Eind 1861 meldde hij zich vrijwillig aan bij het koloniaal Werfdepôt als soldaat, voor een 6-jarig contract. Hij kreeg ? 150,= handgeld. Toen hij zich aanbood om dienst te doen in West-Indië, werd het bedrag met een premie van ? 20,= verhoogd. Met het schip "De Zeester" vertrok hij op 23 juni 1862 naar Curacao. Hij kwam daar bij de compagnie jagers. Op 14 juli 1869 kwam hij met het schip "Santa Rosa" in Nederland terug. Van 1871 tot 1872 woonde hij in Voorburg. Hij meldde zich in augustus 1873 opnieuw aan bij het Koloniaal Werfdepôt als soldaat. Ditmaal voor twee maanden. Hiervoor kreeg hij ? 200,= handgeld. Zijn bestemming was Nederlands Indië. Ongetwijfeld heeft Gerardus zich daar goed vermaakt want hij kwam niet na twee maanden, maar pas na tien jaar terug met het schip "Prinses Amalia". Het schip vertrok in Nederlands Indië 15 april 1883 en arriveerde 17 juli 1883 in Amsterdam. Voor een korte periode werd hij in Ommen gelegerd. In april 1884 keerde hij terug in Den Haag, maar vertrok in hetzelfde jaar naar Nederlands Indië, waart hij diende bij de Infanterie. Op een onbekende datum vertrok hij weer naar Nederland. Hier maakte hij zich schuldig aan bedelarijen landloperij en werd veroordeeld tot opzending naar Veenhuizen-Norg 6.7.1896, waar hij ook overleed.
Gerardus Johannes van Koert |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.