Genealogie Koldewijn - van Delden - Solleveld - Miggels - Vellekoop - Jurriens » Abraham Schut (1703-1771)

Persoonlijke gegevens Abraham Schut 

• Hij is geboren augustus 1703 in Apeldoorn.
• Hij werd gedoopt op 11 augustus 1703 in Apeldoorn.
• Hij is overleden op 27 april 1771 in Hall, hij was toen 67 jaar oud.
• Hij is begraven op 1 mei 1771 in Hall.
• Een kind van Roelof Jansen Schut en Willemina Vastenouw
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 30 augustus 2016.

Gezin van Abraham Schut

Hij is getrouwd met Lammertje Janssen.

Ze zijn in de kerk getrouwd op 11 mei 1755 te Hall, hij was toen 51 jaar oud.

Loenen trouwen 1755 : Den 11 Maij: Abraham Roelofs Schut, j.m. van Appeldoorn met Lammertjen Janssen j.d. uit Eerdbeek.

Kind(eren):

1. Eva Schut (eerst: Janssen)  1754-1820 
2. Pouwel (Paul) Janssen Schut  1758-1823 
3. Harmiena Schut  1763-1764
4. Harmiena Schut  1766-1813 
5. Aertjen Schut  1769-1769

Notities over Abraham Schut

De papiermolens in de provincie Geldeland, alsmede in Overijssel en Limburg, door H.Voorn
Het Klooster te Eerbeek, no 50, blz 284
Hij verpachtte de molen aan Jan Pouwel Schut , die in 1727 de dubbele molen het Oude Klooster aan de overkant van de beek in eigendom kreeg. Jan Pouwel was wel pachter van het Klooster, maar zijn broer Pouwel Martens Schut kreeg de molen in gebruik totdat deze in 1728 vertrok naar zijn molen op de Elshegge in Oosterbeek, die al enkele jaren zijn eigendom was. De molen werd vervolgens in gebruik gegeven aan een neef van Jan Pouwel, Abraham Roelofs Schut, samen met een zoon uit Agnis Lubberhuysens, de eigenaresse van de molen, eerste huwelijk, Reynder Alberts ten Hove.
Abraham Roelofs Schut is in september 1703 geboren op één der Hattemse molens als zoon van de papiermaker aldaar, Roelof Jansen Schut en Willemina Vastenouw. Eerst in 1755 is Abraham getrouwd met Lambertje Jansen.
In een akte van 22 mei 1736, waarbij Steunenberg (Steunbergen) zijn ¾ part in de molen verbond voor een lening van 2000 gld, hem verstrekt door Rutger Tulleken ‘tot Arnhem in de Turffstraat’, worden zowel ten Hove als Schut als bewoners van de molen genoemd. Reynder ten Hove overleed in augustus 1743. Als in februari 1744 Steunenberg opnieuw 1000 gld leent, nu van Derk Christiaan Tulleken, dan wordt alleen nog Abraham Roelofs Schut als bewoner van de molen genoemd. Schut werkte in de jaren, dat hij nog ongehuwd was, met vijf knechts en meiden. Bouwland bezat hij nauwelijks, slechts 1/5 morgen, maar in 1750 kocht hij nog twee stukjes land, behorende tot de Nieboersplaats in Eerbeek, bekend staande als de Poelkampsakker en de Beytel. Vijf jaar later trouwde Schut, nadat op 24 februari 1754 Lammertje Janssen haar onecht kind Eva had laten dopen, waarvan Schut bekende de vader te zijn. Op 11 mei 1755 trad Schut in het huwelijk met Lammertje, ‘houdende de moeder het kind op den arm’, volgens het gebruik van die dagen.
Abraham Schut wordt in juli 1765, een half jaar voor de geboorte van zijn laatste kind, ‘innocent’ genoemd. In 1767 vertrok hij met zijn vrouw naar de bovenste Schoonmansmolen, waarin hij sinds 1746 een aandeel had bezeten. Daar stierf hij op 27 april 1771.

De papiermolens in de provincie Gelderland, alsmede ……… (H. Voorn)
De tweede molen op Klein Hattem, later genoemd Methusalem, no 90, blz 389
Paul Jans Schut volgde zijn vader op. Hij was omstreeks 1670 geboren, is nooit gehuwd geweest en stierf omstreeks 1738. Op 3 april 1728 vermaakte hij aan twee neven, ieder voor de helft, zijn aandeel in de Hattemse molen. Die neven waren Abraham Roelofs Schut, de in 1703 geboren zoon van zijn broer Roelof, en Huybert Tonis, zoon van zijn zuster Maria (‘Merritje’), die met Tonis Huyberts was gehuwd. Nog tien jaar bleef Paul Jans Schut op zijn molen werken en in die tijd hebben de toekomstige erfgenamen van de overige familieleden enkele parten in de molen kunnen overnemen. Abraham en Huybert kochten in 1733 1/30 part van de erfgenamen van hun oon Marten Jans Schut en Abraham kocht dat jaar ook 1/10 van zijn broer en zusters. Na de dood van Abrahams zwager Jan Mentink, kleermaker in Orden, heeft deze in 1751 aan de kinderen van wijlen Tonis Huyberts 1/60 part verkocht. Abraham Roelofs Schut zal voor de Hattemse molen weinig interesse hebben gehad, want hij was reeds papiermaker op Het Klooster in Eerbeek. In mei 1738 verkocht hij zijn aandeel van ongeveer 3/20 voor 600 gld aan zijn oom Thonis Huyberts.

