Genealogie Verhagen - van Welsum » Verhalen » De familie Verhagen in Leiden in de 16e eeuw

In de 16 eeuw zijn veel Verhagens uit de Vlaamse Westhoek naar Leiden geëmigreerd. Dit verhaal gaat over deze immigranten.

In 2008 is door Erik Verhagen een mooi overzicht gemaakt van de geschiedenis van de familie Verhagen in Rijnland, Delfland en Kennemerland. Dit overzicht begint feitelijk bij Wollebrant Jacobszoon Verhagen, geboren rond 1580 en overleden voor 16 mei 1626. Hij was o.a. in dienst van burgemeester van Leiden, en was ondermeester van diens steenplaats (steenfabriek) bij Koudekerke. Eerder werkte hij op een steenplaats bij "Ter Wadding", dat is in de buurt van de Haagsche Schouw. Gezien zijn patroniem moet zijn vader dus een zekere Jacob Verhagen geweest zijn, deze zal dus rond 1550 geboren moeten zijn. Door Erik Verhagen zijn geen vroegere aanknopingspunten gevonden.

Handtekening Wollebrant JacobsDe oudste vermelding die Erik Verhagen gevonden heeft is een akte van 1617 over een conflict over bieraccijns. In deze akte wordt hij Wollebrant Jacobs genoemd (dus zonder de naam Verhagen). De oudste akte waarin de naam Verhagen voorkomt is een akte van 1638, waarin onder andere staat: "Ick Dirck Pietersz. vant Rietvelt, Schout inden ambachte van Soeterwoude, doe cont een ijegelick, dat voor mij ende voor Jan Cornelisz. van Ouwater ende Tonis Huijgen, Schepenen in den selven ambachte, als getuijgen ten dezen versocht, gecompareert ende verschenen sijn Jacob Adriaensz. van der Marck ende Adriaen Adriaensz. van der Marck, soo voor hen selven mitsgaders als testamentare voochden over oude Jacob en Jonge Jacob Wollebrantsz. van der Hagen, beijde naergelaeten kinderen van Marijtgen Adriaensdr. van der Marck, gewonnen bij Wollebrant Jacobsz. van der Hage.
In de 16e en begin 17e eeuw werd de naam Verhagen en Van der Hage vaak door elkaar gebruikt.
akte 1638
Over de voorvaderen van Wollebrant Jacobs, dus over Jacob Verhagen is geen concrete informatie gevonden.

Wel wordt door Erik Verhagen gesuggereerd dat de naam Verhagen een verbastering van "van Terhage" zou kunnen zijn, dus een familie die oorspronkelijk uit een dorp de de naam Ter Hage" zou komen. Er zijn een aantal dorpen met die naam, een aantal daarvan ligt in Vlaanderen, en één daarvan, bij Antwerpen, heeft ook een steenplaats gehad. Uit een onderzoek door Erik Verhagen naar de herkomst van een andere familie 'van der Hagen' blijkt deze verwijzing eveneens. De geschiedenis van die familie gaat uiteindelijk terug tot het jaar 1417. Rond 1574 komt een deel van deze familie uit Antwerpen via Dordrecht terecht in verschillende plaatsen in Nederland Dat zou mogelijk een verband kunnen zijn.
Een verband met de plaats Den Haag ligt minder in de rede, afstamming uit Den Haag wordt meestal heel anders geschreven in die tijd.

Een probleem met het terugvinden van verdere voorvaderen van Wollebrant Jacobs is ook dat er een soort tegenstrijdigheid is. Enerzijds wijst de familienaam Verhagen of Van der Hagen heel duidelijk richting Vlaanderen. Anderzijds is de voornaam Wollebrant (of Wolbrand) een naam die vrij zeldzaam is, en eigenlijk alleen in de noordelijke Nederlanden voorkomt (De naam Wolbrand komt ook een dertigtal keer in noord Duitsland voor). Om hier een beter beeld van te krijgen heb ik wat meer onderzoek naar de naam Verhagen in het Leiden van de 16e eeuw gedaan, evenals naar de naam Wollebrant.
 

Gevelsteenuit Leiden
Gevelsteen "Int La(n)t van Beloften". Foto Erfgoed Leiden en Omstreken

Het blijkt dat aan het eind van de 16e eeuw heel veel Vlamingen naar de Noordelijke Nederlanden getrokken. Dit waren veelal mensen die in de textielindustrie werkzaam waren. Na het beleg van Leiden (Leidens ontzet, 3 oktober 1574) was er in Leiden een grote behoefte aan arbeidskrachten om de textielindustrie weer op te starten. Kort daarop werden door acties van de Spanjaarden (en ook de Noord-Nederlandse Geuzen)  in (West) Vlaanderen daar veel steden verwoest. Hondschoote, Belle en Poperinge zijn in 1580 platgebrand door de Geuzen, en in 1583 door de Spanjaarden weer ingenomen en daarna verder verwoest. Het gevolg was dat veel textielwerkers uit die streek naar Leiden trokken. Voor het was Leiden "het beloofde land", wat ook het thema is van onderstaande Leidse gevelsteen. Behalve naar Leiden zijn er ook veel Vlamingen naar andere Hollandse steden getrokken (bijv. naar Gouda en Haarlem). Een heel leesbaar overzicht van de Vlaamse immigratie naar Leiden in deze periode is beschreven door Vic Polen op de achtergrondbladzijde van de kwartierstaat van Johanna Maria Willemse
Onder de Vlaamse immigranten waren ook een aantal Vlamingen met de naam Verhagen, vander Hage, vander Haeghe, en veel andere varianten van die naam. Namen werden destijds geheel fonetisch opgeschreven, dus komen er ook veel vormen van deze naam voor. Het is daarom nu ook niet geheel duidelijk meer wie nu precies familie was van wie.

