Genealogie Zwanepol » Peter Joosten

Persoonlijke gegevens Peter Joosten 

• Beroep: Burgemeester Hasselt.
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 19 april 2020.

Gezin van Peter Joosten

(1) Hij is getrouwd met Geertien Jans van Benthem.

Zij zijn getrouwd

Kind(eren):

1. Jan van Benthem  ????-< 1651 

(2) Hij is getrouwd met Jenneken.

Zij zijn getrouwd

Kind(eren):

1. Meindert Peters  

Notities over Peter Joosten

La(ec)kenver(c)koper te Hasselt.

1605 Akte van overdracht door Jacob Crene aan Peter Joosten en Geertien e.l. van een jaarrente van vier g.g., gaande uit een huis aan de Hofstraat, 1598.
1365.1 Stadsbestuur Hasselt
Inventaris
10. Particuliere stukken en stukken, waarvan de samenhang met een der beschreven archieven niet blijkt
10.2. Kasboeken, rekeningen, aankomstbrieven, rentebrieven
1605Akte van overdracht door Jacob Crene aan Peter Joosten en Geertien e.l. van een jaarrente van vier g.g., gaande uit een huis aan de Hofstraat, 1598.
Datering:1598.
Omvang:1 charter
Organisatie: Historisch Centrum Overijssel (HCO)

-------------------

Den 1sten Juni 1602 legde Peter Joosten, raad der stad Hasselt, voor burgemeester en schepenen ongeveer de volgende verklaring af: 31 Mei 1602 is Wolter van den Clooster, raad der stad
Hasselt, met mij van stadswege naar Dalfsen gereisd. Toen hij ten huize van Arent, waard in den Vos, kwam, snelde een zeer bezweet man met den hoed in de hand op hem af, zeggende: „Gaet doch een weinich an de zijdt, Johan van Haerst die komt daeraen ende is voll, ende heft in de nacht ende noch desen morgen vroe daerop sitten drincken ende sich daerop versworen ende vervloect: hie will u desen dach doerschieten!" Hetzelfde verklaarden de waard en de waardin, evenals eenige anderen, die hem aanrieden in het aangrenzende vertrek te gaan. Wolter wilde daar niet dadelijk van weten, maar trad op Ingerman van Kamphuisen, die zich ook in de gelagkamer bevond, toe • met de woorden:' „ Wel swager, wat hore ick ! wil mijn swager Johan van Haerst (2) mij doerschieten?" Ingermans antwoord luidde koeltjes: ,,'t Schijnt, 't mach anders niet wesen". Nauwelijks had Wolter zich nu met Goossen van Raesfeld, de markenrichter, dien hij daar ook ontmoette, in de achterkamer begeven, of Johan van Haersolte kwam met een dienaar, beiden gewapend met een roer, te paard aanrijden. Zij stegen af en stoven de gelagkamer binnen, maar de vogel was gevlogen; een oogenblik later ging Wolter eene achterdeur uit en kwam veilig en wel „op ten Ruitenberch", Raesfelds huis. De liefhebbende zwager bleef nog eenigen tijd in den Vos, zoodat het geenszins te verwonderen is, dat zijn roer afging; echter zonder opzet, volgens den waard.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Peter Joosten?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!