Er ist verheiratet mit Pietertgen Cornelisd WAGENAER.
Sie haben geheiratet
Kind(er):
Op 7 augustus 1629 is hij 37 jaar (RAV 150); poorter van Vlaardingen 3 januari 1612, plaats van herkomst vgl. ASV 60-110, 19 januari 1617 voogd over de drie weeskinderen van Joris Jansz. en Trijntje Cornelisd. (zijn zwager en schoonzus) (ASV 275-23); testeert met zijn vrouw Vlaardingen18 januari 1637 (NAV 3), hij betaalt op 4 augustus 1640 zijn oomzegster Pleuntgen en Maertgen (dochters van zijn hiervoor genoemde schoonzus Trijntje Cornelisd. en zwager Joris Jansz.) hun erfdeel (ASV 275-3v); hij is op 6 oktober 1640 als Floris Pouwelsz., lijndraaier, voogd over het weesdochtertje van zijn schoonzus Maertge Cornelisd. en haar man Arien Ariensz. Boomgaert alias Speck (ASV 275-220v).
--
ORA Vlaardingen.
Nr. 12 folio 7v. d.d. 07-10-1619.
Ten versoucke van de weduwe ende kinderen van Mees Pietersz.:
Heeft Floris Pouwelsz. Corpershouc woonende op de Cortendijc binnen deser stede out 27 jaeren, verclaert ende bij eede getuijcht waerachtich te wesen, dat geleden ontrent elff maenden hij deposant is coomen gaen inde Veeresteech binnen deser stede ende coomende ontrent de herberghe van de Salm heeft hooren roepen, in de voorsz. herberghe, Och vaeder wat wilt gij doen?, ende dat hij deposant door het voorsz. geroep is gecoomen inde ganc voor de deur van het achterkeucketgen van
de voorsz. herberge, alwaer hij gesien heeft dat Cornelis van Oeijen beenhacker woonende tot Schijedam ende Cornelis Gerritsz. cuijper woonende op Vlaerdingerbrouck, vochten ende dat de voorn. Cornelis van Oeijen stont bij den oven in het voorsz. achterkeuckentgen met een mes in sijn hant, mitsgaders dat Adriaen Meesz. woonende aen de Ketelwech stont voor de voorn. Cornelis van Oeijen om te scheijden ende dat doen den voorn. Cornelis van Oeijen een steec met het voorsz. mes
bracht ende doen hij t wederom nae hem haelde, sach hij deposant dat hetselve mes bebloet was ende dat het den voorn. Cornelis van Oeijen aen sijn brouck affvaechde. Verclaerde mede hij deposant dat hij hoorde dat den voorn. Adriaen Meesz. seijde, Cees (denoterende Cornelis van Oeijen), hoe hebt gij mij daer gequetst, waer op den selfden Cornelis van Oeijen seijde, dat liecht gij, waer mede soude ick u gequetst hebben?. Widers nijet getugende soo waerlic most Godt almachtich helpen. Actum den 07° October 1619. Coram den ondergeschreven schepenen.
Was getekend: Lambrecht Christoffelsz. Waelwijck.
--
Nr. 417 folio 83v. d.d. 05-05-1625.
Floris Pouwelsz. Corpershouck constitueert Huijbrecht van Adrichem en Jop van der Wael tegen de gift die zijn mede erfgenamen van zaliger Cornelis Crijnsz. Wagenaers weduwe zullen geven aan Jacob Pietersz. blokmaker, van een boomgaard gelegen in het Liesveld en waarvan hem constituant ¼ part toekomt.
--
Nr. 164 folio 67v. d.d. 07-08-1629.
Den 07° Augustij 1629.
Ten versoucke van Mees Cornelisz. Assendelft schepen deser stede, hebben Floris Pouwelsz. Corpershouck out 37 jaeren, ende Joris Jorisz. out 32 jaeren, verclaert ende getuijcht waerachtich ende hem deposanten kennelijcken te sijn, dat seeckere acht schijven garen, daer van elcke helft vastert ende de andere helft stael garen was, die de requirant hadde gecoft van Cornelis Heijndricxz. Jongekint tot Oudewater, int ontfangen vandien bij hen deposanten opgewrochten inde . van den requirant. Ende dat sij getuijgen voort toosteecken van de haring scheepen als dat naer de voorsz. schijven garen hebben helpen verwercken, soo tot cabels als ander touwerck. Int affdraijen van welck gaeren sij tselve hebben bevonden niet alleen seer groff ende dick
gesponnen, maer oock seer ruijch ende blaeuw beschimpelt, soo dat stonck van bederffenisse, ende qualijck conde verdrogen affgewonden te werden. Sulcx dat de restanten van de schijven bij den requirant behouden veel beter sijn als tgaren dat bij den requirant onder ander zeer goet garen (dat hij als doen bij noot moste ten anderen coope) in verbrocht. Actum coram Doe Pietersz. scheepen.
Was getekend: Doe Pietersz.
-
Nr. 654 folio 137 d.d. 14-05-1635.
Jan Galeijnsz. wonende Heinenoord als vader en Jan Michielsz. wonende Oud-Beijerland, voogden van de twee nagelaten kinderen van Neeltge Sijmonsdr. huisvrouw van de voorn. Jan Galeijnsz. constitueren Floris Pouwelsz. Corpershoeck om uit naam van de voorn. kinderen, erfgenamen van Arijen Sijmonsz. overleden dezer stede, zich te vervoegen in het sterfhuis van de voorn. Arijen Sijmonsz. om te laten maken staat van de goederen.
--
Nr. 712 folio 153 d.d. 22-02-1638.
Floris Pouwelsz. Corpershouck en Jan Dammasz. Ketelaer geordonneerde voogden over de nagelaten weeskinderen van zaliger Joris Jansz. constitueren Gerard Vincq procureur Hoge Raad, om te vervolgen de eis als de mondige kinderen van zaliger Phillips Leendertsz. Rodenburch en Maertgen Pieters Holy zullen doen nemen op Leenert Jorisz., wonende Vlaardinger-ambacht, dewelke zij constituanten op 02-03-1637 bij arrest hebben betrokken voor het gerecht van Vlaardingen.
-
Ondertrouw Vlaardingen.
14-12-1641
Partijen andermaal comparerende Michiel Jansz. geass. met ds. Johannes Ambrosius en Jan Fransz. Versles ter eenre en Maertgen Jorisdr. gesterkt met Floris Pouwelsz. Corpershouck haar oom ter andere zijde [ ].
--
Floris Pouwelsz CORPERSHOECK | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Pietertgen Cornelisd WAGENAER | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.