(1) Er ist verheiratet mit Aeltien Ovinck.Quelle 1
Sie haben geheiratet im Jahr 1610 in Ruinen, er war 33 Jahre alt.
Kind(er):
(2) Er ist verheiratet mit Magdalena Arpijn.
Sie haben geheiratet im Jahr 1635, er war 58 Jahre alt.
PATROCLUS ROEMELINGH werd in 1596 theologisch student in Franeker (Friesland, Nederland). Naar men aanneemt omdat hij, jong verweesd, bij een oom en tante, die reeds in Nederland waren gevestigd en van wie de zonen ook in Franeker studeerden, in huis was opgenomen. Mogelijk ook omdat in Franeker de leer van Calvijn werd gedoceerd, wat de familie kennelijk meer aansprak dan die van Luther. Hij werd in 1599 predikant in Dalfsen, in 1603 (tussen 2 Mei en 29 September) dominee te Ruinen. Werd door de Drentse Synode afgevaardigd naar de Synode van Dordrecht in 1618/19. Op 24 Maart 1621 werd hij beroepen in Farmsum, de gemeente die hij 26 jaar heeft gediend.
Hij was driemaal gehuwd. Het eerste huwelijk heeft plm.1600 plaats gevonden maar het is onbekend met wie.Wel stamt uit dit huwelik een zoon:GERARDUS. In 1610 werd een tweede huwelijk voltrokken, vermoedelijk in Ruinen en dat is een belangrijk moment in de famiegeschiedenis want deze Voormoeder bracht een stamboom mee die terugreikt tot KAREL DE GROOTE. Het betreft : AELTIEN (ALINA) OVINCK *Ruinen 1584, +7 Juli 1632 te Farmsum.Ze was een dochter van JOHAN OVINCK en JOHANNA KNOPPERT. Zijn derde huwelijk sloot Patroclus in 1535 met MAGDALENE ARPIN. Voor zover bekend daaruit geen kinderen. Uit de echt met ALINA OVINCK stammen 8 kinderen;daarvan is de vijfde een PATROCLUS. Wij moeten het echter ditmaal niet van deze Patroclus hebben maar van de jongste zoon: THEODORICUS ROEMELINGH (bron: Corrie Foppes-Arendz).
n 1596 Patroclus moved to the Netherlands, to continue his studies theology at the University of Franeker (Friesland). He enrolled on April 3, 1596. The next year he was an eyewitness to the death of a student, one of the leaders of the student resistance against the Magister Johannes Roggius, who had been appointed inspector of the Bursa (mensa academica, or the university's dining hall), to no one's satisfaction it seems. Students resisted his tenure, soldiers were called in, and a student was shot and killed. Student Patroclus published a poem describing the events.[2]
After his graduation Patroclus was called as minister to the following three Dutch Reformed Congregations:
1600-1603 Dalfsen, Overijssel[3]
1603-1621 Ruinen, Drenthe, where he succeeded his uncle Henricus Bokelman after the latter's death[4]
1621-1647 Farmsum, Groningen, until his death.[5]
During his first years in Ruinen Patroclus was caught between the fight of the Lord of Ruinen, Hendrick of Münster (von Monster) and the Drost and Gedeputeerden of Drenthe regarding the right to appoint ministers ("collatierecht"). In short, Hendrick wanted to appoint Patroclus, but the secular leadership declared that it was they who had collatierecht after the secularization of the monastery of Dikninge in 1603, which had control over the church of Ruinen until then. The issue was resolved in 1609. After that Patroclus officially functioned as minister in Ruinen.[6]
Patroclus at the Synod of Dort
In 1618-19 Patroclus represented Drenthe (together with Themo ab Asscheberg) at the Synod of Dort, which met from 13 November 1618 to 29 May 1619.[7]
Source: https://www.wikitree.com/wiki/R%C3%B6melingh-19
Patroclus Römelingh | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1610 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aeltien Ovinck | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1635 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Magdalena Arpijn |