Familienstammbaum De Jonge en Wiggers » Wessel Meerdinck (± 1639-1708)

Persönliche Daten Wessel Meerdinck 

• Er wurde geboren rund 1639 in Winterswijk (Woold).
• Beruf: Scholte en Landbouwer op "Meerdinck".
• Er ist verstorben am 28. September 1708 in Winterswijk (Woold).
• Ein Kind von Derck Mierdinck und Armgartt Ubbijnck

Familie von Wessel Meerdinck

Er ist verheiratet mit Stijne Buijinck.

Sie haben geheiratet vor 1661 in Winterswijk.

Kind(er):

1. Jenniken Mijrdinck  1661-1686
2. Jan Meerdink  1664-1736
3. Harmen Meerdinck  1665-????
4. Christina Meerdink  ± 1670-????
5. Aelken Meerdinck  1671-????
6. Deerck Merdijnck  1672-????
7. Armgertt Meerdinck  1675-????
8. Gertken Meerdinck  1676-????
9. Harmken Meerdinck  1677-????
10. Maria Meerdink  1682-????
11. Anthonie Meerdink  1684-< 1755 

Notizen bei Wessel Meerdinck

Wessel is Oudgrootvader van Berendina Wiggers EN oudvader van Simon Timmer!

De Timmers gaan verder met Christina Meerdinck en de Wiggers met Anthonie Meerdinck 

beroep(en): landbouwer op "Meerdink", scholte

Broer van Berent Meerdink (g634). Talloze malen getuige bij doop. Zie uitvoerig verhaal over hem in "Uit de historie van Winterswijk", blz 88-118. Hij is "tegeder" van het hof van Miste, dat is een soort raadsheer. Krosebrink, blz 214 geeft een tegederacte uit 1488 voor Henrick Roerdinck en Egbert Meerdynck. Wessel was in 1698 ouderling van de kerk in Winterswijk.

In die tijd waren er twee personen met de naam Wessel Mierdinck. De ene was afkomstig van Meerdink in Henxel, de andere uit het Woold. De Wooldse Wessel was met Stijne Buijinck getrouwd. Haar naam is bekend uit het hofboek en uit de doopakte van dochter Jenneken, die in Bredevoort gedoopt werd.

Bron: 'Uit de historie van Winterswijk' van G.J.H. Krosenbrink.

Hij zegt op 2.1.1700 60 jaar te zijn.

 

Het volgende komt uit: "Meerdink" in "Nederlandse genealogieen" (1996), door C.E.G. ten Houte de Lange.

 

VII. Wessel Meerdinck, geb. omstreeks 1639, boer op het goed Meerdinck, hofscholte van de heerlijkheid Bredevoort, had tussen 1684 en 1700 grote moeilijkheden over de toelating tot het tegederschap wegens meningsverschillen over de afdracht van bepaalde rechten, beëdigd als tegeder in 1700 (onder protest van de admodiateur), + Winterswijk 28 sept. 1708 (niet in 1712 zoals in het hofprotocol vermeld staat), tr. in of voor 1663 Stuntje Boeijnk, + Winterswijk 5 maart 1705, dr. van Tonnes Bo(e)ynck.

N.B. Wessel Mierdinck zegt op 22 maart 1698 70 jaar oud te zijn (RA Bredevoort, intern. mv. nr. 336), maar onder ede op 2 jan. 1700 60 jaar oud te zijn (RA Bredevoort, mv. nr. 338). Omdat dit laatste betrouwbaarder lijkt, stellen wij het geboortejaar van Wessel op 1639.

 

- 15 juli 1684: zie bij VI.

 

- 15 juli 1685: Geen Meerdinck als tegeder genoemd.

Erschenen Stijne Boeinck, g'assisteert met haren man ende in deesen verkooren momber, Wessel Mierdinck ende heeft haer ongedwongen, uyt haeren aengeboorenen vrijen staende, met wil ende authoriteyt haeren mans, den huyse Bredevoort hofifhoorich gegeven (-), een kind voorbehouden 'voor vrij te nomineren'.

 

- 15 juli 1686: Geen Meerdinek genoemd als tegeder. De admodiateur zegt: 'dat alle hetgeen wegens Hijnck ende desselfs huisvrouw, alsmede Lintum, Lieffert ende Mierdinck, mitsgaders yder heure vrouwen op den hofdag 1685 ingebracht, wert verclaert te sijs nul, crachteloos ende van geenen waerden' (-). Wat Mierdinck aengaet te moeten afmaecken het mishijlicken van sijn vader, alsmeede voor hemselven, gelijck bij de post van Linturn is blijckende. Wat aengaet het versterf van sijn broeder, verwachtende daerop in allen deelen sententie soo en als behoort. Sulcks alles nae hoffrechte, van welck Hoff van Gelderlandt te Arnhem niet te sullen wijeken, maer het effect in allen deelen de (?) afwachte. Alsoo alle deese dicenten (? = uitspraken) van Linturn, Liefert ende Mierdinck ende meer anderen onnodigh sijn' (-).

