verhaal uit de krant van 4 juni 1901
Ruddervoorde: dieven ontdekt
In den nacht van 2 op 3 Juni laatst, hadden dieven eene zeis gestolen bij Pieter Noteboom, eene zeis bij Jan Vlaminck en ook eene zeis bij Constant Van Neste, deze personen zijn landbouwers, wonende te Oostcamp, wijk "Campveld". De heer kommissaris van policie van Ruddervoorde werd van deze diefstallen verwittigd, daar de landbouwers vermoedens hadden dat de dieven op Ruddervoorde woonden. De kommissaris van policie en zijn hulpveldwachter Adiel Goethals gingen op zoek achter de dieven die ontdekt werden in de Magere Busschen te Ruddervoorde. Daar de politie vernomen had dat de gebroeder Van Eeghem, Camiel en Jules, niet werkten en waarschijnlijk van diefstallen leefden, werden deze gasten onderhoord. Door vragen in het 't nauw gebracht, bekenden beiden de diefstallen in Oostkamp gepleegd te hebben: de zeisens werden in beslag genomen. Midderwijl ontdekte de kommissaris nog een diefstal van aardappelen, gepleegd door de gebroeders Van Eeghem ten nadeele van den landbouwer Demaré te Oostkamp (Niewenhove) Door de kommissaris Eeckman werden de landbouwers verwittigd, en kwamen zondag laatst hunne gestolen voorwerpen erkeenen die hen terug overhandigd werden. Zoals men wel denken kan, waren de boerkens van Oostcamp ten hoogste tevreden. De gebroeders Van Eeghem zijn alreeds naar Frankrijk gevlucht. Men ziet dat het te Ruddervoorde niet deugt voor de dieven.
Er ist verheiratet mit Maria van Geyt.
Sie haben geheiratet
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.