De papiermolens in de provincie Geldeland, alsmede in Overijssel en Limburg, door H.Voorn
De derde molen op Klein Hattem, later genoemd de Bouwhof, te Apeldoorn, no 91, blz 391
In een boedelbeschrijving uit 1762 wordt als eigenaar van de molen Abraham Schut genoemd. Deze Abraham Schut is in september 1703 geboren op de derde Hattemse molen . Hij was de zoon van de eerste papiermaker daar, Roelof Jansen Schut en van Willemina Vastenouw. Vanaf 1728 was hij papiermaker op het Klooster in Eerbeek. In 1767 ging hij naar de bovenste Schoonmansmolen. De derde molen op Klein Hattem, toen een vier vijfhamerbaksmolen, verwierf Abraham op 12 mei 1738, toen hij deze voor 4350 gld kocht van de erfgenamen van Jan Willem Schut en Maria Veenhuysen. Abraham Roelofse Schut is in april 1771 overleden. Het erfmagescheid van juli 1773 tussen de weduwe, Lambertje Jansen, en de drie minderjarige kinderen, bepaalde dat de molen Klein Hattem, in pacht gebruikt door Anthony de Bruyn, aan de moeder zou toevallen. In februari 1774 transporteerde de weduwe Schut haar molen voor 5175 gld aan haar pachter.

De papiermolens in de provincie Geldeland, alsmede in Overijssel en Limburg, door H.Voorn
De Schoonmansmolens te Eerbeek, no 51, blz 288
Gerrit Sebus vertrok in 1767 naar de molen het Klooster en Abraham Schut en zijn vrouw Lammertje Jansen kwamen nu van het Klooster naar de bovenste Schoonmansmolen. Schut had al in februari 1746 van de erven Schoonman 1/9 part in de twee molens gekocht voor 1200 gld, welk aandeel bij de scheiding der molens is omgezet in 2/9 parten in de bovenste molen. In juli 1765 heeft Lammertje Jansen, handelende voor de ‘innocente’ Abraham Schut, dit aandeel hypothecair verbonden voor een schuld van 1000 gld aan de ‘Diaconie of Armenstaedt’ van Hall.
Gezien de innocente staat van Abraham Roelofs Schut zal de papiermakerij wel door een meesterknecht zijn waargenomen. Schut stierf al spoedig, in april 1771. Het erfmagescheid tussen de weduwe en de mombers over haar drie kinderen had in juli 1773 plaats. Lambertje Jansen kreeg daarbij toebedeeld de 2/9 portie in de vijf-vijhamersbaks papiermolen in Coldenhove, zo als bij haar werd bewoond en gebruikt, alle gerede goederen, de Poelkampsakker groot twee schepel gezaais, en de Beytel en de Daalakker, alles gelegen in de buurschap Eerbeek. De weduwe heeft haar belang in de molen in februari 1774 verdubbeld door voor 1200 gld 2/9 parten te kopen van Anthony de Bruin, een zoon van Huibert. Het landbezit –Poelkampsakker, Beytel en Daalakker- werd uitgebreid door aankoop in 1777 van de Rhaahegge in de enk, in 1774 had zij het hooiland het Blaar gekocht en in 1783 verwierf zij het bouwland de Driest, dat tot de Rentmeestersstede had behoord. Lambertjes zoon Paul rondde het landbezit af door in 1795 het bouwland de Kortevooren te kopen. De weduwe Schut had bij tijd en wijle haar geldzorgen, maar ernstige gevolgen hadden die nooit. In 1776 werd aan haar goederen gepeind voor een schuld van 683 gld aan de lompenleveranciers Hendrik Waliën en G.Paasschen, een jaar later verbond zij haar molenaandeel voor een lening van 800 gld en in 1785 leende de Lutherse kerk van Zutphen haar 800 gld, waarmede vermoedelijk de vorige lening werd afbetaald.
De lening van 1777 van 800 gld werd verstrekt door Vrouwe Maria Jacoba Valckenier, douairiere van A.B. de Rechteren van Hemerth. De rente van 3 ¾ procent moest worden betaald ‘aan het domicilium van de Vrouwe in ongedutten silveren gelden of in goude rijders’.
Lambertjes enige zoon, Paul Jan Schut, geboren in augustus 1758, nam op den duur het beheer over de molen op zich. In mei 1789 trouwde hij met Anna Nikkels. Omstreeks 1799 vertrok Paul Schut naar de Nieuwe Molen in Coldenhove. Zijn moeder, die eerst in juni 1804 overleed, bleef niet zonder hulp achter. Haar dochter Eva, in 1754 geboren, was in 1793 getrouwd met Berend van Zorgen, zoon van Lubbert Berends van Surgtum (later tot van Zorgen verbasterd), papiermaker op het Heilige Huis in Ermelo.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Abraham Schut?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Abraham Schut

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen