Genealogie Janssen-de Groot » Hendrikje Hendrikse Broer (± 1680-????)

Persönliche Daten Hendrikje Hendrikse Broer 

• Sie ist geboren rund 1680 in Zuilen, Utrecht, Nederland.
• (Akte) .

  Not.akte U56a25 sf, d.d.12-2-1706 HUA
  Op den 12 feb 1706
  Alsoo in den heere gerust was, Hendrickje Hendrix Broer gewoont hebbende tot Breukelen nalatende Hendrik Cornelisz van Meij, tot haere weduwenaer en boedelhauder en tot hare erfgenamen hare drie kinderen bij den selven verweckt, met namen Cornelis, Anna en Hendrick Hendriksz van der Meij, en tot desselfe mombers en voogden Hendrik Gerritsz Broer den kinderen groodvader en Cornelis Hendricksz Broer en Jan Hendriksz Broer desselfe oomen, dat den voornoemde boedelhauder van haere gemenen boedel en goederen gemaekt en doen opstellen heeft een corten sommieren staet des boedels ende vermits het den boedelhauder en mombers met gelegen was langer met den anderen in gemeenschap te blijven sitten soo heeft hij boedelhauder aende sommieren staet en na dat sijh te samen sten overstaen van onpartijdigen des verstaende alle desselfe beesten, paerden, wagens als mede alle sijne meubilen en huijseraet mitsgaders sijn bouw, gereetschap als het vordere hebben gewaerdeert en gestimeert en dat te samen op een somme van vijftien hondert en taghtig gulden, en daer bij dan nogh aen inschulden gereet gelt als een obligatie van vier hondert gulden ten lasten van Hendrik Gerritsz Broer. Voornoemde bedragende alle de selve inschulden een somma van ongeveer seven hondert gulden, makende te samen de somma van twee duijsent twee hondert twee en taghtig guldem waer en tegens den voornoemde boedel weder te lasten heeft soo wegens vervalle landpaghten, ongelden als van vordere lopende schulden die te samen bedragende zijn van somme van negen hondert vijftien gulden en die dan weder getroken van de voornoemde 2282 gulden, soo wort bevonden voort gemeen nogh over te schieten de somme van dertien hondert seven en sestigh gulden, waer inde voornoemde kinderen de gereete helfte tot ses hondert drie en veertigh gulden en tien stuijvers, soude competeren, dan alsoo den boedelhauder alle de dootschulden van de overlede uijt het gemene geld hadde betaelt, bedragende tachtig gulden die ten lasten van de kinderen soude moeten comen dogh soo worden de kinderen voor de helfte tot 40 gulden daer mede belast en die dan afgetrocken van de voornoemde 643 10: ..:, soo soude dan nogh voor de kinderen wegens haere moeders erfportie overschietende soe van ses hondert drie en veertigh gulden en tien stuijvers, dan alsoo de voornoemde kinderen nogh seer jongh zijn en bij gevolge opgevoet moeten worden als andere, soo sijn den voornoemde boedel
  (volgende blz ontbreekt)

• Sie ist verstorben.
• Sie wurde begraben am 4. Mai 1705 in Breukelen, Utrecht, Nederland.Quelle 1
• Ein Kind von Hendrik Gerritsz Broer und Gijsbertjen Hendrixs van Sweserengh
• Diese Information wurde zuletzt aktualisiert am 10. August 2014.

Familie von Hendrikje Hendrikse Broer

Sie ist verheiratet mit Hendrik Cornelisse ter Meij.

Sie haben geheiratet am 28. Februar 1698 in Maarssen, Utrecht, Nederland.Quelle 1

Sie sind einen Vor-Ehevertrag eingegangen.

