert Peter Willems.
Datum 10 januari 1598, getuigen Ven en H. Hoppenbrouwers.
==================066====================
113)
Dielen zoon wijlen Dielen Dircks partij enerzijds en Henrick zoon
Peter Henricks van den Schoot als man van Jenneken dochter van
wijlen Thomas Aert Roefs partij ter andere zijde, hebben een ruil
gedaan van de navolgende goederen.
Bij deze ruil heeft Dielen aan Henrick een stuk land overgedragen,
zijnde weiland dat hij heeft verkregen vanwege het recht van
vernadering van Jacop Jacop Dirck Jacops en deze Jacop weer had
verkregen van Jan zoon Dielen Dircks en Jan op zijn beurt had
verkregen van de gemeente Oirschot. Het perceel is onlangs van de
gemeente ingenomen zijnde nieuw land, groot een zesterzaad,
gelegen in Oirschot herdgang Straten ter Ameijden, b.p. Catalijn
weduwe van Danel in de Haperdonck, genoemde Henrick zelf, de
gemeijnte genoemd het Snepscheut. Dielen belooft alle lasten van zijn
kant af te handelen.
Bij deze ruil draagt Henrick aan Dielen een stuk land over, zijnde
113-v)
een weiland groot ca. twee lopenzaad, gelegen in Oirschot herdgang
Straten genoemd het Maerselaer, b.p. Jan Jan Goessens, de gemeijnte
genoemd de Zijndonck, b.p. Dirck de Bresser, de erfgenamen van Jan
de Cromme senior. Henrick belooft alle lasten van zijn kant af te
handelen. Datum 20 augustus 1578, getuigen Jan Ghijsberts en
Huijskens.
==================067====================
Genoemde Henrick uit de vorige akte heeft op zich genomen de pacht
van een half lopen rogge uit een pacht van twaalf lopen rogge per jaar
te gaan betalen, welke pacht Henrick jaarlijks betaald uit diens bezit
aan de kinderen van Catherijn van Kriekenbeeck en ook de andere
lasten etc. jaarlijks zodanig te zullen blijven betalen dat het bezit van
Dielen daarvoor verder gevrijwaard zal blijven. Datum en getuigen
als boven.
==================135=======================
Henrik, Jan senior, Jan junior, en Philips broers en zonen van Peter
Henricks van de Schoot, Jan zoon wijlen Ghijsbrecht Brouwers als
man van Margriet, Cornelis zoon Lambrecht Wouters als man van
Aleijden en nog Jenneken, gezusters en dochters van genoemde Peter
van de Schoot, waarbij deze Jenneken wordt geassisteerd door Aerden
Sgraets haar hierbij gekozen voogd en verder Henrick Henricks int
Ekerschot en Gerart Henricks van de Schoot als voogden over de
minderjarige kinderen van Henrick Niclaes Eijmbrechts verwekt bij
Catherijn dochter van genoemde Peter van de Schoot, zijnde allen
kinderen van deze Peter van de Schoot verwekt bij Aleijden dochter
van Dircks van de Venne, hebben een boedel-scheiding gemaakt
inzake de navolgende goederen.
Genoemde Henrick heeft een hofstede verkregen waarvan het huis is
neergevallen, b.p. de kinderen van Henrick Niclaes waarvan het is
afgedeeld, de gemeenschappelijke straat aan de Onze Lieve
Vrouwekerk. Verder krijgt hij een akker genoemd de Harnisakker,
b.p. de weduwe en kinderen van Gerart Lenaerts van Gestel, Aert
Peter Alaerts, de kinderen van Rut de Louwer, een gemeenschappelijke
molenweg. Verder krijgt hij de helft van een beemd genoemd
de Beverdonck onder Spoordonck, b.p. Simon Matheus en Michiel
van de Vleuten, de kinderen van Niclaes Loijen, de Beverdonck.
Verder krijgt hij nog de laatste Moost in Oirschot onder de Moosten
gelegen aan het Beersveld, b.p. Jan Sgraets, Lenaert Lipkens, Dielis
van der Vleuten. Uit dit erfdeel moet jaarlijks 4 lopen rogge worden
betaald aan de H. Geest te Oirschot en de grondchijns.
