Getuigen bij de geboorteaangifte van Ernst Frederik Pannekoek door zijn vader waren Hermanus Hofstede, oud 57 jaar, daghuurder en Theodorus Vos, oud 38 jaar, arbeider, beiden wonende te Zutphen.
Hofstede verklaarde het schrijven niet te verstaan.
Tijdstip: 16:00
Het overlijden van Ernst Frederik Pannekoek werd aangegeven door Christiaan Winterink,oud 45 jaar en Marcus van der Kleij, oud 48 jaar, aansprekers te Zutphen.
Ernst Frederik is overleden in de Waterstraat.
Tijdstip: 05:30
Er ist verheiratet mit Anna Hendrika de Klark.
Die Erlaubnis zur Eheschließung wurde am 24. März 1865 in Zutphen, Gelderland, Nederland erhalten .Quelle 6
Sie haben geheiratet am 12. April 1865 in Zutphen, Gelderland, Nederland , er war 26 Jahre alt.Quelle 7Het voorgenomen huwelijk van Ernst Frederik Pannekoek en Anna Hendrika de Klark werd afgekondigd op 26 maart en 2 april 1865.
De moeder van de bruidegom, wonende te 's-Gravenhage had toestemming gegeven bij akte op 6 april 1865 verleden voor notaris Johannes Bervoets te 's-Gravenhage; de moeder van de bruid was aanwezig en gaf mondeling toestemming; de beide vaders warenoverleden.
Getuigen bij het huwelijk waren Hendrik Martinus de Klark, oud 44 jaar, oom van de bruid, Cornelis Wassink, oud 25 jaar, verwer, neef van de bruid, Albert Starink, oud 65 jaar, boekbinder en Albert Starink, oud 27 jaar, boekbinder, allen wonende teZutphen, de laatste twee niet verwant.
Ernst Frederik en Anna hadden een certificaat van onvermogen.
Akte van toestemming:
Den zesden April des jaars achttien honderd vijf en zestig is voor Johannes Bervoets, Notaris te 's Gravenhage, Provincie Zuid Holland, residerende, in tegenwoordigheid van de natenoemene getuigen gecompareerd:
Mejufvrouw Maria Elisabeth van der Hoek, weduwe van Jan Willem Pannekoek, zonder beroep, wonende te 's-Gravenhage in de Korte Hoogstraat numero 23, aan mij Notaris bekend.
Dewelke bij deze verklaarde toetestemmen in het voorgenomen huwelijk van haren zoon Ernst Frederik Pannekoek, meerderjarig jongman, wonende te Zutphen, met Anna Hendrika de Klark, meerderjarige jonge dochter, wonende te Zutphen, dochter van de echtelieden Jacobus de Klark en Jacoba Wassink, en welke moge lijden dat hetzelve huwelijk naar de wetten des Rijks worde voltrokken.
Waarvan acte in Originali.
Gepasseerd ten kantore van mij Notaris voormeld, in tegenwoordigheid van Johan Fredrik Köhler en Leendert Kop, beiden zonder beroep, woonachtig te 'sGravenhage, mij Notaris bekend, en als getuigen hiertoe verzocht, die deze met de Comparante en mijNotaris, na gedane voorlezing, hebben onderteekend.
(getekend) wed pannekoek geb van der hoek, J.F.Kohler, L.Kop, Bervoets, Notaris.
NATIONALE MILITIE.
Provincie Gelderland.
DE STAATSRAAD, COMMISSARIS DES KONINGS IN DE PROVINCIE GELDERLAND, verklaart dat: Pannekoek/ Ernst Frederik, geboren te Zutphen den 7 Junij 1838, wonende te Zutphen, van beroep wagenmaker zoon van Jan Willem en van Hoek/ Maria Elisabeth van der, wonende te 'sGravenhage (de eerste overleden te Zutphen den 13 October 1840) in het inschrijvingsregister van de gemeente Zutphen van het jaar 1857, voor de ligting van het jaar 1857, is ingeschreven; dat hem bij de loting is ten deel gevallen No. 135,dat hij op den 29 April 1857 is ingelijfd, en uithoofde van geëindigde dienst, op den 28 April 1862 uit de dienst is ontslagen.
Gegeven te ARNHEM, den 21 Maart 1865.
