Hij werd als voorzittend meester, sinds 1 augustus 1862, van de loge "De Opgaande Ster"
te Goes met bijzondere plechtigheid ter aarde besteld.
Aan de broeders J.C.D. van den Bussche, L.M. can Campen en J.L. van der Pauwert werd
opgedragen een necrologie van broeder Persant Snoep te maken.
Uit de necrologie van Jan Persant Snoep:
Broeder Persant Snoep zag het ware Licht in de Loge "L’Inséparable" op 24 januari 1857.
Na de heropening van de Goese Loge werd hij met algemene stemmen tot Redenaar
gekozen en in juli 1862, toen broeder Otto Verhagen de "Moker des Gezags" neerlegde,
werd broeder Snoep - om zijn bekwaamheid en ijver voor de Orde - in diens plaats benoemd.
Broeder Snoep was vrijzinnig - een vrijdenker - en verloochende deze beginselen nooit. Tot
zijn dood was hij een strijder voor de vrije gedachte; al dat naar dwang zweemde bestreed
hij met kracht.
Waar zich - zoals overal - donkere wolken boven de Goese Loge vertoonden, wist hij de
leden moed in te spreken, hen op te wekken om voort te gaan, niet in ijver te verflauwen
en wist menig bezwaar op te heffen.
Zoals broeder Jan Persant Snoep leefde, is hij ook gestorven, als een waarlijk vrijzinnig
man, een broeder geheel doordrongen van de kracht van de maçonnieke beginselen . Hij
was een mens zoals er slechts weinigen zijn.
Langzaam maar zeker ondermijnde een noodlottige kwaal zijn krachtig gestel. Als arts was
hij zich van zijn toestand volledig bewust en hij wist dat hem nog slechts korte tijd was
gegund. Geen hoop op een leven hiernamaals, bleef hij aanhanger van een natuurlijke
levensbeschouwing, maar dat gaf hem niet minder moed om te sterven.
Wat anderen, aanhangers van een kerkelijke leerstelling, omtrent een leven na dit leven
ook mogen beweren omtrent de ongerustheid waarmee vrijdenkers slechts kunnen sterven,
broeder Snoep heeft bewezen dat dit niet zo is.
Twee broeders Vrijmetselaren spraken hem nog een paar dagen voor zijn heengaan.
Uitgestrekt op wat zijn stervenssponde zou worden, sprak hij hen volkomen kalm toe. Hij
maakte de nodige schikkingen, overhandigde hun de insignes en stukken,
die betrekking hadden op zijn Vrijmetselaarschap.
En bij het afscheid - kalm en waardig genomen - verzocht hij hen zijn laatste groet over te
brengen aan de broeders in Goes, hun uit zijn naam te verzekeren van zijn onverflauwde
liefde voor hen allen en hen toch vooral op het hart te drukken,
bij elkaar te blijven en voort te bouwen aan het grote werk van de Vrijmetselaarij.
Broeder Jan Persant Snoep was niet alleen een geweldige broeder, ook in zijn profane
leven was hij een in Goes en omstreken zeer geliefd arts. Hij hielp waar nodig - ook in
andere maatschappelijke funkties - minvermogenden, zonder daarvoor enige financiële
tegemoetkoming te verlangen. Hij was een zeer goede vader en echtgenoot, die zijn gezin
steeds voorhield: zo goed mogelijk te leven. Zich te bekommeren om de medemens en niet
te kijken naar afkomst of beroep. De necrologie besloot: "Met het overlijden van Jan
Persant Snoep is een goed en bekwaam man heengegaan, die zich een eervolle naam
heeft verzekerd onder de beroemde Zeeuwen.....".
Bron: Als een Phoenix: de geschiedenis van "De Opgaande Ster" 1801-1823 - 1860 -1891
en het eerste Lustrum van de in 1983 geïnstallerde Loge door Han Wielick.
Er ist verheiratet mit Jacoba Cornelia Hazelof.
Sie haben geheiratet am 13. November 1835 in Middelburg, Zeeland, Nederland , er war 20 Jahre alt.
Kind(er):
Geadmitteerd te Middelburg op 12 juli 1837 tot heelmeester en heelmeester ten platten
lande en op 6 oktober als verloskundige. Hij vestigde zich in 1837 als zodanig te
's-Heer Arendskerke, een jaar later te Veere en 20 augustus 1840 te Wolfaartsdijk.
Aan zijn 25-jarig dienstverband aldaar op 20 augustus 1865 werd door enige van zijn
collega's op gepaste wijze aandacht besteed. Op 20 augustus 1880 werd zijn 40 -jarig
dienstverband aldaar luisterrijk gevierd is onder aanbieding van belangrijke geschenken.
Aan hem is achtereenvolgens de onderscheiding te beurt gevallen van benoemd te zijn
geworden: op 1 juni 1843 tot corresponderend lid van het Medisch-Physisch Genootschap:
Vis unita fortior, in 1818 te Hoorn opgericht; op 11 oktober 1850 tot corresponderend lid
van de Société Médicale d'Emulation de la Flandre Occidentale; op 10 april 1854 tot lid
van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Middelburg en op 7 september
1860 tot lid van het Genootschap ter bevordering van de genees- en heelkunde te
Amsterdam.
Zie verder over deze bekwame en verdienstelijke geneesheer onder andere:
De Middelburgsche Courant, no. 251 en 255;
De Goesche Courant, no. 126 en 128, beide van 24 en 28 oktober 1882;
Het Maçonniek Weekblad no. 46 van 13 november 1882;
Het verslag van de Vereeniging van Genees- en Heelkundigen in Zeeland, over 1882,
uitgebracht 23 februari 1883 te Middelburg;
Geschiedenis van Wolfaartsdijk door v.d. Baan, blz. 331, 332, 406 en 625.
Schrijver van het boek: Proeve eener historisch-kritische beschouwing van het wezen en de
behandeling der breukbeklemming. Goes, 1863, Snoep, J. Persant.
Jan Persant Snoep | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1835 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jacoba Cornelia Hazelof |