Not.akte U114a4-32, (Huw.voorw.) HUA De Getuijgen bij Ed: Wantenaar notaris, gesien op heijde van so sers. Compareerden Ca Hendrick Cornelisse Ter Mij, jongman van competenten ouderdom wonende omtrent Maerssen onder Wilnis Maerssen, werd geassisteert ende gesteunt sijnde met Jan Cornelisse Ter Mij en Goossen Cornelisse Ter Mij, sijnde broeder. Toecomeden bruijdegom ten eerste, ende Hendrikijen Hendrikse Broer, jonge dogter, geassisteert ende gesteunt sijnde met Hendrick Gerritse Broer en Gijsbertijs Hendrikse haers ouders, Cornelis Hendrikse ende Jan Hendrikse Broer, haer broeders, mit sijn Gijsbert Gerritse Broer en Gijsbert Cornelise van Montfoort hare ooms, toecomende bruijt ter andere sijde, Ende genuemde de comparanten met assistenten als voorsn. den andere belooft te hebben ter sulle trouwen, gelijke bij sulx den anderen alsnog belovende sijn bij desen, ende 't poen erft daegs van allen Christelijken orden te voltrecken, tot avansement van welck huwelijk den bruijdegom aenbrengt sodanige somme van agt hondert gulden als hen bij scheijdingen tussschen sijne broeders en susters; erlangende sijne ouders erffenisse ende besterffeinissen sijn te gescheijden ende dat vrij bour alle lusten, bedes vermogens scheijdinge daer van sijnde, waer entegens den voorn Hendrik Gerritse Broer, ende Gijbertijsh Hendrikse met hare dogter de voorn toecomende bruijt, cort van de solemnisutin deses huwelijk beloven mede te gean, de somme van vijft hondert clar: gulden ad xx stuijvers te sture in geredes goede bowen een eerlijke uijtsettinge nue disieetins mijders sijn condities voorbanden den huwelijx, dat in cas geen kinderen uijt desen huwelijxare geprocreeert werde, bij 't scheijden van de bedde int soene geval de gemeenschap sule sijn en blijven uijtgeslooten ende de aengebrugts goederen sullen gane de heene aenelx sijde dae dire vandars gecomre sijn mette helfts vande wust ofte welks staende huwelijk te valle Erffenisse ende besterftenisse van wust gereraent ende in des van burdt off audene te procreeeren in welke geval, bij 't soheijde vande bedde gevolgt sal werden de gemeenschap volgens usantie ende costume vanden landes van Utregt, ende ofte saevan word dat sen bruijdegom wat sijn bruijt, sonder kint oft kinderen quame te overlijden, de bruijt indien gevallen uijt sijn gereste goederen stediert wesen ende voor uijt treden sal de somme van twee hondert gulden, dat oora in 't selve geval de bruijt voornd den bruijdegom quame te overlijden, den bruijdegom uijt hare gereerste goederen steetert wesen ende van uijt treden sal, den somme van gelijens twee hondert gulden sijnde nog wispoorhen, dat de een voor des anders huwen die voor dato deses inorhie sijn gemaecet, niet sulle wese aenspraeckelijx, nemans dat aen ijders sohuede sullen worden gezegt die de selve sullen hebben gemaeckt allen in gewege de ordonnantis decisoin in dato den 15e April 1659 diensueni gaendes geemanert alle veklaere huwelijx voorwaerde, partijen hun inde sou andere beloven te sullen voldoen als suijden met eere, dae ter vereindende haere personen ende goederen desen subruitterende den ede Hove ende geregte den stadt Utregt ende allen anderen haars Hoven regentene ende geregten versoecaende hun van gemaecet ende geleurt te worden acte, de is dese aldus gedaen ende gepasseert tot Utregt inde Gortsteegh ten huijse van Cornelis den Bergen daer den verluegende merturius uijt hangt te presentie vandes selve Cornelis den Bergen, ende Hendriks Verij Clerq, als getuijgen hun toe versogt, die desen neffens ende selve comparanten en mijn notaris mede ondertekaent hebbe op den 29en januarij 1698 ouden stijl handtek. Hendrick Cornelise Ter Meij handtek. Jan Cornelusse Ter meij handtek. Goosens Cornelisse Ter meij handtek. Hendrik Gerritsen Broer merk van Hendrikijen Hendrikse Broer Bruijt merk van Gijsberje Hendrikse bruijts moeder handtek. Jan Hendriks Broere handtek. Gijsbert Gerritse Broer handtek. Gijsbert Cornelisen van Montfoort handtek. Cornelis den Bergen handtek. J. Verij handtek. J. Wantenaar nots (toegevoegde tekst:) de vijf hondert gulden enug t setenge Brer voorn is bij Hendrik Gerritse Broer aensejue dogter den voornt ter bruielpe soost sijn mijn voldaen, srieq detrok densgenaende opnugis se soon vader niet hebbe te pretenderen utmuirtre den 24en augustis 1700 handtek. Hendrik Cornelise van Ter Mij),

Kind(er):

1. Cornelis Hendriksz ter Meij  ± 1699-????
2. Nn ter Meij  ± 1700-1700
3. Nn ter Meij  ± 1701-1701
4. Hendrick Hendricksz ter Meij  ± 1702-< 1734
5. Anna Hendrikse ter Meij  ± 1704-< 1734

Haben Sie Ergänzungen, Korrekturen oder Fragen im Zusammenhang mit Hendrikje Hendrikse Broer?
Der Autor dieser Publikation würde gerne von Ihnen hören!

Zeitbalken Hendrikje Hendrikse Broer

Klicken Sie auf den Namen für weitere Informationen. Verwendete Symbole:  Großeltern    Eltern    Geschwister    Kinder