RK
Geloof: RK
(1) Sie ist verheiratet (Burgerlijke Stand) mit Adrianus van den Nieuwenhuijsen.
Sie haben geheiratet am 24. Februar 1813 in Tilburg, Gemeente Tilburg.
(2) Sie ist verheiratet (Schepenbank) mit Joachim van Lissum.
Die Eheerklärung wurde am 28. Januar 1804 zu Alphen, Alphen &, Riel gegeben.
Sie haben geheiratet am 13. Februar 1804 in Tilburg, Gemeente Tilburg.Testament 26-3-1845:
Voor mij, Johan Adriaan van Meurs, notaris in het Arrondissement van 's-Hertogenbosch standplaats Tilburg, in tegenwoordigheid der twee nagenoemde ondergeteekende, teneinde navolgende bevoegde en aan mij, notaris, bekende getuigen is verschenen: Maria Catharina van Trier, echtgenoote van Adriaan van den Nieuwenhuijsen, tapper, welk beroep zij met denzelven is uitoeffenende, doch overigens buiten afzonderlijk beroep, wonende de comparante met gezegde haren man te zamen te Tilburg wijk Korvel en Laar, en zijn de comparante aan mij, notaris, bekend.
Dewelke genegen zijnde om over hare nalatende goederen bij testament te beschikken van haren wil dienaangaande reeds vooraf aan mij ondergeteekende notaris opgave gedaan heeft, waarvan ik het opstel eigenhandig heb geschreven, dienvolgens heb ik haar verzocht mij haren wil nogmaals zakelijk in tegenwoordigheid der getuigen op te geven, hetwelk zij heeft gedaan en alzoo verklaard bij uitersten wil te beschikken als volgt:
Ik wil dat voor de rust mijner ziele zullen worden gedaan voor vijfentwintig gulden zielmissen, en dat ik hebben zal een ordentelijke begraaffenis en kerkeregte.
Ik benoem en stel mijnen echtgenoot Adriaan van den Nieuwenhuijsen tot erfgenaam van al de roerende en onroerende goederen welke ik met mijnen dood zal nalaten, niets hoe ook genaamd uitgezonderd in zoo verre echter, dat hij van die goederen de vruchten zal kunnen genieten en dezelve zal kunnen vervreemden en verteeren, doch daarover niet bij schenking onder de levenden, zal mogen beschikken, terwijl al hetgeen door hem bij zijn overlijden daafvan onvervreemd en onverteerd zal worden overgelaten, na zijn overlijden, zal moeten worden geërfd en verkregen.
·Voor eenvijfde gedeelte door mijne zuster Anna van Trier, weduwe van Jacobus Vinks;
·voor eenvijfde gedeelte door mijne zuster Cornelia van Trier, weduwe van Francis van Gestel;
·en voor het resterende eenvijfde gedeelte door de gamenlijke kinderen van mijn overleden broeder Jan Baptist van Trier en
·een of meer derzelven voor gemelde mijnen echtgenoot Adriaan van den Nieuwenhuijsen overlijdende, alsdan voor des vooroverledenens aandeel, dor alle de wettige kinderen van zoodanige of zoodanigen vooroverledene reeds geboren of die nog zullen worden geboren.
Ik herroep alle testamenten vroeger en dus voor dato dezes gemaakt.
Daarna heb ik ondergeteekende notaris den bovenstaanden uitersten wil de testatrice duidelijk voorgelezen en na die voorlezing haar afgevraagd of het voorgelezene haren uitersten wil bevat, waarop zij testatrice heeft geantwoord ja, ik heb het wel verstaan, het is mijnen uitersten wil.
Welke voorlezing, afvraging en antwoord heeft plaats gehad in tegenwoordigheid der nagenoemde getuigen.
Waarvan acte gedaan en verleden te Tilburg ten kantore van mij voornoemd en onderteekende notaris in de wijk Heuvel, op heden den zes en twintigsten maart achttienhonderdvijfenveertig, in tegenwoordigheid van de heer Johannes Michiel van Bommel, leerlooijer en winkelier, en Hendricus van den Heuvel, schoenmaker, beide wonende te Tilburg in de wijk Heuvel, als ten deze vezochte getuigen, zijnde beiden aan mij notaris bekend.
En hebben de testatrice, ik voornoemd notaris, en de gemelde getuigen, de tegenwoordige minute, na geheele voorlezing, denzelve voor mij notaris, onmiddellijk ondertekend, en welke gebleven is onder de bewaring van mij voornoemd en ondergeteekende notaris.
Maria Catharina van Trier | ||||||||||
(1) 1813 | ||||||||||
Adrianus van den Nieuwenhuijsen | ||||||||||
(2) 1804 | ||||||||||
Joachim van Lissum |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.