Zij is getrouwd met Pieter Jacobs BESEMER.
Zij zijn getrouwd rond 1560 te Ridderkerk.
Kind(eren):
Heeft in 1572 vier onmondige kinderen uit haar tweede huwelijk.
--
Ons Voorgeslacht November 2008:
26-3-1571'`Ter instantie van Corn[elis] Willemsz. Jonckint van Rijderkerck als gem[achtigde] van Anna Willemsdochter weduwe wijlen Peter Jacobsz. Besemer, requirant, Heer Corn[elis] Joppesz. pastoer tot Ridderkerck oudt XLII jaeren ende Fop Cleijsz. [van Driel] schoudt aldaer oudt XLVII jurato dicunt [= verklaren onder ede] en de eerst voorsz. heer Corn[elis] Joppesz. dat geleden outrent thien jaeren hij deposant present ende tegenwoerdich geweest is ten huijse van de wedue van Thonis Pietersz. tot Rijderkerck ten tiide alst huijwel[ijk] gesloten werde tusschen P[iete]r Jacobsz. Besemer als doen toecomen[de] bruijdegom ter eenre ende Anna Willemsdr. doen ter tijt toecomende bruijt ter andere [zijde] waervan ten selven tijde de voorsz. heer Corn[elis] Joppesz. ende Vop van Driel Claesz. sijn geweest arbiters ende dat in presentie van de naeste vrienden aen wederzijden ende dat de moeder van de zelven bruijdegom ten zelven tijde beloeffde hem ten huijwel[ijk] te geven zeeckere eijgen lant ende bruijcklant maer hoeveel off waer tselve gelegen was en weet hij deposant nijet te verclaeren. Verclaerende de voorsz. Fop Cleijsz. dat hij mede bij thijlick voorsz. p[resen]t es geweest maer dat hem daervan nijet indachtich en es overmits de lanckheijt van de tijde'.
Actum ut supra ... [= gedaan als boven].
Ter instantie als boven.
Corn[elis] Gerrit Staessen wonende tot Rijderkerck oudt - [sic] jaeren jurato dicit dat geleden outrent thien jaeren sonder den juijsten dach int seker te weten hij deposant deur begeerte van Heijltgen Jacob Gijssendr., moeder van Pieter Jacobsz. Besemer z[aliger] gegaen es geweest ten huijse van Willem Goessensz. vaeder van de voorsz. Anna Willemsdr. omme eene dach te ramen van thuijwel[ijk] tusschen de voorsz. Pieter Jacobsz. ende Anna Willemsdochter voorsz. ende dat ten zelven tijde hij deposant aldaer deur bevel ende begeerte vande zelve Heijltgen metten voorsz. heuren zoon te hijl[ijk] zoude geven de helft van thuijs voorsz. mette schuijr berch telinge ende anders daer toebehoerende ende voerts noch zekere mergen lants sonder de groote vandien te weeten ende overmits des bruijts vaeder tselffde lant begeerde te hebben in thuijsweer voorsz. heeft de voorsz. Heijltgen geseijt ende geloeft dat zij daer in doen zoude als goede mannen seggen zouden eerl[ijk] te zijn'.
NOOT
1.SA Dordrecht ora Dordrecht inv. or. 728, blz. 123 e.v., 26-3-1570 [Paasstijl = 1571]
Anna Willemsd ROMEIJN | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
± 1560 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Pieter Jacobs BESEMER |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.