Er ist verheiratet mit Woltera Geertruid van Wijnbergen Vrouwe Van De Oude En Nieuwe Poll.
Sie haben geheiratet am 13. Mai 1749 in Voorst, er war 43 Jahre alt.
Kind(er):
Dat er voor Andries Schimmelpenninck van der Oye een grote politieke en bestuurlijke carriëre binnen de provincie Gelderland en met name binnen het kwartier van Veluwe zou zijn weggelegd, lag allerminst in de lijn van de verwachting. Wel stamde hij uit een eerbiedwaardig oud adellijk geslacht, maar zijn vader Gerrit Jurriën (1669-1753) behoorde beslist niet tot de aanzienlijkste en vermogendste riddermatigen van zijn tijd. Zijn in de kwartieren van Zutphen en Veluwe gelegen geërfde grondbezit was bescheiden van omvang. Alleen door zich aan de zijde van de Nieuwe Plooi te scharen wist hij in 1703 een zetel in de Zutphense schepenbank in de wacht te slepen.
Bovendien was de uitgangspositie van Andries als tweede zoon weinig perspectiefrijk. Vanaf 3 januari 1714 volgde hij het primaire en secundaire onderwijs aan de Latijnse school in zijn geboortestad. Eerst op de vrij late leeftijd van 21 jaar liet hij zich op 12 augustus 1727 als student in de rechten aan de Leidse Academie inschrijven. In 1730 werd hij geadmitteerd tot de ridderschap van Veluwe en het college van ambtsjonkers van Brummen, maar het duurde tot 1734 eer hij werd toegelaten tot het correspondentschap van die ridderschap. In dit gezelschap maakte zijn latere tegenstander, de zeer rijke en oppermachtige landdrost van Veluwe, Lubbert Adolf Torck, heer van Rosendael, de dienst uit. Als jong lid van het correspondentschap streek Andries jaarlijks een paar honderd gulden op, maar de winstgevende ambten en commissies bleven voorbehouden aan de oudere leden. Alles wees erop dat hij zich blijvend zou moeten tevreden stellen met het bestaan van een sober en onaanzienlijk modaal Veluws landjonkerschap.
Maar met de verhef?ng van Willem IV tot erfstadhouder in 1747/1748 kwam de grote ommekeer in zijn leven. Door zich intensief in te zetten voor het verlenen van uitgebreide bevoegdheden aan de prins en scherp afstand te nemen van de bepaald niet-orangistische landdrost Torck van Rosendael wist hij de aandacht van het stadhouderlijk hof op zich te vestigen. Binnen de kortste keren slaagde hij erin zich van het volledige vertrouwen van de stadhouder en diens gemalin prinses Anna te verzekeren. Erontwikkelde zich een regelmatige briefwisseling, waarbij hij hun van alle relevante informatie betreffende Gelderse en meer speci?ek Veluwse zaken voorzag. In omgekeerde richting vroeg de prins steun voor zijn politieke beleidspunten en won hij zijn adviezen in ter zake van de begeving van de ambten en commissies. Die adviezen werden vrijwel altijd zonder meer direct opgevolgd. Deze gang van zaken betekende in feite dat Andries Schimmelpenninck van een onbeduidend Brummense ambtsjonker in éénklap was opgeklommen tot de premier of luitenant-stadhouder van het kwartier van Veluwe.
Als bewijs van zijn grote waardering benoemde Willem IV hem in oktober 1748 tot drost van de hoge heerlijkheid Het Loo. Zijn aanstelling tot ordinaris gedeputeerde van het kwartier van Veluwe voor vier achtereenvolgende jaren (1749-1753) verschaftehem naast het forse traktement van ƒ1000,– per jaar veel invloed binnen het kwartier en daardoor ook binnen het gehele gewest, maar verder moest hij voorlopig geduld uitoefenen tot er een vacature ontstond voor het richterschap van Arnhem en in Veluwezoom of het landdrostambt van Veluwe. Intussen voltrok zich vrij kort na de bliksemstart van zijn politieke carriëre een belangrijke kentering in zijn persoonlijk leven: op 13 mei 1749 trad hij te Voorst in het huwelijk met de 26-jarige WolteraGeertruid van Wijnbergen, vrouwe van de Poll (1723-1798). Zij was de rijke erfdochter van het aanzienlijke landgoed de Poll, enkele kilometers ten zuidoosten van Wilp in het ambt Voorst gelegen. Zoals het luitenant-stadhouderschap hem ineens grotepolitieke invloed en aanzien verschaft had, zo maakte dit huwelijk hem in één keer tot een vermogend en gefortuneerd man.
De eerste tien jaar van zijn bestuurlijk functioneren zijn voor Andries Schimmelpenninck zwaar geweest. Tot 1758 had hij rekening te houden met de in zijn ogen absoluut onbetrouwbare, nog steeds zeer invloedrijke Torck van Rosendael. Deze landdrost,die nog altijd werd gesteund door de meerderheid van de ridderschap van het kwartier, bleef een geheel onafhankelijke koers volgen. Omdat Willem IV en Anna geen openlijke breuk met de landdrost wensten, moest Andries Schimmelpenninck zijn tegenstander zoveel mogelijk ontzien en trachten door omzichtig manoeuvreren de zin van zijn meester door te zetten. Door het vroegtijdig overlijden van Willem IV in 1751 was prinses Anna in haar functie als regentes in nog sterkere mate aangewezen op haarVeluws-Gelderse vertrouweling. Zij beschouwde hem als haar onmisbare steun en toeverlaat. Eind juli 1753 benoemde zij hem, ongetwijfeld op eigen verzoek, tot schepen en raad van Harderwijk. Toen een maand later de richter van Arnhem en in Veluwezoom stierf, werd hij per kerende post tot diens opvolger benoemd. Dezelfde gang van zaken herhaalde zich vijf jaar later, toen in oktober 1758 zijn grote tegenstander Torck van Rosendael, landdrost van Veluwe, of de ‘grote heer’ om met de prinses tespreken eindelijk aan zijn ‘grote reis’ was begonnen. Hiermee was na tien jaar het hoogste ambt binnen het kwartier van Veluwe eindelijk aan de grootste favoriet en vertrouweling van het stadhouderlijk hof ten deel gevallen. Diens informele machtspositie werd van toen af volledig gedekt door zijn wettige autoriteit.
Hij stamde uit een eerbiedwaardig oud adellijk geslacht, maar zijn vader Gerrit Jurriën (1669-1753) behoorde beslist niet tot de aanzienlijkste en vermogendste riddermatigen van zijn tijd. Zijn in de kwartieren van Zutphen en Veluwe gelegen geërfdegrondbezit was bescheiden van omvang. Alleen door zich aan de zijde van de Nieuwe Plooi te scharen wist hij in 1703 een zetel in de Zutphense schepenbank in de wacht te slepen.
Bovendien was de uitgangspositie van Andries als tweede zoon weinig perspectiefrijk.
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.