Religie: gereformeerd
Datum: aan boord van het schip Kroonenburg.
Hij vaart in 1769 als matroos in dienst van de V.O.C. aan boord van het schip d'Jonge Thomas uit naar de " Oost". Op 19 september 1770 overlijdt Barend aan boord van het schip, dat hem terug naar Nederland zou brengen, het retourschip Kroonenburg, voor dit schip de haven van Batavia verliet, 18 jaar oud. (bron: Texel en de V.O.C.- schepen op de rede, Texelaars in de Oost uit 2002.)
Bremer, Barent Leendertsz. werd op 21 mei 1738 gereformeerd gedoopt in Den Burg, zoon van Leendert Barentsen en Vrouwtje Jochems Petten.
Hij was vanaf 29 september 1769 als matroos " aan boort van het schop d'Jonge Thomas. Zijn gage was f9,- per maand. Andere Texelaars aan boord waren: Albert Lambertsz. Kikkert, hermanus Kikkert en Jan Maartensz, Waart. Ze vertrokken 29 december vanaf Texel. Na 8 maanden en 10 dagen in dienst van de V.O.C. kwamen ze op 28 juni 1770 aan bij Batavia. Barent ging daar aan boord van het "retourschip" Kroonenburg. Nog voordat het schip op 24 oktober de thuisreis aanving, was Barent op 19 september 1770, zonder iets na te laten, aan boord overleden. Op 2 juni 1772 machtigde zijn vader Leendert Bremer, weduwnaar van Vrouwtje Jochems Petten, voor hem zelf en als voogd over zijn 2 minderjarige kinderen Hendrik Leendertsz. Bremer en Ibel Leenderts Bremer " te saamen eenige erfgenaamen van wijlen Barend Leenderts Bremer", de heer Jacobus van der Maas om van de Wel Edele Heeren Bewindhebberen der Oost Indische Comp. kamer Amsterdam te vorderen en te ontvangen " sodanige gelden" als gemelde zoon had nagelaten. (bron: Ineke Vonk-Uitgeest)