Alfred staat bekend voor zijn verdediging van de Angelsaksische koninkrijken van Zuid-Engeland tegen de Denen, waardoor aan hem het epitheton "de Grote" wordt toegekend. Alfred was de eerste koning van Wessex die zichzelf de "koning van de Angelsaksen" noemde. Hij was een geleerd man, hij moedigde onderwijs aan, en hij verbeterde het rechtssysteem en de militaire structuur van zijn koninkrijk. Hij wordt beschouwd als een heilige door sommige katholieken, maar werd nooit officieel heilig verklaard. De Anglicaanse Gemeenschap vereert Alfred als een christelijke held, met een feestdag op 26 oktober. Afbeeldingen van hem worden vaak gevonden in gebrandschilderd glas in parochiekerken van de Anglicaanse Kerk.
Alfred werd geboren in een tijd dat Engeland verdeeld was in meerdere Angelsaksische koninkrijken. De Denen waren in grote delen van het oosten en midden van Engeland (de 'Danelaw') aan de macht en de Noren waren aanwezig in het noordwesten van het land.
Als jongste zoon was Alfred voorbestemd om geestelijke te worden. Dat was vermoedelijk de reden van zijn goede opleiding, die zijn bijzondere belangstelling voor geloof en literatuur stimuleerde.
In 854 reisde Alfred met zijn vader Æthelwulf naar Rome en bezocht met hem, op de terugweg, het hof van de Franse koning Karel de Kale.
Tijdens de korte regeerperioden van zijn twee oudste broers, Æthelbald van Wessex en Æthelberht van Wessex, werd Alfred niet genoemd. Zijn openbare leven begon pas toen zijn derde broer, Æthelred I van Wessex, in 866 de troon van het Koninkrijk Wessex besteeg. Het is gedurende deze periode dat bisschop Asser hem met de unieke titel "secundarius" aanduidt, een erkende opvolger die nauw verbonden is aan de regerende monarch.
In 868 vochten de broers een vergeefse strijd om de Denen uit het aangrenzende Koninkrijk Mercia te weren. Daarna bleef Wessex vervolgens bijna twee jaar lang van aanvallen gespaard, omdat Alfred de Vikingen een schatting betaalde om het koninkrijk Wessex met rust te laten. De Denen concentreerden zich in deze periode op de verovering van het koninkrijk East Anglia, een doel dat zij in 870 wisten te verwezenlijken. Met de komst van het Grote zomerleger onder leiding van de Deense koning Bagsecg was het echter met de relatieve rust in Mercia en Wessex gedaan. Bacsegc voegde zich met zijn troepen bij het Grote heidense leger dat in 865 onder leiding van Ivar de Beenderloze en Halfdan Ragnarsson aan de Engelse oostkust was geland. Vanaf 31 december 870 begon een half jaar van heftige strijd met de Denen. Voor het koninkrijk Wessex was het nu erop of eronder:
Na de campagne van 871 begreep Alfred dat zijn militaire situatie niet kansrijk was en sloot hij in ruil voor een groot geldbedrag een vrede voor 5 jaar. Na het verstrijken van deze periode vielen de Denen prompt weer aan. Pas in 897 had Alfred de controle over bijna geheel Engeland. De Denen hadden alleen nog de macht in East Anglia en de kuststreken rond York.
Alfreds succes tegen de Denen is vooral te danken aan zijn organisatievermogen. Zo creëerde hij een staand leger door een soort roterende dienstplicht in te voeren, waarbij dus altijd een deel van de weerbare bevolking onder de wapenen was. Dit was een hele verbetering ten opzichte van de oude situatie waarbij het leger pas werd geformeerd als er een concrete dreiging of zelfs aanval was, en waarbij het ook gebruikelijk was om versterkingen niet te bemannen. Ook begint Alfred met georganiseerde zeestrijdkrachten, echter nog zonder veel succes. Wel wordt Alfred daardoor beschouwd als de grondlegger van de Britse marine. Alfred sticht een aantal burchten die ook zijn bedoeld als kern van stedelijke ontwikkeling. Hij plaatste shires (graafschappen) onder het gezag van een earl (Oud-Engels ealdorman of 'oudste'). Hij benoemde ook 'sheriffs' die zijn gezag ter plaatse moesten uitoefenen. De witenagemot, een vergadering van de rijksgroten, besprak de staatszaken en moest uit de nakomelingen van Alfred een opvolger kiezen. Alfred liet een nieuw wetboek samenstellen in de volkstaal, op basis van het traditionele Saksische recht maar ook gebaseerd op de tien geboden en ethische regels uit de bijbel.
Alfred werd begraven in de Old Minster in Winchester. Het lichaam van Alfred werd later overgebracht naar de New Minster. Op de plaats van de New Minster is later nog de Kathedraal van Winchester gebouwd.
Er ist verheiratet mit Ealhswith van de Gaini.
Sie haben geheiratet im Jahr 868.
Koning van Wessex en de Angelsaksen (m.a.w. koning van Engeland)
Kind(er):
Alfred 'De Grote' van Wessex | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
868 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ealhswith van de Gaini |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.