dankbaar voor alle liefde die zij ons heeft gegeven, is vredig van ons heengegaan
Zij is getrouwd met Nicolaas HOOIJBOER.
Enige wetenswaardigheden uit de oorlogsjaren (met dank aan Ad Hooijboer):
Toen de oorlog uitbrak woonden zij in de Ludgerusstraat 20 in Zuilen.
Klaas werkte als gesalarieerd hoofdbestuurder van de Katholieke Houtbewerkersbond (St.Antonius van Padua); het kantoor was gevestigd aan de bemuurde Weerd Westzijde in Utrecht. De bezetters hebben ervoor gezorgd dat hij in 1941 zijn taken neer moest leggen, omdat de Bond overgenomen werd door de bezetters en er een NSB'er aan het hoofd kwam te staan, ene H.J. Woudenberg. Klaas heeft toen zijn ontslag ingediend, omdat hij niet wilde samenwerken met de bezetters. Klaas heeft wel altijd nog geld gekregen van de Bond en dit wisten de bezetters naar alle waarschijnlijkheid niet. In datzelfde jaar werden alle vakbonden verboden om door te gaan; er was wel een alternatief, de Nederlandse Unie, waar Klaas en Rie lid van werden, tot ook die verboden werd.
Klaas heeft dit in acht genomen en zij verhuisden met 5 kinderen (Piet, Ad, Zita, Nico en Jos) terug naar Bilthoven, in hetzelfde huis als waar eerder in 1938 in gewoond werd: de Dr. Julius Röntgenlaan 40.
Klaas ging vaak met Piet en Ad, met de trein van Bilthoven naar zuilen om boodschappen te doen bij een levensmiddelenwinkel op de Amsterdamse Straatweg; deze winkel werdngerund door de fam Zetsra; er werden daar ook voorheen boodschappen gedaan; dit kwam omdat Klaas en Rie bevriend waren met deze mensen.
Omdat Klaas geen werk meer had is hij gaan werken op de Röntgenlaan bij een metaalgieterij Lumaks; een door hem gegoten grote koperen vlieg als asbak, met vleugels die als klep dienden, doet nog steeds de ronde in de familie.
In 1942 heeft Klaas het examen Boekhouden gedaan, incl. een Praktijkdiploma.
Op het terrein van het sanatorium Berg en Bosch was een bedrijf dat ADO heette (Arbeid Door Onvolwaardigen); hier is Klaas werkzaam geweest als boekhouder; hier leerde hij de ontwerper van het houten speelgoed kennen, Ko Vezuu sr.; dit resulteerde in een vriendschap, waar het gezin achteraf veel aan te danken heeft. De kinderen Hooijboer hebben vele uren doorgebracht op het terrein van Berg en Bosch met spelen en kijken naar hoe het speelgoed in elkaar gezet werd.
In de oorlogsjaren zaten Piet, Ad en Zita op de kleuterschool in de Röntgenlaan bij juffrouw Loggeren, die de school op eigen initiatief had opgestart. In 1944 werd de school gevorderd door de Duitsers om er de landwacht te vestigen.
Daarna gingen Piet, Ad en Zita naar de St. Theresiaschool, deze was gevestigd naast de katholieke kerk en heette de 'Maria van altijd durende Bijstand'. Ook deze school werd door de Duitsers gevorderd voor huisvesting van licht gewonde Duitse militairen.
Klaas had kennis aan een medebestuurder van de Katholieke Houtbewerkersbond, dhr. Jo van der Post, waarvan zijn zoon een garagebedrijf had op de Bilderdijklaan 122 (deze garage bestaat in 2009 nog steeds trouwens)
Adrianus Vos, de vader van Marie heeft daar zijn 3e vrouw (Dorothea Wilhelmus) ontmoet; Zij had een woning naast het garagebedrijf.
Op de Paltzerweg, dat is achter het huis op de Röntgenlaan, werden 4 huizen gebombardeerd en in puin gegooid; Marie zat met de kinderen in de kelder te bidden dat het gezin niets zou overkomen.