 

- 1 aug. 1688: geen Meerdinek genoemd als tegeder.

 

- 15 juli 1689: idem.

 

- 15 juli 1690: Tegeders o.a. Gerh[art] Schulte Miert [_ Mierdinck] (doorgehaald).

 

-15 juli 1691: Tegeders o.a. Gerh[art] Schulte Miert. De admodiateur protesteert tegen de 'ongequalificierde tegeders' (-). 'Erschenen Wessel Mierdinck, als man en momber sijner huysvrouwe Stijve Boesinck' en Jan te Linthem, mede namens zijn vrouw Aeltjen Hesselinek. Zij zeggen, dat zij al menigmaal geprobeerd hebben hun vrouwen als hofhorigen te laten inschrijven, maar tevergeefs. Hun geduld is op en zij leggen ieder 20 gulden op tafel en vragen of het meer of minder moet zijn. De admodiateur vindt dit 'ongehoort ende tegens de hoffwetten'. Decretum: 'Het versoeck in deesen vermeit wordt de supplianten toegestaan, voorbeholden de actie van den admodiateur, die hij hier teegens vermeint te hebben'.

 

-15 juli 1692: Tegeders o.a. Gerh[art] S.... De admodiateur zegt, dat Wessel Mierdinck niet als tegeder kan worden geaccepteerd, omdat hij ten eerste ongequalificeerd is en ten tweede met de hofheer 'in dispuyt is'. Hij verwijst naar de hofdagen van 1607 tot en met 1611 (betreffende Roerdinck). 'Wessel Mierdinck seyt cortelick tegens 't reces van den admodiateur, dat hij van outs in de continuele possessie van de bedieninge als hoftegeder geweest is' (-). Aengaende Wessel Mierdinck seyt den admodiateur, eerstelick, dat denselven voor geen hofman nae den gued Mierdinck, noch veel min sijn vrouw kan aengenomen worden, aengezien wijlen sijn vader getrouwt is geweest aen een vrije vrouw, strijdich tegens alle hofrechten' (-). De admodiateur eist voor het 'mishilijcken' 50 gulden en daarna moet er nog versterf betaald worden.

Dan heeft Wessel zelf een vrije vrouw getrouwd, waarbij hij reeds vijf of zes of meer volwassen en ten dele getrouwde kinderen heeft. De admodiateur eist 50 gulden voor 'mishij licken' en voor ieder kind 40 gulden, en voor erfwinning nog eens 150 gulden. De admodiateur zegt, dat Herman Roerdinck geen eed van trouw aan de hofheer gedaan heeft als tegeder of 'cuergenoot' en dat hij niet als tegeder kan worden 'geadmitteert'. Roerdinck verzoekt daarom met Wessel Mierdinck die eed af te mogen leggen. Decretum: de zaken van de admodiateur tegen Roert en Miert worden uitgesteld tot de volgende gerichtsdag. Wander Hyinck en Wessel Mierdinck hebben alhier tegenwoordig sijnde haeren placken [muntstukje] beyde mede betaelt. Waartegens de admodiateur heeft geprotesteert.

 

- 15 juli 1695: Geen Meerdinck als tegeder genoemd. Wessel Mierdinck: bij sijn indispositie heeft Mierdincks huysvrouw de placke betaelt.

 

- 15 juli 1697: Tegeders o.a. Gerh[art] Miert. Protest hiertegen van Dr. Stump [vermoedelijk plaatsvervanger van de admodiateur Volmer].

 

- 15 juli 1698: Tegeders o.a. Wessel S[chulte] Miert; protest hiertegen van Dr. Stump.

 

- 26 juli 1700: Tegeders o.a. Wessel Mierdinck; protest hiertegen van de admodiateur Volmer. Jan Roerdirk en Wessel Mierdinck leggen tegederseed af onder protest van de admodiateur.

 

- 25 juli 1708: Tegeders o.a. Roert (absent) en Wessels Miert, aegrotus [= ongesteld, ziek].

 

- In 1709, 1710 en 1711 werden geen hofdagen gehouden.

 

- 25 juli 1712: Erschenen Jan Mierdinck, soon van Wessel Mierdinck, segte hoedat sijnen vader overleden zijnde in het actuele tegederschap des Haves te Miste en alsoo desen den eersten hofdag is soo nae sijn vaders overlijden gehouden; soo siteert sig den comparant als oudste soon en hofvolger en dus oock tegeder (--) en versogte dienvolgens, dat hij als tegeder in sijn vaders plaetse moge aengenomen en den tegederseed sedente hoc judicio afgenomen worden.