Jan senior heeft een akker gekregen genoemd den Stert, gelegen in
Oirschot herdgang de Notel, b.p. de kinderen van Thomas van der
Ameijden, de weduwe van Willem Faes, de gemeenschappelijke
straat. Verder krijgt hij de helft van een beemd genoemd de
Besterbeemd, gelegen in Oirschot herdgang Naastenbest, b.p.
304)
de Bodemsteegde, de kinderen van Jacop Henricks van de Schoot.
Verder krijgt hij de helft van een beemd genoemd het Loijsche Broek,
herdgang Spoordonck nabij Balsvoort, b.p. de kinderen van Michiel
van de Schoot, de 8 bunders. Ook krijgt hij het middelste heiveld in
de Notel gelegen, b.p. de stukken die er van worden afgedeeld,
Ghijsbert Niclaes Vlemmincks. Uit dit erfdeel moet jaarlijks 7 lopen
rogge worden betaald aan de H. Geest te Oirschot en de grondchijns.
Jan junior heeft het huis met tuin etc. gekregen, groot een zesterzaad,
af te meten langs de dries naast het erf van Elisabeth Goossen Danels,
gelegen in Oirschot herdgang Kerkhof, b.p. het erf van genoemde
Elisabeth, het stuk dat er van wordt afgedeeld, Ghijsbrecht van Doren,
Henrick van Hersel, de straat. Ook krijgt hij een akker genoemd den
Lippaert, b.p het gasthuis te Oirschot, Dirk de Smit, de weduwe en
kinderen van Gerart Lenaerts van Gestel. Ook krijgt hij de helft van
een weiland ter zelfder plaatse gelegen, b.p. de Lerputloop, de
kinderen van Jan van Tulden, de Harnisakker, de gemeenschappelijke
straat. Verder krijgt hij nog een beemd genoemd de Poldonck,
b.p. jonker Jan Monincx, meester Henrick van der Ameijden, de
kinderen van Gerart Philips van Strijp. Ook krijgt hij de eerste Moost
aan het Beersveld, b.p. de kinderen van Michiel van de Schoot, het
stuk dat er van wordt afgedeeld. Verder krijgt hij een stuk weiland in
de Moesbroeken, zijnde het middelste, b.p. de kinderen van Jan int
Ekerschot, het stuk dat er van wordt afgedeeld. Verder krijgt hij een
rente van 6 gulden per jaar te ontvangen uit het bezit van Jan Peters
de Cort te ontvangen na het overlijden van hun vader. Verder krijgt
hij nog een pacht van 3 lopen rogge per jaar uit het bezit van de
kinderen van Gijsbert Goijaert Hoppenbrouwers samen met de
achterstand daarvan. Uit dit erfdeel moet jaarlijks 6 lopen rogge
worden betaald aan heer Aerden van den Hovel in Den Bosch, nog 6
gulden per jaar aan een man te Keulen en de grondchijns.
Genoemde Philips heeft een akker verkregen genoemd den Langen
akker gelegen in Oirschot herdgang de Kerkhof, b.p. de kinderen van
Wouter Thomas, het hertogenland, de erfgenamen van Roelof Janssn.
van Ostaden. Verder krijgt hij een akker genoemd de Tiendeloze
akker, gelegen in Oirschot herdgang Straten, b.p.
304-v)
de kinderen van Henrick Niclaessen, de gemeenschappelijke straat.
Verder krijgt hij een heiveld genoemd het Kleine heiveld, gelegen in
herdgang de Notel, b.p. Aelbrecht Verhoeven, het stuk dat er van
wordt afgedeeld, het Rot. Verder krijgt hij een beemd genoemd het
Henrikslaar onder Spoordonck, b.p. de rivier de Aa, de kinderen van
Michiel van de Schoot, een straat, Michiel van der Vleuten en de
kinderen van Niclaes Alaerts. Uit dit erfdeel moet jaarlijks 6 lopen
rogge worden betaald aan jonker Oefalise, nog 3 lopen rogge per jaar
aan de H. Geest te Oirschot en de grondchijns.