Aan de overkant van het huis aan de Röntgenlaan werd op de zandvlakte Duits afweergeschut gestationeerd; deze militairen waren geen echte Nazi's. Klaas en Rie konden het goed met ze vinden; het gezin kreeg brood (kuch) en beleg en in ruil daarvoor werden sigaretten, sigaren en pruimtabak in het dorp gehaald. Zij kwamen ook over de vloer, wat Klaas na de oorlog heeft moeten goed praten, want op nr. 38 woonde een NSB-gezin (de fam. Strooiing).
Aan het einde van de oorlog waren er weer enkele kinderen bij gekomen en ook die monden moesten gevuld worden, dus Klaas zorgde er voor dat als er aardappelen waren, dat ze tot en met de schillen opgegeten werden; de schillen gingen door de gehaktmolen met melkpoeder en water en daar werden dan weer pannekoekjes van gebakken op de noodkachel.
Klaas ging eens per maand op de fiets naar Hoorn, waar hij geboren was om eten te halen bij de boeren die hij kende en bleef dan overnachten bij familie. Dat ging altijd goed tot 18 november 1944 bij een razzia door de bezetters op de weg tussen Utrecht en Hilversum, bij Hollandse Rading, bij restaurant Maartenshof (momenteel Chinees restaurant) op de Tolakkerweg 3.
Meerdere personen werden opgesloten op de bovenverdieping van het restaurant. Er stond een raam open voor ventilatie en twee mannen hadden het plan om te ontsnappen via dat raam. Klaas bedacht zich geen moment en sprong ook uit het raam op het dakje boven de deur; door de val had hij wel een pijnlijke arm.
Het lukte om te ontkomen, maar zijn fiets met houten banden en fietstassen vol met al het eten moest hij achterlaten. Hij is lopend naar Bilthoven gegaan. Rie is de volgende dag met Ko Verzuu sr. achterop de fiets naar Hollandse Rading gereden om te kijken of de fiets er nog stond en inderdaad hij stond er nog met alles eropen eraan..
Dat was voor Klaas en Rie een wonder van de Heilige Maagd Maria. Klaas metselde metselde daarom een beeldje van haar naast de deur van het huis in. Ook in de huizen die daarna bewoond werden, werd een Mariabeeldje naast de voordeur ingemetseld.
Klaas heeft tot aan het einde van de bezetting binnen in huis gezeten. Er is in die tijd veel gebruik gemaakt van de gaarkeuken, omdat het niet anders kon.
In 1945 heeft Klaas zijn werkzaamheden voor de bond weer opgepakt en omdat het kantoor in Utrecht gevestigd was, is het gezin op 16 oktober 1946 naar Utrecht verhuisd, naar de Willem Barenstraat 92. Daar is ook een Mariabeeldje in de muur gemetseld, wat nu is verwijderd.
Daar zijn nog 2 kinderen bijgekomen, Ton en Doke om het getal van 9 rond te maken.
Op vakantie ging het gezin vaak naar een zomerhuisje in Groet Camperduin, van de inmiddels nieuwe baan van Pa, het G.A.K. Daar gingen we op de fiets heenmet z'n allen. Daar verzonnen de kinderen we met elkaar iets geks. Zo ontstond de opera Eulalia, met pa in de hoofdrol. Er werden aanplakbriefjes gemaakt met de tekst "heden avond om acht uur komische opera achter huisje drie". Deze briefjes werden op bomen geplakt. Die opera is vaak gespeeld en aan het eind van de opera ging iedereen dood en lagen de kinderen allemaal op elkaar op de grond te schudden van het lachen en dat was een heel komisch gezicht.
Zij zijn getrouwd op 16 juni 1932 te Zaandam , zij was toen 21 jaar oud.
Zij hebben elkaar ontmoet op de plaatselijke zangvereniging van Zaandam en werden verliefd
Kind(eren):
Maria Cornelia VOS | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1932 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nicolaas HOOIJBOER |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.