Comparanten verklaarden geen ampt of bediening te hebben
beneden f 8000 g[u]l[den] gegoed te zijn
vervat geen fideicommis of verband op goederen
jnvdveen
Het zeegel behoorend tot het annexe testament
van Jacob Kuis en Willempje Jansz IJpelaan
egte lieden te Castricum, gepasseerd 25 meij
1779, voor Mr J.N. van der Veen notaris aldaar
omgeslagen den 26 meij 1779 bij mij
jnvdveen
De comparanten verklaarden
beneden f 8000 gegoed te zijn
zegel a 6 gl jnvdveen
bij gebrek van zeegel
Heeden den 25 meij 1779 compareerden voor mij
Mr Joachim Nuhout van der Veen notaris publicq
bij den Ed[ele] Hoove van Holland geadmitteert resideerende
binnen de Heerlijkheid Castricum, ter presentie van
getuigen na benoemd; de Ee[rsaame] Jacob Kuis en Willempje
Jansz IJpelaan, egte lieden en wonende alhier.
Te kennen geevende geneegen te zijn om te disponeeren
van alle hunne na te laten goederen; mitsdien
revoceerenn alle hunne voorgaande testamenten en
codicillen.
Alvorens koomende ter dispositie, zo verklaaren zij
comparanten te prelegaturen, aan Gerrit Jacobsz
Kuis haar comparanten oudste zoon woonende
te Egmond op den Hoeve een stukje weijland ge-
naamd Duiveven, liggende alhier op 't Noordende
Item prelegaturen zij comparanten aan haaren zoon
Jan Jacobs Kuis, wonende alhier een stukje weijland
genaamd Kleibroeker weid, liggende alhier bij de buurt
Komende ter dispositie, zo verklaren zij comparanten
de eerststervende den langstlevende van hun beiden
te nomineren en te institueeren tot zijne ofte haaren
eenige en universeele ervgenaam ofte ervgenaame, in
alle hunne na te laten goederen, des dat de langstlevende
zal gehouden zijn, bij meerderjarigheid hunner kinderen
of verder meede ervgenamen, aan dezelfde uijt te keeren
het geen na gemoede en gelegentheid des boedels zal
worden goedgevonden, alles ter voldoeninge hunner
legitime portie
Verder begeeren zij comparanten dat laastgemelden
haaren zoon Jan Kuis na dode van eerststervende zal blijven in de volle
possessie van huis erve bakkerije en winkel, met
alle de gereedschappen en winkelgoederen benevens alle
winkelwaaren, welke na doode vaan d'eerststerende zullen
bevonden worden, en daar toe behooren, en zo als dezelve
bij de overleedene in gebruik geweest zijn, mits daar
voor na overlijden van den langstleevende in den gee-
meenen boedel uijtkeerende een somma van f 2000
Verders de langstlevende ter dispositie komende
verklaard tot zijne of haare eenige en universeele
ervgenaamen te nomineeren en te institueeren Gerrit
Jan Antje en Aafje Kuis haar comp[aran]t[e]n kinderen, benevens Antje Jannetje
Aagje en Willemijntje, kinderen van haar comparanten
overleeden dogter, Maartje Kuis, geprocreëert bij
Pieter Meijne, en bij voor overlijden hunne wettige
descendenten bij representatie, en dat in alle hunne
na te laten.
Vervolgens committeeren zij comparanten over
hunne minderjarige mede ervgenamen, tot voogden de
persoonen Jan Jansz Tromp en Jan Pietersz
Kuis, beide alhier woonagtig, met magt van
assumtie en surrogatie tot den einde toe,
secluderende uit hunne nalatenschap alle
heeren weemeesteren en geregten, waar hun
stervhuis zoude moogen vallen, en wel
specialijk te dezer plaatse
Het gunt voors[chreve]n staat den comparanten duidelijk
voorgelezen zijnde en zo zij zeijden het selve wel
verstaande, begeeren dat dit instrument zijn volkomen
effect geniet, het zij als testament of codicil
zo en in dervoegen het zelve zal kunnen bestaan
Aldus gedaan en gepasseert ter presentie van
Nicolaas Bommer en Jan Nuhout als getuigen
hier toe gerequireert
Jacob Kuijs
Dit WK merk is gezet door Willempje Jansz Ijpelaan
Nicolaes Bommer
Roomsc. Pr. tot Castricum
Jan Nuhou
jnvdveen
not.pub.