Jan Ghijsbrecht Brouwers als man van Margriet heeft een akker
gekregen genoemd de
==================203=======================
128-v)
Henrick zoon wijlen Peters van de Schoot als man van Jenneken
dochter van wijlen Thomas Aert Roefs verwekt bij Elisabeth dochter
van Willem Rutgers van Oudenhoven, voor een vierde deel, Jan zoon
wijlen Willem van Cuijck en Rutger Willem Geverts van Ostaden als
aangestelde voogden over Willemken minderjarige dochter van wijlen
Willem Willem Rutgers van Oudenhoven voor haarzelf en ook
vanwege Rutger zoon van wijlen Willem Willem Rutgers van
Oudenhoven, voor twee vierde parten en verder nog Henrick zoon
Peters van der Hoeven weduwnaar van Heijlken dochter van Willem
Willem Rutgers van Oudenhoven, ook voor een vierde part, zijnde
allen erfgenamen van wijlen Margriet dochter van genoemde Willem
Rutgers van Oudenhoven, hebben nu een boedelscheiding van deze
nalatenschap gemaakt.
Bij deze verdeling heeft Henrick Peters van de Schoot een beemd
gekregen genoemd de Smitsbeemd gelegen in Oirschot herdgang
Spoordonk, b.p. de Smitshorst, de Braeck, Niclaes Willems van Best,
de gemeenschappelijke straat. Uit dit erfdeel moet jaarlijks het derde
deel van 20 stuivers worden betaald aan Niclaes Willems van Best en
ca. 2 stuivers grondchijns aan de heer van Oirschot.
Bij deze verdeling hebben de genoemde voogden voor de genoemde
twee vierde delen, de twee derde delen gekregen van een akker
genoemd de Drijeseeghden, ook nog inzake een akker genoemd de
Braeck, nog inzake een akker of weiland genoemd het Smits
horstken, samen aan elkaar gelegen in Oirschot herdgang Spoordonk,
b.p. Rutger Adriaen Wenselaers, de Smitsbeemd, Niclaes Willems van
Best, de gemeenschappelijke straat. Ook krijgen ze nog twee derde
delen van een beemdje,
129)
genoemd het Mortelken ter zelfder plaatse gelegen. Uit dit erfdeel
moet jaarlijks twee derde deel van 7 stuivers per jaar worden betaald
aan het St. Barbara altaar in Oirschot van de eerste fundatie, nog ca. 4
stuivers grondchijns aan het kapittel te Oirschot. Verder krijgen ze
nog een rente van 3 gulden per jaar op onderpanden van de kinderen
van Jan Dirck Jacops uit een brief van 6 gulden per jaar die aflosbaar
is.
Bij deze verdeling heeft Henrick Peters van der Hoeven voor wat
betreft het recht van vruchtgebruik en zijn minderjarige dochter
Willemken voor wat betreft het erfrecht, het derde deel gekregen van
vier akkertjes, een genoemd de Drijeseegde, het tweede de Bertenhof,
het derde de Braecke en het vierde het Smitshorstken, samen aan
elkaar gelegen in Oirschot herdgang Spoordonk, b.p. Rutger Adriaen
Wenselijns, de Smitsbeemd, Niclaes van Best, de gemeenschappelijke
straat. Ook krijgt ze nog het derde deel van een beemdje genoemd het
Mortelken, ter zelfder plaatse gelegen aan de gemeenschappelijke
straat. Uit dit erfdeel moet ze jaarlijks 13 lopen rogge betalen aan
Geertruit weduwe en kinderen van Antonis Peters van der Vleuten,
nog het derde deel van 7 stuivers per jaar aan het St. Barbara altaar te
Oirschot, nog ca. 2 stuivers grondchijns aan de heer van Oirschot.
Genoemde erfgenamen verklaren dat ze deze boedelscheiding altijd
gestand zullen blijven doen. Datum 21 juni 1599, getuigen Houbraken
en Cort.
