Er ist verheiratet mit Wilhelmina van Hel.
Sie haben geheiratet
Campegius Vitringa (1659-1722)
Geboortedatum16 mei 1659
GeboorteplaatsLeeuwarden
Overlijdensdatum21 maart 1722
OverlijdensplaatsFraneker
NationaliteitNederlands
Werkzaamheden
Vakgebiedtheologie
UniversiteitFraneker
Overig
ReligieNederduits Gereformeerd
Portaal Portaalicoon Onderwijs
Campegius Vitringa (Leeuwarden, 16 mei 1659 - Franeker, 21 maart 1722) was een Nederlandse hoogleraar theologie.
Leven en werk
Vitringa werd op 16 mei 1659 geboren als zoon van de substituut-officier van het Hof van Leeuwarden Horatius Vitringa en van Albertina de Haen. Zijn voornaam Kempe of Keijmpe wijzigde hij later in Campegius. Hij studeerde theologie aan de universiteit van Franeker en aan de universiteit van Leiden waar hij in 1679 promoveerde. Een jaar later werd hij benoemd tot hoogleraar in Franeker. Hij doceerde daar onder meer Oosterse talen, theologie en kerkgeschiedenis. Hij trouwde op 25 november 1681 met Wilhelmina van Hel (ook Hellius). Vitringa was een leerling van Herman Witsius, die zijn theologisch denken heeft gevormd. Hij wordt gerekend tot de coccejanen, maar wel met een eigen invulling. Hij had aandacht voor de praktijk van het geestelijk leven en de plaats van mystiek. Zijn theologische opvattingen brachten hem in conflicht met de aanhangers van Voetius. In 1684 werd hij van ketterij beschuldigd en in 1698 wisten de Voetianen zijn benoeming tot hoogleraar in Utrecht te verijdelen. In 1702 weigerde hijzelf een beroep naar Utrecht te accepteren.
Vitringa overleed in maart 1722 op 62-jarige leeftijd. Zijn gelijknamige zoon Campegius was in 1715 benoemd tot hoogleraar theologie aan de universiteit van Franeker. Hij overleed kort na zijn vader in januari 1723.
Bibliografie
De amore veritas, 1683
Archisynagogus observationibus novis illustratus, Franeker, 1685
Aphorismi, 1688 (negenmaal verschenen, vijfmaal in het Latijn en viermaal in het Nederlands als Korte stellingen, in welke vervat worden de grondstukken van de christelyke leere)
Korte verklaring van het gelove der Algemeene Kerke aangaande de geboorte des Soons, en de tijdelijke doodt der gelovige, 1691
Anakrisis Apokalypsios Joannis Apostoli, 1705
Observatorium sacrae, 1711
Verklaring van de evangelische parabolen, Amsterdam, 1715
Typus theologiae practcae sive de vita spirituali ejusque affectionibus commentatio, 1716
Hypotyposis historiae et chronologiae sacrae, Leeuwarden, 1716
Korte schets van de christelyke zeden-leere ofte van het geestelyk leven ende desselfs eigenschappen, 1717
Bron
Fournier, W.J. Vitringa, Campegius in: Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands protestantisme, deel 3, 1988
Onder de Handschriften en Handtekeningen van bekende Leeuwarders, bevindt zich een "Getuigschrift voor Henricus van Thoon door C(ampegius) Vitringa (sr.) te Franeker" (1697).
Over de doofheid van Campegius Vitringa schrijven de Gebr. van Uffenbach, die hem in 1710 bezochten:
"Wir mussten uns verwundern, dass dieser Mann so elend und slecht von Gesicht aussahe, noch mehr aber, dass er so taub war, dass er fast gar nichts höret. Er nöthigte uns nieder zu sitzen, und langte sogleich aus seinem Schlaf-Rock ein dergleichen Horn von Blech mit Schwarzem Leder überzogen, dergleichen wir bey Herrn Wohlfahrt zu Cassel gesehen hatten. Dieses Horn hielte er vor das rechte Ohr, und neigete sich ganz zu mir, dass ich ihm ganz nahe dahinein ruffen sollte. Ob ich nun gleich zimlich laut redete, verstunde er mich doch nicht, sogar hat der gute Mann das Gehör verlohren. Ich musste also so stark, als ich konnte, reden, man kan sich also leicht einbilden, was vor eine Conversation gegeben".
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.