Rolle gehouwden
den 11de oxtob[er] 1724
Present de Schoudt
en alle de Scheepenen
Jan Joosten vand[e]r Enden
Mr. waagemaak[e]r alhier
tot Castricum Eijss[e]r
Contra
Jacob en Pieter Willemsz
Kuijs ged[aag]den
Den eijss[e]r sijdt dat de ged[aag]den in desen
voorjaare 1724 aan de eijss[e]r hebben
aanbesteet het maaken van een nieuwe
waagen, welke wagen, tot soo verre int
maaken was gevordert, dat int korte
stont gelevert te worden, dog nu
onlangs de ged[aag]den hebbe kunne goedvinde
haar gedaane besteeding waar't mogelijk
te vernietegen ende gemelte waaghen
onder deese of geene voorgevingh te
laaten ter dispositie van de eijss[e]r
twelck soo niet en behoort alwaromme
den eijss[e]r conclud[eer]t dat de ged[aag]den bij
vonnisse van ue[dele] aghtb[are] sal werde
gecomd[eer]t de geseijde besteeding als nogh
te respekteeren ende waagen soras[??]
deselve gemaakt is, te aanvaarden en
betaale; maakende in cas van
contradiktie, wel expresselijk eijsch
van costen ofte tot alle andere etc
De ged[aag]den antwoordende, seggen niet te willen
ontkennen een nieuwe waagen aanden
eijss[e]r besteede te hebbe, maar dat expres
is bedongen deselve goet en sufficant
moeste sijn, dat nu in teegendeel bevonde
wort, de wielen vol scheuren en barsten
te weesen en onbequaam om te kunne
leveren, dog egter sijn te vreeden d' waage
met sijn wielen te ontfangen indien als
bij twee neutrale waagenmaakers bevonde
wert deselve deugdelijk en leeverbaar te
zijn; conclud[eer]t anders ofte verders ten
fiene[??] van niet ontfanckkelijk, en bij
oirdere tot absoluijtie vanden eijsch
mette costen
Den eijss[e]r accept[eer]t de consessie vande
ged[aag]den weegens de besteeding van de wagen
en ten opsigte vande wielen, sijde dat de
ged[aag]den al voor lang genoegen met deselve
heeft genoomen, dog is meede te vreden
de wielen door twee wagemak[e]rs, bij
ijder een te kiesen, te laate visiteren
en sig daar na te reguleeren
off doet anders presentaa, vande niuwe
waagen voor sijn reek[ening] te houden, mits
dat alsdan aan hem wert betaalt wegens
't gebruik van een ander wagen, alle
daagen ses stuijvers tot 100 dagen lang
maakende een somma van f 32-8-
persist[eer]t; daarmeede voor replijcq
De ged[aag]den accept[eer]t de gedaane presentaa van
weegens t gebruijk voor de eijss[e]rs wagen jest te
betaalen [?]et ten dien eijnde aan 18 stuij[vers], er
weeke, maar seijt omtr[ent] de helft vande gesijde
tijdt des eijss[e]rs waagen in gebruijk te hebbe gehad,
laatende voorts alles over ten discreetie
van Scheepenen
Den eijss[e]r addidem
Scheepenen partijen hebbende gehoort en
op alles geldt doen reght condemneeren
den ged[aag]den aan den eijss[e]r te betaalen, soo
voort gebruijk van des eijss[e]rs waagen, als
voor de schade en nadeele die den eijss[e]r
wegens het moeten houden vande nieuwe
waagen, sal comen te lijden eens een
somma van f 24 g[u]ld[en], mits dan den
eijss[e]r de nieuwe waagen voorr sijn reek[ening]
sal houden ende ged[aag]den daar van bevrijden
en compenseeren wijders de costen van
dese proscesse
Wij Leonaard Tempelaar schout der heerlijk-
heijd van Castricum, Jan Haarlems en Cornelis
Hogenbregh schepenen aldaar oirconde ende kennen
dat voor ons gecompareert is den Eerwaarde
heer Hendriks Aalstius bedienaar des goddelijken
woorts alhier, ende bekende hij comparant ver-
cogt quijtgeschouwen ende in vollen vrijen
eijgendomme opgedragen ende overgegeven te
hebben, aen ende ten behoeven van Jacob Willemse
Kuijs woonende alhier, een huijs en erf staande
in de Kerkbuert groot 107 roeden belent ten
oosten Jan Jeroense Sonnevelt, ten westen
Gerrit Splinterse van Zeijl, ten zuijden den
Heereweg, ten noorden gemeene waateringe
sijnde belast met 1:6:4 jaarelijx aande kercke
alhier, van welcke vercoopinge ende opdragte
bekende hij heere comparant al ten volle verge-
noegt voldaan, ende wel betaalt te zijn, en dat
met een Custingbrief van drie hondert gulden
...
