Hij is getrouwd met Grietje Reiningh.
Zij zijn getrouwd op 9 januari 1851 te Amsterdam, Noord-Holland, Nederland , hij was toen 25 jaar oud.
Datum: Akte Amsterdam 1851 Reg.1 Fol.26
Kind(eren):
de galjoot Margaretha Augusta van kaptein A. Jongman De Margaretha Augusta. In 1851 werd de Margaretha Augusta gebouwd op een werf in Hoogezand. Eigenaar van dit schip, een Galjoot, was kapitein Augustinus Alje Jongman, Augustinus was geboren als zoon van een bakker zijn vader was Alje Heeres Jongman en zijn moeder was Elisabeth Christoffer Upmeijer. Hij noemde de Galjoot naar zijn vrouw Grietje en naar hem zelf. Wat reizen van de Margaretha Augusta. 14-08-1851 uitgezeild vanaf Hellevoetsluis naar Nizza 18-01-1852 aangekomen in Vlissingen voor Antwerpen van Livorno met marmer 08-11-1854 liggend in Memel 29-01-1855 liggend in Vlissingen 17-11-1855 van Texel naar Hamburg 08-08-1856 passeert de Sont op weg van Petersburg naar Leight met tarwe 31-01-1859 zeil klaar in Londen 04-11-1859 aangekomen op de Vlie van Newcastle 13-04-1860 Zeil klaar in Rotterdam n. Grange Mouth 09-11-1860 van Texel naar Nantes 16-12-1860 van Nantes naar Amsterdam 18-12-1860 uitgezeild van Antwerpen 06-01-1861 is ten reede gepasserd en bestemd voor Antwerpen de Margaretha Augusta kapt. Jongman komende van Nantes en wegens ijsgang op de schelde te Vlissingen in de haven binnengekomen om te overwinteren De ladingvan boekweit is oververhit en men is dus gaan lossen. 24-03-1861 aan gekomen te Antwerpen 06-06-1861 binnen gekomen te Londen 16-05-1861 in Pillau naar Londen 08-04-1862 Met nog 3 andere schepen vertrokken naar Santander 11-12-1862 van het schip de Margaretha Augusta kapt. Jongman heeft men sinds het vertrek op 08-04-1862 vanuit Vlissingen naar Santander niets meer vernomen Verder weten we dat de Margaretha Augusta in Juli 1861 op weg was naar Petersburg dit lezen we in de overlijdensakte van de scheepskok. Wij ondergeteekenden, Gezagvoerder en man- schappen van het Nederlandsche schip Margaretha Augusta verklaren hiermede, dat wij op onze reize van London naar St Petersburg op den 13 Julij 1861, wind en stroom tegen heb bende, in de Sond ten anker lagen. Onze boot, die op zijde in takels hing, eenigzins lek zijnde, werd de kok genaamd Pieter Astuling Groen, gelast, wat water in den boot te scheppen, ten einde denzelven te doen digt trekken. Terwijl de kok daarmede bezig was, brak de hanger, al waar de takel was ingehaakt, van achteren zodat de boot nederviel en daar de kok juist achter in den boot stond om water te scheppen, viel hij mede een stortte uit den boot in het water.----- Wij allen snelden hem dadelijk te hulpe en hoewel wij alles aanwendden, om den drenkeling te redden, zoo bleven onze pogingen daartoe vruchteloos en moesten wij hem, zonder hem te kunnen redden, voor onze oogen zien verdrinken. St Petersburg den 17/5 Augustus 1861 getekent A.A. Jongman, T.R. Zeeft, D. Kl Boer Deze verklaring is door voormelden Kapitein en zijne manschappen ondertekent en bekrachtigd, van mij W.L. Welter predikant der Holland- sche Hervormde Gemeente te St. Petersburg. [Willem Leonard Welter geboren ca 1815 Vriezeveen, aalmoezenier bij het Ned. gezantschap te St. Petersburg [Rusland],predikant Nederlands Hervormde Gemeente te St. Petersburg(1842-1867/1872-1873)] De kok Pieter Astulingh Groen is geboren 27-02-1836 in de Westerstraat Enkhuizen zoon van Cornelius Caesar Groen en Gerbregje Astulingh Metselaar.Ze woonden in 1861 op Wieringen, daar troffen we de inschrijving van het overlijden en de brief met de verklaring daarvan aan. De kapitein en zijn bemanning hebben Pieter niet lang overleefd.Op de volgende reis is het schip vergaan. In december word in verschillende kranten vermeld dat nadat het schip in april vertrokken is er niets meer van is vernomen. Men neemt dus aan dat het ten onder is gegaan. Zijn weduwe plaatst een bericht op 12-12-1862 in de krant met het volgende. " Na bijna 8 maanden tusschen hoop en vrees geleefd te hebben, moet ik tot de smartelijke overtuiging komen, dat mijn dierbare Echtgenoot A.Jonkman, in leven Gezagvoerder op het Galjootschip Margaretha Augusta, en deszelfs Broeder H. Jonkman, stuurman op gemelden bodem, hun dood in de golven hebben gevonden. Zwaar treft mij deze slag, daar ik achterblijf met 4 jonge kinderen, die het groote verlies van hunnen dierbareb Vader nog niet beseffen. Terwijl mede in het verlies deelen, een diep bedroefde Vader, die twee van zijne Zonen zoo te gelijk heeft verloren, alsook zijne Behuwd Ouders en nadere Betrekkingen. God sterke mij in het groot verlies dat ik in hem als Man en Vader moet missen, terwijl de Zalige Hoop, elkander eens weder te zien, daar, waar geene scheiding meer wezen zal, mij in den Wil des Heeen doet berusten Wed. A. Jonkman Reiningh (H,Jon(g)kman is waarschijnlijk zijn jongere broer Hindrik) Zo eindigt dan de reis van de Margaretha Augusta vermoedelijk in de Golf van Biskaje gezonken.
Augustinus Jongman | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1851 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Grietje Reiningh |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.