ONA Utrecht 15-2-1684: Boedelscheiding door Dirck Henricxe de Ridder; kinderen en erfgenamen van Neeltjen Adriaens (dochter van Adriaen Jilis en Metje Gijsberts): Metjen Dirx de Ridder, onmondig, jongste dochter; Jacob van Rietvelt;
Mynsje Dirx de Ridder, oudste dochter met Willem Claesz Blom, haar toecomende bruydegom
In de boedel:
14 mergen lants te Lopik met huys hoffstede, bercken ende schuyr (by den eerste comparant bewoont en gebruyckt) - naar Mynsje Dirx de Ridder -; 1 1/2 mergen lants annex de anderen gelegen; 6 mergen lants in de polder Vogelsanck te Jaarsveld; 14 mergen 5 hont lants in de polder De Booterslooth te Noordeloos - naar Metjen Dirx de Ridder; een mergen bouwlants en 1/2 mergen boogart te Thienhoven; 6 mergen land in de polder De Wiel te Jaarsveld.
Goederen zijn de 2 dochters aanbestorven wegens overlijden van Dignetjen Damen, de moeder van Dirck Henricxe de Ridder en door overlijden van Grietjen Jelis, de grootmoeder van Dirck Hendricxe de Ridder; op bovengenoemde hofstede (gelegen te Lopik) zit erfpacht ten behoeve van Domkapittel en kapittel van St. Marie te Utrecht
Er ist verheiratet mit Mensje Dirks de Ridder.
Die Berechtigung zur Ehe wurde am 15. Februar 1684 erteilt.Quelle 4
Op 15-02-1684 is Willem Claesz Blom vermeld als toecomende bruydegom van Mynsje Dirx de Ridder
Kind(er):
Willem Claesz Blom | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mensje Dirks de Ridder |