Er ist verheiratet mit Anna Maria Josepha Prumpeler.
Sie haben geheiratet am 21. April 1914 in Aken Duitsland, er war 35 Jahre alt.
Kind(er):
JOEP BEMELMANS en JOSEPHA PRUMPELERJoep Bemelmans wordt geboren op 21 maart 1879 in het witte vakwerkhuisje van de&
nbsp;familie Gross in het Eifeldorpje Scheuren in het nabije Dreiborn wordt hij onder de namen Mathias Joseph ingeschreven. Met zijn zusje Marie en zijn broertje Ludwig gaat hij later i
n Schleiden naar school, alwaar hij fatsoenlijk Duits leert praten, en schrijven met de moeilijke Duitse letters. Thuis heeft hij van zijn moeder het Eifel-dialect geleerd, terwijl
zijn vader plat limburgs spreekt. Als Joep 10 jaar is, verhuist het gezin naar Hunnecum, zodat zijn lager onderwijs in het Hollands voltooid wordt. In de zomer van 1891 verlaat hij de
school van Nut en gaat bij boer Limpens aan de putweg werken. Het liefst gaat Joep met paarden om en daarom verbetert hij zich al gauw door bij de grote boer Pieter Raumans knecht
te worden. De hoeve ligt vooraanin Hunnecum en in 1824 gebouwd in de spek-huis stijl Raumans komt van Laurensberg en Joep, die zeer Duits gezind is, kan het goed met zijn baas vinden. In 1895 het jaar dat zijn oma s
terft, trekt Joep weg naar Keulen , vindt werk bij een brouwerij en rijdt met de bierwagen door de stad om de herbergen van het nodige Kölsch
te voorzien De welvaart is groot in de stad aan de Rijn en ook Joep krijgt de smaak van het bier te pakken. In 1899 wordt Joep Bemelmans geschikt verklaard
voor de militaire dienst, volgens het signalement heeft hij blonde haren en is 1 m 64 lang. Hij is in die tijd weer knecht in Nuth. Later woont hij in Richterich om op de nabijgelegen k
alkoven Rote Erde te kunnen werken. Na een paar maanden bij zijn ouders in Hunnecum te hebben doorgebracht, wordt hij op 27 maart 1911 fabrieksarbeider in Hertzogenrath. Mari
a Bemelmans de oogappel van haar vader, blijft lang bij haar ouders wonen. Ook zij is in 1889, 21 jaar oud, in Hunnecum aangeland, en opgegroeid tot een knap, slank meisje met donkere h
aren. Menigeen dingt naar haar hand, zoals Harie Frijns, maar tevergeefs. Marie heeft een hekel aan koken en ander huishoudelijk werk, het liefst helpt ze haar vader in de tuin en op het vel
d. Marie is de 30 ruim gepasseerd, als ze de klompenmaker Sjang Reul leert kennen en beminnen, die in een klein huisje in de Schurenberg woont. Ook haar broer Joep is op
het liefdespad. Op zijn tochten met paard en kar door het Limburgse land leert hij Josepha Prumpeler uit Eys bij Wittem kennen. Zij is een van de vier charmante dochters van
Winand Joseph Prumpeler en Anna Suzanna Hamers uit Eys. Het huwelijk van Joep en Josepha wordt ingezegend in de Jacobi-kerk te Aken op 21 april 1914. Zij gaan wonen in Onder-
Spekholz, waar Joep kolen en slik van de mijn willem-Sohie vervoerd naar de klanten. Het is een prachtige zomer, maar oorlogswolken pakken zich samen. Op dinsdag 4 augustus trekken
;de Duitse troepen onder leiding van Von Kluck tussen Aken en Vaals over de Belgische grens. De eerste volkerenslachting was uitgebroken. Op 3 september 1914 trouwt ook Marie Beme
lmans te Nuth met Jan Joseph Reul van Hoensbroek. Als jong meisje heeft Marie ooit verklaard nooit in Hoensbroek te willen wonen maar verhuist ze naar Schurenberg, Op de avond van de 3e september bereiken de uitgeputte troepen van Von&nbs
p; Kluck de Marne, alwaar de aanval tot stilstand komt. Een 4 jaren uitputtende loopgraven-oorlog begint. Voor de wet vertrekt Marie op 11 september
1916 pas naar Hoensbroek. In Hunnecum wordt Mari Huntjes uit Schimmert dienstmeisje bij Thies. Ze wordt opgevolgd door Marie Louise Dreessens uit Herstal, een Belgische vluchteling
e, die tot 1919 blijft. Tijdens de oorlog worden in Spekholzerheide drie kinderen geboren: Anna Suzanna op 21 februari 1915, genoemd naar oma, Michiel Josef op 21 feb