De STAATSRAAD, Commissaris des Konings in de
Provincie Gelderland,
(get.) van ZuijlenvanNievelt
Geen signalement.
Ernst Frederik woonde met zijn ouders en zussen in de Barlheze B122. 22 mei 1843 verhuisde hij met moeder en zus naar Laar wijk D, nr. 95, nadat ze ook nog in de Rodetorenstraat gewoond haden, waar zijn vader overleden is. Vervolgens naar Oude WandE130, Halter 68b in wijk A. Op 18 april 1845 kwam hij met zijn zus in het weeshuis terecht Rijkenhagen E27. Na een opleiding tot timmerman vertrok hij vandaar naar 's-Gravenhage op 1 mei 1857, waar hij als wagenmakersknecht in dienst kwam bij J.J.van den Berg en zonen, rijtuigmakers. Op 10 december 1864 keert hij naar Zutphen terug en gaat wonen bij zijn aanstaande schoonmoeder aan de Barlheze, wijk B, nr. 258. Eenmaal getrouwd vestigt hij zich Baggeroord, wijk A nr. 160 en later Waterstraat, wijk C nr. 69 en 101, waar hij overleden is.
Wezenboek Burgerweeshuis Zutphen
Folio 18
Op authorisatie dd 17 Mei 1842 van Heeren Burgemeester en Wethouderen dezer Stad Zutphen zijn op den 18 April 1845 in het Weeshuis opgenomen twee Kinderen van wijlen Jan Willem Pannekoek en van Maria Elisabeth van der Hoek met namen Wendelina Elisabeth, geboren den 19 December 1835 en Ernst Frederik, geboren den 7 Junij 1838.
Medegebragt: Niets
Gereedschappen welke E.F. Pannekoek successivelijk heeft ontvangen.
2 spanzagen, 1 roffelzaag, 1 handzaag, 1 Enkele blokschaaf, 1 snijmes 10/d, 1 schrobbezaag, 1 rijschaaf, 1 voorlooper, 1 blokschaaf, 1 toffelzaag, 2 trekmessen, 6 ronde velgenschaven, 1 borstingschaaf, 6 steekbeitels, 6 gursen, 2 steekbeitels ( 1den 1½d), 3 halfstalen beitels, 1 handbijl, 1 omslag met 12 diverse boren en 6 centrumboren, 1 knijptang, 2 houtvijlen, 1 zaagvijl, 1 schraapstaal, 1 olijsteen, 3 hamer, 2 handschroevendraaijers, 1 aanzetstaal, 1 zaagzetter, 1 ijzeren omslag met 2 schroevendraaijers, 2 verzinkboren en 2 spitsboren, 1 passer, 1 voegpasser, 1 naamijzer, 1 duimstok.
1857
Mei 1 is Ernst Frederik Pannekoek uit het huis vertrokken naar 's-Hage waar hij is in dienst gekomen als wagenmakersknecht bij J.J. van den Berg en zonen, rijtuigmakers en heeft zijn uitzet ontvangen volgens inliggende kwitantie.*
* niet aangetroffen
Testament Ernst Frederik Pannekoek.
Voor Willem Albert Frans Hendrik de Bas, Notaris in het Arrondissement Zutphen, Provincie Gelderland, standplaats hebbende te Zutphen, in tegenwoordigheid der nagenoemde getuigen, compareerde Ernst Frederik Pannekoek, timmerman wonende te Zutphen,aan den Notaris bekend.
Dewelke het voornemen hebbende om een testament te maken en na daartoe zijne bedoelingen vooraf reeds den ondergeteekenden Notaris te hebben medegedeeld, aanvankelijk alnu nader zakelijk zijn uitersten wil aan denzelven Notaris heeft opgegeven, gelijk dezen die wil bereids heeft in geschrifte doen brengen volgender wijze:
"Ik benoem tot mijne eenige en algehele erfgename mijne Echtgenoote Anna Hendrika de Klark".
Hetwelk dan aldus naar en volgens het vroeger, nu zakelijk herhaald opgeven van den Comparant, door des Notaris Klerk geschreven zijnde, heeft daarna de Notaris voorlezing daarvan gedaan aan den Testateur, die op de afvraging al verder daartoe uitdrukkelijk aan hem gerigt, heeft verklaard dat het voorgelezene in voor hem duidelijke bewoordingen zijn uitersten wil is bevattende; welk alzoo nader zakelijk opgeven door voorlezen en afvragen aan- en opgevolgd verklaren van den Comparant, alles is geschied - in bijzijn en ten aanhooren der getuigen.
Gedaan en verleden te Zutphen, ten kantore des Notaris voornoemd, den elfden Februarij achttienhonderd vijf en zeventig, in tegenwoordigheid van Johannes Hendrikus Kronenburg, Zaakwaarnemer en Willem Frederik Hendrik van Barrelo, kantoorbediende, beiden wonende ter gezegder Stede, als getuigen, die met den Comparant en den Notaris de tegenwoordige bij dezen in bewaring geblevene minute onmiddellijk na voorlezing hebben geteekend.
(was get.) E.F.Pannekoek, J.H.Kronenburg, W.F.H.v. Barrelo, W.de Bas.
In het Jaar achttienhonderd zeventig, op Woensdag den zes en twintigsten Januarij, des voormiddags om elf uur, in de Nieuwe Sociéteit aan de IJsselkade te Zutphen.
Zijn voor Willem Albert Frans Hendrik de Bas, Notaris Standplaats hebbende te Zutphen, in tegenwoordigheid der natenoemen getuigen verschenen:
1e. Jacoba Wassink, zonder beroep, wonende te Zutphen, weduwe van Jacobus de Klark, voor zich en als moeder en wettelijke voogdesse over hare nog minderjarige dochter Hendrika Gerharda de Klark.
2e. Ernst Frederik Pannekoek, timmerman, wonende te Zutphen, als hoofd van de tusschen hem en zijne huisvrouw Anna Hendrika de Klark bestaande huwelijksgemeenschap, voorts in hoedanigheid van toeziende voogd over evengenoemde minderjarige, daartoebenoemd door den Heer Kantonregter van Zutphen, bij besluit van den zeventienden December achttien honderd negen en zestig; en eindelijk als naar zijne verklaring mondeling gemagtigde van a. Willemina Jacoba Sophia de Klark, pleegzuster wonende teAmsterdam, b. Jacobus Antonie de Klark, meubelmaker te Lochem woonachtig, c. Antonie Adrianus de Klark, onderwijzer te Arnhem, en d. Gerrit Jan Hendrikus de Klark, meubelmaker te Lochem wonende.
3e. Hendrikus Martinus de Klark, Scheepstimmerman, wonende te Zutphen.
Zijnde genoemde Willemina Jacoba Sophia - Anna Hendrika - Jacobus Antonie - Hendrikus Martinus - Antonie Adrianus - Gerrit Jan Hendrikus - en Hendrika Gerharda de Klark, de zeven eenige kinderen van wijlen Jacobus de Klark uit diens huwelijk met deeerstgenoemde comparante Jacoba Wassink.
Welke compatanten, aan den Notaris bekend, voor zich of in hunne voorschrevene kwaliteit, zeiden voornemens te zijn, om ingevolge de magtiging daartoe, en zoverre de belanghebbende minderjarige betreft, door de Arrondissements regtbank te Zutphen verleend bij vonnis van den drie en twintigsten December achttienhonderd negen en zestig, voorts overeenkomstig de reeds gedane en nog verder te geschieden gebruikelijke bekendmakingen door het ministerie des ondergeteekenden Notaris alnu bij inzitenheden over veertien dagen, zijnde den negenden Februarij aanstaande, bij toeslag, in het openbaar te veilen en te verkoopen:
Een huis en erf, staande en gelegen in de Barlheze te Zutphen, kadastraal Sectie F.Nummer 752, groot zes en vijftig centiaren, welk perceel behoort tot de huwelijksgemeenschap bestaan hebbende tusschen meergemelde Echtelieden Jacobus de Klark en Jacoba Wassink, die daarvan den eigendom hebben verkregen bij koopacte den zestienden Julij achttien honderd vier en veertig, deel achttien, folio honderd een en vijftig verso geheel en verder. Twee bladen zonder renvoijen. Ontvangen veertig gulden voor regt makende met acht en dertig opcenten vijf en vijftig gulden en twintig cent. De Ontvanger (geteekend) A. van Hoijtema en overgeschreven ten kantore van hijpotheken te Zutphen den zeventienden September daaraanvolgende deel 64 N. 2.
Zullende de voorgenomene veiling en verkoop geschieden op de Algemene Voorwaarden vastgesteld bij procesverbaal van veiling van het vaste goed behoorend tot den Boedel van wijlen de echtelieden Gerrit Jan van Barrelo en Hendrika Wenning, op heden door den ondergeteekenden Notaris opgemaakt en wijders op de navolgende Bijzondere voorwaarden:
Artikel een.- Van het oogenblik der finale gunning af zal het gekochte geheel zijn voor rekening en risico des koopers, die hetzelve echter eerst op den eersten Mei aanstaande in werkelijk gebruik en genot zal kunnen aanvaarden.
Artikel twee.- De grondbelasting op het verkochte drukkende zal vanaf den eersten Januarij jongstleden komen ten laste des koopers.
Artikel drie.- De betaling des koopprijs moet geschieden ten kantore van den ondergeteekenden Notaris op den eersten Mei aanstaande.- Bij nalatigheid in die voldoening langer dan acht dagen kan de koopprijs met een twintigste verhooging gevorderd worden, onverminderd het deswege bij de Algemene Voorwaarden bepaalde.
Artikel vier.- In geen geval zal eenige Sommatie of diergelijke acte worden vereischt om den kooper te stellen in staat van verzuim, maar daartoe steeds voldoende wezen enkel tijdsverloop.-
Aan het verlangen van de comparanten voldoende, heeft de Notaris al het vorenstaande, alsmede de algemene voorwaarden aan de gegadigden voorgelezen en hen daarna uitgenoodigd het in veiling zijnde intezetten, met het gevolg dat daarop het hoogst isgeboden ter som van elf honderd en vijf gulden . . . . . . f 1105,--
door Berend Jan Arentsen, stadsomroeper, wonende te Zutphen, die onder voorbehoud van lastgever te noemen, alhier na voorlezing heeft geteekend.
(was getekend) B.J.Arentsen
Alle verschenen personen zijn aan den Notaris bekend. Gedaan op tijd en plaats voormeld, in tegenwoordigheid van Johannes Hendrikus Kronenburg, zaakwaarnemer en Willem Frederik Hendrik van Barrelo, kantoorbediende, beiden wonende te Zutphen, als getuigen, die met de comparanten en den Notaris de minute van het tegenwoordige bij dezen in bewaring gebleven procesverbaal na voorlezing hebben geteekend.
(was geteekend) J.H.Kronenburg, W.F.H.v.Barrelo, J.Wassink, E.F.Pannekoek, H.M.de Klark, H.de Bas.
Geregistreerd te Zuphen den negen en twintigsten Januarij 1800 zeventig, deel 64, folio 199 recto, vak 5, een blad zonder renvoijen. Ontvangen voor regt f 0,80 voor 38 opcenten f 0,30½ te zamen eene gulden tien en een halve cent.
f. 1,10½ De Ontvanger
(get.) onleesbaar
De ondergeteekenden:
1. Willemina Jacoba Sophia de Klark. pleegzuster wonende te Amsterdam.
2. Jacobus Antonie de Klark, meubelmaker wonende te Lochem.
3. Antonie Adrianus de Klark, onderwijzer te Arnhem, en
4. Gerrit Jan Hendrikus de Klark, meubelmaker te Lochem wonende.
Verklaren hiermede magtig te maken Ernst Frederik Pannekoek, timmerman wonende te Zutphen.
Speciaal om namens hen in het openbaar te verkoopen een huis en erf staande en gelegen in de Barlheze te Zutphen, kadastraal Sectie F. No. 752, groot 56 centiaren, welk perceel behoort tot de huwelijksgemeenschap bestaan hebbende tusschen hunne ouders wijlen Jacobus de Klark en Jacoba Wassink, zonder beroep wonende te Zutphen, de kooppenningen te ontvangen en daarvoor te kwiteren, alle daartoe noodige acten te teekenen, en in het algemeen ter zake voorschreven, al dat gene verder en meer tedoen, wat noodig mogt zijn en zij zelf tegenwoordig zijnde zouden kunnen doen; alles met de magt van substitutie onder belofte van goedkeuring en en schadeloosstelling.
Gedaan en geteekend ter onzer respective woonsteden in de maand Januarij 1870.
(get.) Willemina Jacoba Sopfiea de Klark, Jakobus Antonie de Klark, Antonie Adrianus de Klark, Gerrit Jan Hendrikus de Klark.
Voor Echt erkend. (get.) E.F.Pannekoek, J.H.Kronenburg, W.F.H.van Barrelo, W.de Bas
En op Woensdag den negenden Februarij achttien honderd zeventig des voormiddags om elf uur in de Nieuwe Societeit aan de IJsselkade te Zutphen zijn voor denzelfden te Zutphen standplaats hebbenden Notaris Willem Albert Frans Hendrik de Bas, in tegenwoordigheid van de nagenoemde getuigen, wederom verschenen Jacoba Wassink weduwe van Jacobus de Klark, Ernst Frederik Pannekoek en Hendrik Martinus de Klark, allen met vermelding van beoep en woonplaats, mitsgaders omschrijving der betrekkingen waarin zij te dezen werkzaam zijn, ook comparanten geweest en voorkomende bij het procesverbaal van eerste veiling of inzetting van het daarbij omschreven huis en erf, in dato zes en twintig Januarij jongstleden, waarvan de minute onmiddellijk hiervorenstaat, doch zijnde den comparant Ernst Frederik Pannekoek thans door zijne lastgevers gemagtigd bij onderhandsche volmagt in de maand Januarij jongstleden afgegeven, welk stuk, na door den lasthebber in tegenwoordigheid van den ondergeteekendenNotaris en der getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan door hen allen geteekend te zijn, aan de tegenwoordige minute is vastgehecht, om daarmee ter registratie te worden aangeboden.
Welke comparanten, zoo voor zich als in hunne bij voorzegd procesverbaal aangetogene qualiteit, hun verlangen hebben te kennen gegeven, dat alnu, naar inhoud van het procesverbaal, gelijk mede overeenkomstig de gedane bekendmakingen, moge worden overgegaan tot de tweede en definitive veiling van bedoeld onroerend.
Dienvolgens heeft de Notaris aanvankelijk wederom openlijk voorlezing of mededeeling aan de omstanders gedaan van den gehelen inhoud van het aangehaalde procesverbaal van inetting en van het hoofd dezer, en daarna de gegadigden aangekondigd dat vanstonden aan tot de tweede en definitive veiling van het bedoelde perceel zal worden overgegaan, gelijk zulks dan ook heeft plaats gehad als volgt;
Het onderwerpelijke perceel, voorgehangen op drie duizend gulden, is gemijnd op veertien honderd en tien gulden door Berend Jan Arentsen, stadsomroeper wonende te Zutphen, die onder voorbehoud van lastgever te noemen alhier na voorlezing heeft geteekend.
(get) B.J.Arentsen
Na gehouden beraad hebben de comparanten voor zich en in hunne gemelde kwaliteit de gunning van het geveilde gegeven aan Berend Jan Arentsen voornoemd, voor de som van veertien honderd tien gulden, die onmiddelijk verklaard zijn bod te hebben gedaan als mondeling gemagtigde van Ernst Frederik Pannekoek, timmerman wonende te Zutphen, mede comparant in dezen, die hierop de lastgeving erkend, de koopgunning aanvaart en met den bieder alhier na voorlezing geteekend heeft.
(get.) B.J.Arentsen, E.F.Pannekoek.
Alle verschenen personen zijn aan den Notaris bekend.
Gedaan op tijd en plaats voormeld in tegenwoordigheid van Johannes Hendrikus Kronenburg, zaakwaarnemer en Willem Frederik Hendrik van Barrelo, kantoorbediende, beiden wonende te Zutphen, als getuigen, die met de comparanten en den Notaris de tegenwoordige bij laatstgenoemden in bewaring geblevene minute onmiddelijk na voorlezing hebben geteekend.
(get.) J.Wassink, E.F.Pannekoek, H.M.de Klark, J.H.Kronenburg, W.F.H.v.Barrelo, W.de Bas.
Ernst Frederik Pannekoek | ||||||||||||||||||
1865 | ||||||||||||||||||
Anna Hendrika de Klark |