Er ist verheiratet mit Isabella Allardina (Isabella Alardina) Vermeulen.
Sie haben geheiratet am 19. Januar 1830 in Batavia (Java-N.O.I.), er war 27 Jahre alt.
Kind(er):
Beroep: IJzerwarenfabrikant, (gepensioneerd) Oost-Indisch ambtenaar, wethouder Zaltbommel (Gl)
Enkele jaren na het overlijden van Gerards' ouders was Gerard op zijn drieëntwintigste naar Batavia afgereisd om carrière te maken. Tot zijn benoeming in 1836 als Secretaris der Residentie Kedoe (Magelang, Java) iwerkte hij op het Departement van Financiën en doorliep de rangen tot 1e commies. In datzelfde jaar vestigde het jonge gezin Heijligers-Vermeulen zich in Kedoe. De reis erheen moet moeizaam zijn geweest, want treinen waren er nog niet. Zeker geen pretje, zeker niet met kleine kinderen; de oudste was 5 jaar, de jongste later mevrouw Philips nog slechts een paar maanden oud.
Naast zijn bestuurlijke en rechterlijke werkzaamheden als secretaris was hij tevens belast met het toezicht op de door het Gouvernement voorgeschreven gewassen, waarin ook persoonlijk handelen in indigo was toegestaan. Na zijn pensionering zette hij de handel in indigo voort met zijn neven zonen van zijn zuster Caroline de Maret-Heijligers en betrok daarbij ook enkele van zijn zonen. De jaren in Kedoe, Magelang moeten voor hem de belangrijkste zijn geweest.
Na twintig jaar onder de tropenzon kreeg Gerard in 1843 tweejarig verlof tot herstel van gezondheid. Het echtpaar Heijligers reisde met hun zeven kinderen via Semarang en Batavia per stoomschip naar Holland en gingen wonen in Zaltbommel, de geboorteplaats van zijn vrouw. Eerst in de Waterstraat en in 1845 in de Ruiterstraat. Zaltbommel stond in die tijd onder gepensioneerde Oost Indië ambtenaren bekend als gezellig en goedkoop. Zaltbommel had voor die tijd goede bootverbindingen en werd al vroeg aangesloten op het spoorwegnet. Dit laat onverlet dat de leefomstandigheden voor de bevolking zwaar waren. Het hele land kampte immers met tegenvallende oogsten, werkloosheid, barre weersomstandigheden, enz.
Door bemiddeling van Isabellas oom Christiaan J. Vermeulen werd het 18e eeuwse herenhuis, Ruiterstraat 10, aangekocht dat uiteindelijk in 1850 Gerards eigendom zou worden. Uit overlevering is bekend dat het herenhuis al eerder aan Isabellas familie toebehoorde en dat er een bedrijfspand naast stond waar eens paarden van Napoleon gestald waren en dat later gebruikt werd als brouwerij en pakhuis.
Gerards verlof werd tot drie keer toe verlengd, maar in 1846 keerde hij zonder zijn gezin terug naar Nederlandsch Indië waar hij uiteindelijk op wachtgeld werd gesteld. Van Rijkswege werd hem een toelage toegekend ten behoeve van zijn in Nederland achterblijvende echtgenote en kinderen. In 1847 werd Gerard eervol ontslagen met toekenning, onder s Konings goedkeuring, van f 1.425 s jaar pensioen en na een maandenlange zeereis was hij datzelfde jaar tegen Kerstmis definitief terug bij zijn gezin op de Ruiterstraat.
Na zijn pensionering werd hij ijzerhandelaar, waarschijnlijk met zijn buurman Enthoven die op nummer 16 woonde. Hij was lid van de gemeenteraad in Zaltbommel van 1851 tot 1867, regent van het Bommels Gasthuis, bestuurslid van Sociëteit de Verdraagzaamheid, voorzitter van de Commissie voor de restauratie van de Toren van de Sint Maartenskerk (1867) en getuige bij het huwelijk van de Bommelse Suzanne Leenhoff (1829-1906) en de beroemde Franse kunstschilder Edouard Manet (1832-1883). Hij overleed op 2 november 1875 en werd begraven op de begraafplaats Bossche Poort.
Het echtpaar Heijligers-Vermeulen kreeg 13 kinderen:
Louise, Gerard, Eduard, Betsy, Charles, Richard Theodor, Willem Richard en Isabella Maria werden geboren in Nederlands Indië. In Indië overleed Richard Theodor (1839-1841) en vlak na aankomst in de Waterstraat stierf Willem Richard (1841-1844). In de Ruiterstraat werden Arnoldus, Dora, Henri, Jules en Louis geboren en brachten daar hun jeugd door met hun oudere broers en zusters.
Uit het Nederlands Hervormd lidmaatregister blijkt dat allen belijdenis deden in de Sint Maartenskerk. Volgens de gegevens uit het bevolkingsregister zou vader Gerard Rooms Katholiek zijn gebleven.
Gerard (Gerhardus Johannes) Heijligers Gerard was het vijfde kind van Johannes Hendricus Heijligers ( ), en Maria Catharina Geestman. De ondertrouwakte van zijn ouders luidde: vader, lakenkoper komend uit Raijen, ouders doot. Aan het einde van de 18e eeuw was Gerard s vader, zoals veel Hollanders, uit Geldren Pruisen verbannen en naar Amsterdam gekomen. Vaak werd bij inschrijving in de gemeente ouders doot opgegeven, daar anders de kans groot was om teruggestuurd te worden. Ook Maria Catharina Geestman s ouders waren immigranten uit Duitsland.
.
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.