Wij Leonaard Tempelaar schout der heerlijk-
heijd van Castricum, Jan Remmen en Jan Jacobse
Castricum schepenen aldaar, oirconde ende kennen
dat voor ons gecompareert sijn Jacob Claassen
als in huwelijk hebbende Anna Splinters voor
sijn selven, Pieter Capiteijn en Jeroen Gijsbertse
Boorn, in qualiteijd als voogden over Maartje
Splinters meederjaarige dog crancksinnige
dogter, ende bekende sij comparanten in publieque
veijlinge vercoft quijd geschouwen ende
in volle vrijen eijgendomme opgedragen ende
overgegeven te hebben, aan ende ten be-
hoeve van Jacob Cuijs biersteeker alhier
Een stuckje land genaamt David Roosen hofstee
groot 22 roeden, belend ten Zuijden den
Gemeene weg, ten oosten en noorden den
cooper indesen, ten westen de Schout Tempelaar
sijnde belast met drie stuijvers en twaalf
penningen aande kercke jaarelijx alhier
van welcke vercoopinghe ende opdragte bekende
sij comparanten al ten volle vergenoegt
voldaan ende wel betaalt te zijn, en
dat met een somme van eenentwintig
gulden contat ende gereet gelt
...
Compareerde voor Schout en Schepenen
deser Heerelijckheijd van Castricum Cornelis Wil-
lemse Kuijs weduwnaar van Aantje Jans en
Jacob Willemse Kuijs en Cornelis Meijnen als
aangestelde voogden over de twee nagelaten
kinderen van voorn[oem]de Cornelis Kuijs en
Aantje Jans
Wij Leonaard Tempelaar schout Jan Kuijper en
Willem Jacobse Castricum schepenen deser
Heerelijckheijd van Castricum, oirconde ende
kennende dat voor ons gecompareert is
Dirck Gerritse Timmerman, ende bekende
hij comparant vercogt, quijd geschouwen ende
ten volle vrijen eigendomme opgedragen ende
overgegeven te hebben aan ende ten behoeven
van Jacob Willemse Kuijs Biersteecker alhier
Een stuckje land genaamt de Fijne Winckel
groot 96 roeden, belent ten zuijden en oosten
Dirck vander Beecq Erve, ten westen Jan
Haarlemse, bekende hij comparant al ten vollen
vergenoegt voldaan ende betaalt te sijn, en
dat met eene somme van drie gulden en
drie stuijvers contant ende gereet gelt
...
Wij Leonaard Tempelaar schout Cornelis Hoogebregt
en Jan Jacobse Castricum schepenen deser heere-
lijckheijd van Castricum, oirconde ende kennen
dat voor ons gecompareert is Jan Jacobse
Kuijper woonende alhier, ende bekende hij
comparant vercogt, quydgeschouwen ende
in vollen vrijen eigendomme opgedragen
ende overgegeven te hebben aan ende ten
behoeven van Jacob Willemse Kuijs, mede
woonende alhier, een huijs boet erf tuijn
en boomgaart groot 231 roeden staande
en leggende inde Kerckbuert, belend ten
zuijden Casper Janssen Terbrincq ten noorden
en westen den Gemeenenweg, ten oosten
Mr. Adriaan de Boer, van welcke vercoopinge
ende opdragte bekende hij comparant al ten
volle vergenoegt voldaan ende wel betaalt
te sijn, en dat met eene somme van
seshondert en vijffentwintig gulden
contant ende gereet gelt
...