 

- 25 juli 1715: Compareerde Jan scholte te Meert (-) 'en dan des comparantes vader in den jare 1712 is overleden, den comp[aran]t luyt de dictaten ten hoffprotocolle sig aanstonts na sijnen vaders doodt op de hofdag anno 1713 en 1714 aengegeven', verzoekt weer tot de eed van hoftegeder te worden toegelaten, het geen wordt toegestaan.

 

- 25 juli 1716: Tegeder o.a. Wessel Miert (sic); Jan Mierdinck present. Dr. Coevorden protesteert tegen de 'onwettige cessiën als tegeders Miert en Bornikhof' (-).

 

- 26 juli 1717: Tegeders scholte Jan Roerdink en Ger. Jan scholte Borninkhoff; dr. Coevorden (admodiateur) protesteert tegen G.J. Borninkhoff en tegen de aanwezig zijnde Jan schulte Miert.

 

Uit dit huwelijk: Harmen, volgt VIII.

 

Uit Zwiebel (https://www.zwiebelfam.nl/gendata/Bio/i75905.htm)

Wessel Meerdink (1639-1708), landbouwer/tegeder, en Stijne Boeijinck (1635-1705)

Wessel Meerdink, horige tot het Hof van Miste, is geboren op de boerderij Meerdink in 't Woold omstreeks 1639 als zoon van Derck Meerdink en Armgartt Ubbink. Hij trouwde toen hij ongeveer 21 jaar oud was, in 1660 in Winterswijk met de ongeveer 25-jarige vrije vrouw Stijne Boeijinck, geboren omstreeks 1625 in de buurtschap Huppel op boerderij Boeijink als dochter van Harmen Boeijinck en Jutte.  Het echtpaar Wessel - Stijne kreeg 12 kinderen, 8 meisjes en 4 jongens. Stijne was een vrije vrouw, voor ze met Wessel trouwde. Wessel moest hiervoor als horige van de hof van Miste een boete betalen. De plaatsvervanger van de drost, Volmer, weigert echter het verschuldigde bedrag te noemen, zodat Stijne niet als horige kan worden ingeschreven. Uiteindelijk betaalt Wessel in 1690 20 gulden per persoon, in het midden latend of het werkelike bedrag meer of minder is. Het jaar daarna (1691) wil Wessel tegeder worden van het Hof van Miste. Hij volgt hierbij zijn broer Gert op. Volmer is het hier niet mee eens, omdat Wessel nog een conflict heeft met de heer. Wessel wil toch tegeder worden omdat hij niet in conflict is met zijn hofheer, maar met Volmer. Volgens Volmer hebben Wessel Mierdinck en zijn vrouw geen recht op de hof Mierdinck, omdat diens vader getrouwd was met een vrije vrouw, hetgeen in strijd is met de hofwetten. De kosten van deze afdracht bedragen 50 gulden. Bovendien moet nog het versterfrecht van zijn moeder worden betaald en zelf heeft hij ook een vrije vrouw getrouwd. Hij heeft reeds vijf of zes kinderen, waarvan enkele alweer getrouwd zijn, wat allemaal "tot grote schade en nadeel van den Hofheer" is. De Hofheer wordt daardoor geschaad in het versterf. De eis voor het mishuwelijk van Mierdinck is eveneens 50 gulden en voor ieder kind moet 40 gulden worden betaald. Dan heeft Mierdinck ook nog niet betaald voor het feit, dat hij het hofgoed heeft overgenomen, waarvoor nog 150 gulden betaald moet worden. Pas wanneer dit voldaan is, worden Wessel Mierdinck en zijn vrouw erkend als "hofluyden". Wessel moest dus diep in de buidel tasten: hij was in totaliteit ƒ 510,00 en dat is ongeveer 2 jaarsalarissen van een bekwaam ambachtsman. Hij is "tegeder" van het hof van Miste, dat is een soort raadsheer.  Wessel was in 1698 ouderling van de kerk in Winterswijk. Op 2 januari 1700 zegt Wessel dat hij 60 jaar oud i'; hij moet dus in 1639 zijn geboren. In die tijd waren er twee personen met de naam Wessel Mierdinck. De ene was afkomstig van Meerdink in Henxel, onze Wessel uit het Woold. Stijne overlijdt in 1705 en wordt  7 maart 1705 in Winterswijk begraven. Wessel overlijdt in 1708 en wordt op 28 september 1708 in Winterswijk begraven.

 

Acten:

Van de dopen en het huwelijk zijn geen inschrijvingen bekend; het doopboek en Trouwboek van de Nederlands Hervormde gemeente is over die jaren niet aanwezig.

Haben Sie Ergänzungen, Korrekturen oder Fragen im Zusammenhang mit Wessel Meerdinck?
Der Autor dieser Publikation würde gerne von Ihnen hören!

Zeitbalken Wessel Meerdinck

Klicken Sie auf den Namen für weitere Informationen. Verwendete Symbole:  Großeltern    Eltern    Geschwister    Kinder