==================325=======================
Henrick, Jan de jonge en Philips, gebroeders en zonen van wijlen
Peter Henricks van de Schoot, voor henzelf handelend en ook voor
Jan senior, hun broer en verder als gerechtigden voor hun zusters
Margriet en Jenneken, verder Cornelis Lamberts als man van Aleijt,
dochter van vermelde wijlen Peter Henricks van de Schoot, die voor
henzelf optreden en ook voor Philips, Jan en Dingen zijnde kinderen
van Philips Henricks van de Schoot en nog insgelijks optreden voor
Henrick en Geerling, kinderen van Michiel Henriks van de Schoot,
waarbij vermelde Philips ( zoon van Peter Henrik van de Schoot, JT )
en Cornelis Lamberts nog handelen in de naam van Jan Michielsen (
van de Schoot ? ), verder Willem Huiberts als man van Anneken
dochter van genoemde Michiel Henricks van de Schoot en verder
Elisabeth en Jenneken dochters van vermelde Michiel Henricks van de
Schoot, verder Jan Peters Verhoeven de jonge en Jan Dircks van Beers
als echtgenoten die voor henzelf optreden en ook voor de anderere
kinderen van genoemde Peter Henricks van de Schoot en waarbij
vermelde Philips Peter Henricks van de Schoot nog handelt namens
Henrick Gerits van de Schoot, zijnde allen erfgenamen van wijlen
Jacop Philips van de Schoot,
397)
verklaren nu dat Denis Dirck Marten Sgrijters en diens kinderen aan
hen een bedrag van 25 gulden hebben betaald als deze Denis en diens
kinderen aan deze erfgenamen hadden beloofd ongeveer een jaar
geleden voor schepenen in Oirschot en ze geven hen hiervoor nu
kwijting. Datum 24 december 1613, getuigen D. Hoppenbrouwers en
Ven die het aandroegen.
=================138=======================
Jan en Heesken, kinderen van wijlen Jan Willems van Cuijck waarbij genoemde Heesken
is vergezeld van haar voogd, verder Wouter Peters van den Berch die als zodanig is
gemachtigd op grond van een machtiging middels een
schepenbrief van Oirschot d.d. 13 april 1635 afgegveen door Dielis Seberts van Cuijck
zoals het scheen, verder Geraert Goossens onze secretaris als gemachtigd zijnde middels
een procuratie
156)
opgemaakt in de stad Den Bosch d.d. 12 mei 1635, zoals ons is gebleken, aan hem
verleend door Willem Dirck Rutten wonend in Boxtel die daarbij voor zichzelf optrad als
ook voor Jan en Catharina zijn broer en zuster zijnde, zijnde allen kinderen van
genoemde Dirck Rutten, en ook namens verder Peter Henrick Reijnder Heesters als man
van Mariken, dochter van genoemde Dirck Rutten zoals het scheen, verder Dirck zoon
wijlen Henricks van de Schoot, Jan Jan Peters Verhoeven als wettige man van Elisabeth,
Jan Aelberts Verhoven als wettige man van Meriken en nog Goijaert zoon wijlen Niclaes
Scepens, als wettige man van Aleijt, zijnde allen gezusters en dochters van wijlen
Henrick Peters van de Schoot, van welke genoemde kinderen Jenneke dochter van
Thomas Aert Roefs de moeder was, die voor henzelf optreden en ook voor hun broer
Philips, zijnde in hun hoedanigheden allen erfgenamen van wijlen Heesken dochter van
wijlen Willem Rutgers van Oudenhoven en de moeder van deze Heesken was Catharina
dochter van wijlen Willems van Cuijck, en deze
157)
personen, overeenkomstig een akkoord opgemaakt voor schepenen alhier d.d. 15 mei
1626, verkopen nu een akker genoemd het Bommelslaer, groot ca. een zesterzaad,
gelegen in Oirschot herdgang Spoordonck, ter plaatse genoemd Bommelslaer, b.p. de
kinderen van Arien Willem Leijten, de gemeijnte aldaar, Jan Dircks van de Heuvel,
samen met de wallen en de sloten die er rondom zijn gelegen. Het genoemde perceel
wordt nu verkocht aan Jan Goort Goorts en de verkopers beloven alle lasten van hun kant
af te handelen, behalve de dorpslasten en behalve de grondchijns. De koper moet zorgen
voor onderhoud van wegen en waterlopen. Datum 21 mei 1635, getuigen Velde, Scepens
en Francken.