Wij Leonaard Tempelaar schout Jan Remmen
en Pieter Heertse Roobeecq Schepenen deser
heerelijkheijd van Castricum, oirconde
ende kenne dat voor ons gecompareert is
Jacob Willemse Kuijs Schepen alhier, ende
bekende hij comparant vercogt quijd ge-
schouwen ende in vollen vrijen eijgendomme
opgedragen ende overgegeven te hebben
aan ende ten behoeven van Jan van Emmenes
woonende alhier, een huijs boet en erf groot
233 roeden belend ten noorden den weg
ten zuijden casper Janssen Terbrincq, ten
oosten Adriaan de Boer, sijnde dit huijs
vercogt onder conditie datter geen cramerije
neringe of backerije in mag gedaan worden
sijnde dit huijs en erf vercogt voor de somme
van seshondert en vijfftig gulden
...
Wij Leonaard Tempelaar schout Lauris Stuijf-
bergen en Willem Jacobse Sop schepenen deser
Heerelijkheijd van Castricum oirconde ende
kennen dat voor ons is gecompareert Claasje
Jacobs wed[uw]e Gerrit Kuijs, ende bekende sij
comparante vercogt quijd geschouwen ende
in vollen vrijen eijgendomme opgedraagen ende
overgegeven te hebben aan ende ten behoeven
van Jacob Willemse Kuijs woonende alhier
Een huijs en erf staande en leggende op Noord Ent
d'erf groot 101 roeden, belend ten westen
Pieter Groen Cum Suis ten zuijden de
gemeene weg van welcke vercoopinge ende
opdragte bekende sij comparante al ten
vollen vergenoegt voldaan ende wel betaalt
te sijn, en dat met eene somme van
vier hondert en dartig gulden contant ende
gereet gelt
...
Wij Leonaard Tempelaar schout Laurus
Claassen Stuijfbergen en Willem Jacobse Sop
schepenen deser Heerelijkheijd van
Castricum oirconde ende kennen dat voor
ons gecompareert is Jacob Cornelisse
Henneman woonende te Heemskerck als oom
over de twee kinderen van Sijmen Pieters
en hem mede sterck makende voor Maartje
Cornelis wed[uw]e van Sijmen Pieters end
bekende hij comp[a]r[an]t vercogt quijdgeschouwe
ende in vollen vrijen eijgendomme op ge-
dragen ende overgegeven te hebben aan ende
ten behoeve van Jacob Willemse Kuijs woonende
alhier een stuck zaadland groot 406 roeden
belend ten oosten den weg ten westen de
wildernisse, van welckee vercoopinge ende
opdragte bekende hij comp[a]r[an]t al ten volle
vergenoegt voldaan ende wel betaalt te
zijn en dat voor een somme van twee
gulden en vijftien stuijvers contant ende
gereet gelt
...
Compareerde voor Schout
ende Schepenen deser heerelijkheijd van
Castricum Neeltje Lindeboom wed[uw]e
van Jan Jeroense Sonnevelt de
welke siekelijk was te bedde leg-
gende, te kennen gevende dat sij
tot voogden over Jeroentje haaren
minderjaaren soon hadde gekooren
gestelt ende geordonneert Cornelis
Jeroense Sonnevelt, oom van vaders
zeijde, Poulusf Hansse Schotvanger
oom van moeders zeijde en Jacob
Willemse Kuijs ...
