Er ist verheiratet mit Foockel Berber Haersolte.
Sie haben geheiratet.
Kind(er):
Eduard Marius van Burmania, geboren Engelum 26 nov 1700, gedoopt aldaar 30 nov 1700, overleden Leeuwarden 19 jul 1789, begraven Weidum 24 jul 1789, zoon van Frans Eysinga van Burmania en Wilhelmina Onnesdr van Tamminga.
Raadsheer bij het Hof van Friesland 1737/1762.
Eduard is getrouwd Minnertsga 17 nov 1726 met Foockel Berber van Haersolte, geboren Sexbierum 14 mrt 1707, overleden Leeuwarden 22 okt 1739 ,in het 33e jaar, begraven Jellum ,grafschrift, dochter van Arent Rutgers van Haersolte en Rienckje Alegonda van Camstra, ,ook Reina Allegonda.
Uit dit huwelijk:
1 Frans Willem van Burmania, geboren Minnertsga 21 mrt 1727, overleden Berlikum 6 dec 1728, begraven Menaldum.
2 Foockel Helena van Burmania, geboren Leeuwarden 23 mrt 1728, gedoopt aldaar 31 mrt 1728, overleden Zweins 19 jul 1801 ,op Kingmastate.
Foockel is getrouwd Oosterbierum 1751 ,16-5-1751 3e pr.Weidum, met Julius Matthijs van Beyma (thoe Kingma), geboren Harlingen 16 okt 1727, overleden Zweins 7 feb 1808 ,op Kingmastate.
3 Wilhelmina Eduarda van Burmania, geboren Berlikum 14 aug 1729, overleden Hallum 19 dec 1824 ,op Goslingastate.
Wilhelmina is getrouwd Marrum 20 feb 1750 (1) met Gysbert Arentsma van Idsinga, geboren Marrum 20 aug 1706, gedoopt aldaar 22 aug 1706, overleden 4 aug 1760 ,op zee., oud 55 jaar, begraven te Hallum.
Hij was kapitein ter zee.
Op het wapenbord te Hallum de wapens en namen: Idsinga,Hettinga,Coenders,Walta.
Wilhelmina is getrouwd Marrum 2 jan 1763 (2) met Duco Martena van Burmania, gedoopt Hallum 1 jan 1713, overleden 8 sep 1775 ,in het 63e jaar, begraven Hallum ,grafschrift, zoon van Sjuck van Burmania (X-i) en Jeepck van Douma.
4 Frans Laes van Burmania, geboren Berlikum 28 aug 1730, volgt onder XII-a.
5 Onno Schotto van Burmania, geboren Berlikum 3 nov 1732, overleden Stavoren 13 dec 1765.
6 Bauwina Gesina van Burmania, geboren Berlikum 26 sep 1735, overleden aldaar 1735.
7 Bauwina Gesina van Burmania, gedoopt Leeuwarden 12 dec 1736, overleden aldaar 1742 ?.
Zij is jong overleden,vermoedelijk in 1742 en dan op 17-9-1742 begraven in de Jacobijnerkerk te Leeuwarden.
8 Tjalling Egbert van Burmania, gedoopt Leeuwarden 21 okt 1739, overleden aldaar 9 dec 1740, begraven Leeuwarden,Jacobijnerkerk 15 dec 1740.
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
BURMANIA (Eduard Marius van), geb. te Engelum 30 Nov. 1700, overl. 19 Juli 1789, begr. te Weidum, zoon van Frans Eysinga van B. en van Willemina van Tamminga.
Hij werd, in de plaats van zijn overleden vader, in 1717 tot houtvester en pluimgraaf van Friesland aangesteld en werd 17 Sept. 1723 te Leiden voor de studie der rechten ingeschreven. In 1737 werd hij ordinair raad in het Hof van Friesland, maar deed 28 Sept. 1762 van dit ambt afstand ten behoeve van Dr. Quiryn de Blau. Met groote voorliefde bezield voor alles wat op de geschiedenis en oudheidkunde van Friesland betrekking had, bracht hij een groote verzameling en een uitgebreide bibliotheek, daarop betrekking hebbende, bijeen. Hij leverde aan den hoogleeraar J.W. te Water belangrijke bouwstoffen voor diens werk Historie van het Verbond en Smeekschrift der Edelen, terwijl hem het auteurschap wordt toegekend van de volgende werkjes, zonder naam van den schrijver in het licht verschenen: Naamrol des Raden 's Hoffs van Friesland (1499-1742) enz., waarachter verscheide gedichten van Friesche Edelen (Leeuw. 1742, 4o); Beschrijving van de Friesche dorpen (Leeuw. 1749); Analecta of enige oude ongedrukte Schriften van diversen inhoud tot Friesland alleen specterende (Leeuw. 1750, 4o). Deze bundel bevat o.a.: Pluymgraaf in de 16e eeuw; Naamlijst der Holtphesters, sinds 1591; Commissie tot 't kopen van swaane-veeren; Naamregister der Postmeesters; Veertig verzen van Friesche edelen in het Latijn; en een aantal andere artikelen. Een volledige inhoudsopgave staat in Cat. Bibl. Ned. Lett. II, 615, 616. Voorts Frisia nobilis, of lijk- en graf- sampt mengeldichten, enz. op diverse Friesche Edelen (Leeuw. 1755) en door den uitgever Wigerus Wigeri aan hem opgedragen. In laatstgenoemd werk komen op de bladzijden 27-52 twee-en-twintig latijnsche gedichten ter eere van een 20-tal Burmania's voor. Nog in het laatst van zijn leven gaf hij uit: Naamlijst der Heeren Grietslieden en Secretariën in Vriesland, van de vroegste tijden af tot op het tegenwoordige met de Jaaren van aanstellinge. In rang der grieteniën (Leeuw. 1785, 4o).
E.M. van B. huwde in 1726 Fokel Berber van Haersolte, geb. te Minnertsga? 14 Maart 1707, overl. te Leeuwarden 22 Oct. 1789, begr. te Jellum, dochter van Arend (VI, kol. 668) heer van Hoenloo, grietman van Barradeel, en van Rienckje Alegonda van Camstra. Uit dit huwelijk sproten 4 zoons en 4 dochters. Een zoon, jhr. Frans Laes van B., volgt; een dochter Willemina Eduarda huwde eerst met Gijsbert Arentsma van Idsinga en daarna in 1763 met Duco Martena van Burmania, zie hier voor.
Zie: Stamboek v.d. Fr. Adel; Nederl. Adelsboek (1912), 463; te Water, Verbond der Edelen (zie de opdracht); Cat. Bibl. Ned. Lett. II, 611, 615.
Eduard marius van Burmania | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Foockel Berber Haersolte |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.