Généalogie Cales » Bronnen » Acte de mariage (Deed) - NORDMEIJER_Johann Friedrich Jobst Harm & van HOOVEN_Maria Cristina_1849_M

Transcription acte de mariage (Amsterdam) :

Reg. 5 ; Fol. 22

Op heden zevenentwintig juni Achttienhonderd negen-en-veertig, zijn voor ondergeteckende ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Stad Amsterdam, in het huis der Gemeente, verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan Johann Friedrich Jobst Harm NORDMEIJER Suikerbakker geboren te Binnen Amt Nienburg in Hannover wonende alhier oud negen en veertig jaren, meerderjarige zoon van Diedrich Heinrich NORDMEIJER en Anne Margarëthe MEIN KING beide overleden ten ene,
Maria Christina van HOOVEN naaister geboren en wonende alhier oud vijf en veertig jaren, weduwe van Lodewijk FOEPOEL meerderjarige dochter van Frederick van HOOVEN en Catharina CABBELJON beide overleden ten andere zijde.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier den zeven tien dezer en vier en twintigsten dezer vaarts zijn aan ons aangelegd ten eersten de doopacten den verloofden, ten tweeden de doodacten van den vader van echtgenoot den bruid. Ten [derden] verklaarden de verloofden bij deze te erkennen twee kinderen genaamd Frederik van HOOVEN den zeven en twintigsten november achttienhonderd veertig, en Johann Friedrich Jobst Harm van HOOVEN den tweeden october achttienhonderd vijfenveertig beide alhier geboren.

Waarna wij hun hebben afgevraagd of zij elkander aannemen tot Echtgenooten, en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den Huwelijken Staat verbonden zijn : hetwelk door hen, uitdrukkelijk met JA, beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan, dat zij door het Huwelijk aan elkander zijn verbonden. In tegenwoordigheid van : Louis BO...., winkelier oud vier enveertig, Hendrick ....... suikerbakker oud veertig, Frederick WOLTER ............. oud twee enveertig en Johan Hendrick ENGELBRECHT .......... oud zes en dertig jaren wonende allen alhier.
En is hiervan door ons opgemaakt deze Akte, welke na voorlezing, door de Komparanten, de Getrigen en ons is onderteekend. Uitgezonderd de echtgenoote die verklaarde niet te kunnen schrijven.