Compareerde voor ons Leonaart Tempelaar
Schout, Jan Willemse en Adriaan Dingnomse
Schepenen der Heerelijkheijd van Castricum
Aafje Jans wed[uw]e Cornelis Jansse Hogebregt
woonende alhier, gevende dat zij comp[e]r[an]te
te kennen dat na de dood en afleijvigheijd
van haaren genoemde man, zij comp[e]r[an]te
is gebleeven boedelhouwster, en dus de
administratie over haare kinderen
en desselfe boedel alleen heeft gehad
en vermits zij comparante sieckelijk
te bedde is leggende, en overdagte
dat met seekerder is als de dood en
niet onseeckerder als den tijd vandien
soo verclaarde zij comp[e]r[an]te bij ende
mits desen, te stellen de te
committeren, gelijk zij stelt ende
committert bij desen, Aalbert
Pieterse Capiteijn Regerend schepen
alhier tot administreerende voogt
Jacob Willemse Kuijs, Aalbert Baarten
IJpelaan en Claas Janssen Glorie te
samen als voogden over mijne min-
derjaarige kinderen ...
Wij Leonard Tempelaar schout, Corn[elis]
Amze en Cornelis IJpelaan schepenen
der Heerelijkheijd van Castricum, oir-
conde ende kennen dat voor ons
gecompareert is, Jacob Willemse
Kuijs regerende schepen alhier
ende bekende hij comparant ver-
kogt quijdgehouwden ende in
vollen vrijen eijgendomme opge-
draagen ende overgegeven te
hebben aan ende ten behoeven
van Cornelis de Graaf woonende
alhier, een huijs en erf gr[oot] 101 roede
staande ende leggende alhier op
Noord ent, belend ten westen
Pieter Janssen Groen, ten oosten
Rens vander Meere erve, van
welcke verkoopinge ende opdragte
bekende hij comparant al ten
vollen vergenoegt voldaan ende
wel betaalt te zijn, en dat
met eene somme van vier hondert
gulden contant en gereet gelt
...
...
Jacob Willemse Kuijs oud omtrent
50 jaaren en Pieter Kuijs omtrent
49 jaaren alle gebooren en woonende
binnen den dorpe van Castricum
de welcke verklaarde ten requestie
van Schout en Schepenen van Castricum
of diegeene die hier gebruijk van
soude willen maaken, hoe waar is
dat de voorduijnen van Castricum
voorden jaare 1717 en volgende jaaren
sijn geplant geworden met helm
welcken helm door ons deposanten
ten allen tijden jaarelijx gestoocken
en gehaalt uijt de Zeeduijnen
langst het scheijd van Castricum
van de Speelmansweg zuijdwaarts tot
daar de halve galg heeft gestaan
...
Wij Leinard Tempelaar schout Cornelis
Frans IJpelaan en Jan Adriaanse de
Boer schepenen deser Heerelijkheijd
van Castricum oriconde te kennen
dat voor ins gecompareert is, Aalbert
Baartse IJpelaan pontgaarder alhier
als procuratie hebbende van den Geregte
van Castricum, omme de goederen van
Jacob Claassen erve en Neeltje Claas,
die op den 7e feb[ruari] 1754 in publiecque
veijlinge voor de gemeene lante en
andere lasten zijn vercogt, aan de
respective cooperen wettelijck te
transporteren en zijn de voors[chreve] procuratie
te protocolle geregistreert fol. 544
ende bekende hij comparant in zijne
voors[chreven] qualitteijd te transporteren
ende tot eenen vrijen eijgendomme over te geven
aan ende ten behoeve van Jacob Willems Kuijs woonende
alhier een stuck land gen[oem]t de
Claybroekerweijd groot 1466 roeden
belande de waateringe ten noorden
Poulus Janssen Schotvanger ten
oosten en westen, van welke vercoope en opdragte
bekende hij comparant al ten volle verge-
noegt voldaan ende wel betaalt te
zijn, en sulcx met eene somme
van twee hondert eenendertig gulden
contant en gereet gelt
...
Rolle gehouden 20 augusty 1761
present de Schout
en alle de Schepenen
Adrianus van den Burgt procureur
jnde stad Alckmaar bij regt aan
desen geregte versogt hebbende
om als procureur voor dese regtbank
te mogen fungeren is hem zijn
versoek toe gestaan
Pieter van der Mannekes
woonende alhier in
qualiteij als moolenm[ees]ter
van dee Castricumse
waatermoolen voorden
gepasseerde jaare 1759
Eijsscher
contra
Jacob Kuijs insgelijks
alhier woonachtig, soo
voor sig selfe dan als
last hebbende voor
Willem Hogebregt ged[aag]den
Den eijscher segt ende sulcx is conform
de waarheijd dat bij toekenning en
omslag soo wegens reparatien als
onderhouts van de Castricumse
waatermoolem voor den jaare 1759
op den 17e junij 1760 ter presentie
en overstaan van den weled[ele] gestr[enge]
[??]