De Vlamingen in Leiden gebruiken steeds een familienaam. De "autochtonen" gebruiken in die tijd vooral hun patroniem. Omdat er veel personen met de naam Verhagen of varianten eind 16e eeuw in Leiden woonde, was dit voor mij aanleiding om te onderzoeken of er een link zou kunnen liggen tussen onze familie en de Vlaamse immigranten in de 16e eeuw. Tussen 1581 en 1620 groeit het aantal inwoners van Leiden van 12000 naar 45000, waarvan een groot deel immigranten uit Vlaanderen waren [Lucassen & De Vries, 1996]. Volgens Desreumaux [1992] hebben  in de periode tot 1602 zo'n 2500 personen uit Vlaanderen het poorterschap verkregen. Deze worden in zijn publicatie allen bij naam genoemd. Nu is het zo dat alleen het hoofd van het gezin genoemd wordt, echtgenotes werden automatisch poorteres als de man poorter werd, evenals de kinderen (er zijn een paar gevallen waarin en vrouw expliciet het poorterschap verleend wordt, dit zijn vermoedelijk weduwen). Daarnaast zijn er veel knechten uit Vlaanderen meegekomen die als knecht bij een gildemeester werkten. Deze knechten deden vaak geen verzoek tot het verkrijgen van het poorterschap (want daarvoor was een betaling noodzakelijk, en dat geld was er vaak niet; en voor een knecht was het poorterschap niet vereist, voor een meester was dat wel). Er moeten dus in de laatste decennia van de 16e eeuw dus in totaal wel een kleine 10000 immigranten uit Vlaanderen geweest zijn. Hieronder zijn er velen met een familienaam Verhagen, Van der Hage, of varianten daarop.

Om dit nader te onderzoeken heb ik een overzicht gemaakt van alle personen met de naam Verhagen, Van der Hage of varianten die te vinden zijn in (toegankelijke delen van) de Leidse archieven. Daarnaast is gebruik gemaakt van informatie in de publicaties van Desreumaux [1992] en Posthumus [1912] Van dit overzicht een een chronologisch overzicht gemaakt, en een naamlijst op alfabet. Het chronologische overzicht (ruim 150 personen uit de periode 1580-1610) is zo compleet mogelijk. De naamlijst is niet volledig.

Echter, de naam Wollebrant, of varianten daarvan komen in het geheel niet voor. Het zou mogelijk kunnen zijn dat een Vlaamse immigrant getrouwd is met een autochtone Leidse en één van de kinderen de naam van ouders van moeders kant meegekregen heeft. Dit scenario is niet erg waarschijnlijk. Uit alle huwelijksactes uit de 16e en begin 17e eeuw blijkt dat de Vlaamse immigranten eigenlijk alleen binnen de eigen groep trouwen, en niet met autochtonen. Daarnaast moet Wollebrant Jacobs rond 1580 geboren zijn; de meeste immigranten kwamen na dat jaar, dus als Wollebrant een kind van immigranten zou zijn geweest, zou hij waarschijnlijk als klein kind meegekomen zijn uit Vlaanderen naar Leiden. Kortom, het lijkt er niet erg op dat onze familie een link heeft met de Vlaamse immigranten naar Leiden die daar in de textielindustrie werkzaam waren.

In het archief in Leiden komt rond die tijd één Jacob Verhage voor, op 23 oktober 1592 wordt hij vermeld als bruidegom van Lijntgen van Eecklo; hij komt uit Nieuwkerke, zijn bruid uit Belle. Maar dit kan eigenlijk niet de vader van Wollebrant zijn, want die moet rond 1580 geboren zijn. (NH Ondertrouw C. 1592 - maart 1597, arch. 1004, inv. 3, blad C - 024v).

Bijzonderheden vermeld in deze akte:
Getuigen bruidegom: Dirck Groen bekende - Jan Verhagen broeder - Getuigen bruid: Cathelyne Verlindes nicht - Joryne Wynnobels bekende - 1e getuige bruidegom van Proven - Datum ondertrouw: 23-10-1592.

Verdere aanwijzingen zijn tot nu toe niet gevonden.


Referenties:

Desreumaux, J. [1992] Leidens weg op, Uitgave Familia et patria, Roeselare
Leo Lucassen en Boudien de Vries [1996], Leiden als middelpunt van een Westeuropees textiel-migratiesysteem, 1586-1650. Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis, 22e jg, nr 2, pp 139-167
N.H. Posthumus [1912], Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid, deel III; (online beschikbaar via Delpher).


Andere verhalen