ruari 1916 en Hubert Martin op 8 februari 1917. Ofschoon de grenzen gesloten zijn, smokkelt Joep paard en kar op Duits gebied. Joep zegt dat zijn vervoersmiddelen &nbs
p;gestolen zijn en krijgt alles vergoed. Maar alles komt uit en onze koetsier belandt enige dagen in de cel. Ofschoon Marie Bemelmans bij haar huwelijk reeds 36 jaar is, (
en haar man 48) wordt ze op 9 juli 1916 moeder van een dochter, die ze Maria noemt. Na de dood van zijn moeder vestigt Joep op 12 maart 1919 met zijn gezin in het ouderlijk huis te Hunn
ecum. De 73 jarige Thies gaat bij zijn zoon inwonen, maar is geen gemakkelijke kostganger behalve de kost moet hij ook pacht ontvangen. 11 november 1918 eindigt de oorlog. Op 18 sept
ember wordt Philomena Bemelmans geboren, peter is de 32 jarige kleermaker Frans Bemelmans uit Aalbeek en meter is Philomena Prumpeler. Op 4 december 1920 ziet
Maria Louisa het levenslicht. Doopgetuigen zijn Zef Bemelmans van de blauwe steen en Louisa Deckers. In hetzelfde jaar is ook Marie van Schurenberg moeder geworden v
an een zoon, geboren op 2 mei, die Mathieu wordt genoemd. Het kind is intelligent, maar in zichzelf gekeerd, later moet het zelfs in een inrichting worden . Op 12 februari is de geboort
e van Frans Reul. Alhoewel Thies een goede verzorging geniet, neemt hij op 18 oktober 1923 de benen naar het z.g.n. Doonder huisje, een tehuis voor oude van dagen. Reeds na
2 maanden keert hij op hangende pootjes in Hunnecum terug. Maar blijft klagen en beweerd, dat niemand zo goed kan koken en proper is als zijn overleden vrouw Truj. Sjeng&nbs
p; Bemelmans wordt geboren op 23 augustus 1924. Bij de doop in de steigers staande Bavokerk van Nuth is Sjang Bemelm
ans uit Aalbeek peter en Maria Tillmans uit Simpelveld is peet tante. Op 16 september 1625 wordt de 9 jarige Josef Bemelmans met zijn bolderwagen aangereden door een luxe
auto, bestuurd door dr. Hesseleveld en dr. Tulleners uit Brunssem. Het ongeluk gebeurd voor het huis van Sjeng Bruls. De jongen heeft een schedelbasisfractuur en overlijdt om 10 uur &r
squo;s avonds in het huis van zijn ouders. Het is een zware slag en zijn moeder beweert haar leven lang, dat de doktoren te veel wijn hadden gedronken. Op 19 september wordt he
t slachtoffer in Nuth begraven. Josef Bemelmans wordt Schlam-Joep genoemd, omdat hij steenkool en schalm met paard
en kar bezorgd. Hij draagt kamasje want vaak staat hij midden in het slik. Altijd heeft hij tijd voor een borrel en geniet van het leven. Vaak is hij te gast op de Blauwe-Steen en zijn
nicht Marie Bemelmans, die met Sjeng Bruls op de berg in Hunnecum woont. In 1936 vindt de verdeling plaats: Marie uit Schurenberg krijgt het huis en Joep die het land erft, moet huur betalen en Thies
onderhouden. Nu verhuist Joep met zijn gezin naar een boerderij in Walem. Thies komt bij de zusters in het Gezellenhuis te Nuth. OP 9 februari 1940 viert hij zijn 94e verjaardag. In&
nbsp;de tuin zit hij op een versierde stoel, want het weer is zacht ’s Avonds komt zijn kleindochter hem feliciteren en vertellen dat haar vader Jan Reul diezelfde dag gestorven i
s. Op een regendag in de oorlog krijgt Thies verlof om een borreltje te gaan kopen. Zo krijgt hij longontsteking en sterft op 14 juni 1941. Ook de oorlog gaat voorbij. Joep voelt zich oud en
ziek. Steeds vaker fietst hij naar dokter de Wever in Nuth om medicijn. Op 22 maart 1949, de dag na zijn 70e verjaardag, is hij te Walem overleden. De vrouwen van de Bemelmanssen
leven het langst. Josepha Prumpeler sterft 2 november 1961, 73 jaar oud en Maria is doodgegaan op 27 september 1964 in haar huis in Terschuren.
Mathias Joseph (Joep) Bemelmans | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1914 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Maria Josepha Prumpeler |
Toegevoegd door een Smart Match te bevestigen
Stamboom op MyHeritage.com
Familiesite: Kabo Web Site
Stamboom: site38117111-tree1-20111227