Castricum [??] de schout schepenen
molenm[eeste]rs en bueren met alleen
is gedaan een omslag tegens seven
stuijvers per morgen over alle de
landen in de Castricummersepolder
gelegen, naarwelcken gedaenen
omslag oock op den voorn[oem]de 17e junij
1760 na voorgaande klocke geklep
gehoorelijk is gepubliceert vanden
raatluijde alhier, sonder dat reg
daar tegens jmand vande jngelanen
geopposeert of enig beswaaringh
daar tegens ingebracht heeft.
Dat het vervolgens de [??] pligt
van den ged[aag]den als een jngelande vande
selve polder zijnde in navolgingh
van andeere jngelande wel was
geweest omme zijn ter [??]
saake verschuldigde moolengelden
wegens 11 morgen 126 roeden lants
gereekent tegens seven stuijvers
per morgen en sulcx ten bedragen
van f 3:18:4 te voldaan en wijdens
oock nog als last hebbende van Willem
Hogebragt soodanige somme
van f 10:8:8 wegens 29 morgen
612 roeden lands gelegen en gereekent
als vooren, dog waar ontrent den
selven tot heden, niettegenstaande
daar toe te meermaalen in het
vrindelijke te zijn gein[?]apelleert
is gebleven in gebreeken
...
Jacob Willems Kuijs
Zijn huijs
Zijn hoffstee
de hoffstee van Mr David
Neeltje Krijnen
De hoffstee van Jan Kuijper
het Griete landt
Duijvenven
Braveldt
de Borlen
t overgroetje van Doevenven
de Speulmans Camp
1/4 in de Duijnkrogt
3/4 in de Duijnkrogt
de Cleijbroeken weijt
No 58Oude verpond[ing] 1:0:0Jacob Willemse Kuijs bew[woont]: het huijs van de Heer Aalstius met 6 morg[en]: 600 roede lant get[au]x[eert] op 12:0:0[Nieuwe verponding] 12:-:-1:-:0
(1) Er ist verheiratet mit Guert Jacobs.
Die Erlaubnis zur Eheschließung wurde am 17. Februar 1731 in Castricum erhalten.Quelle 23
Sie haben geheiratet am 4. März 1731 in Castricum.Quelle 23 Sie haben in der Kirche geheiratet am 21. März 1731 in Castricum.Quelle 23Kind(er):
(2) Er ist verheiratet mit Willempje Jans IJpelaan.
Die Erlaubnis zur Eheschließung wurde am 24. April 1734 in Castricum erhalten.Quelle 23
Sie haben geheiratet am 11. Mai 1734 in Castricum.Quelle 23 Sie haben in der Kirche geheiratet am 9. Mai 1734 in Castricum.Quelle 23Kind(er):
Jacob Willems Kuijs | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1731 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Guert Jacobs | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1734 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willempje Jans IJpelaan |
Oudrechterlijk-archief Attestatien Castricum op Familysearch, Volume 168, akte 14
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 288-289, 340
www.ijpelaan.nl
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.146 en 0942.158
Notarieel archief Castricum op het Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 3014, akte 1
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.146, scan 58
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 273-274
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 288-289
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.146, scan 96-97
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 340-341
Oudrechterlijk-archief Transporten en Hypotheken Castricum op Familysearch, Volume 158, pagina 357-358
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 442-443
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 468-469
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, pagina 474-475
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.146, scan 140
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.146, scan 129
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, folio 515v-516r
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.168, akte 14
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.158, folio 550
Regionaal Archief Alkmaar, inventarisnr. 0942.147, folio 9-10
Verpondingscohier 1725-1758 Regionaal Archief Alkmaar folio 8v
Noordhollands Archief, inv.nr. 151.554, nummer 58
DTB Castricum Regionaal Archief Alkmaar