Généalogie Meeldijk » Mayken Ariens SPRUYT (± 1670-< 1720)

Données personnelles Mayken Ariens SPRUYT 

• Elle est née environ 1670 dans Charlois.
• Elle est décédée avant le 27 avril 1720 dans Charlois.
• Un enfant de Ary Pleunen SPRUYT et Annetje Jans KLEIJNE
• Cette information a été mise à jour pour la dernière fois le 24 juin 2022.

Famille de Mayken Ariens SPRUYT

Elle est mariée avec Cornelis Jorisz BARENDREGT.

L'autorisation pour le mariage a été obtenu le 27 avril 1691 à Charlois.

Enfant(s):

1. Joris Cornelisz BARENDREGT  1692-< 1700
2. Arij Cornelisz BARENDREGT  1693-????
3. Leentje Cornelisd BARENDREGT  1696-????
4. Joris Cornelisz BARENDREGT  1700-< 1773

Notes par Mayken Ariens SPRUYT

NATI Nederlandse
--
Komt volgens de bevolkingsreconstructie wel uit Charlois maar zonder doopdatum (werd niet bijgehouden)
--
Vermelding: ging naar Charlois.
Als jonge man was Cornelis naar Charlois verkast, alwaar hij emplooi vond als dienaar van de landbouwer Willem Cornelisz. Barendrecht, in wie wij vooralsnog zijn oom van moederszijde menen te mogen zien. Op 10-5-1692 testeerde deze ziek te bedde liggende Willem Cornelissen Barendrecht, oud-schepen van Charlois, en benoemde “sijn cousijn en gewesene dienaar Comelis Jorisse” tot universeel erfgenaam, terwijl hij ook nog de luttele som van 5 gld. aan zijn “vrunden” legateerde. Kennelijk kwam deze Willem Barendrecht zijn ziekte min of meer te boven; in elk geval leefde hij nog op 12-1-1693, want toen machtigde hij Cornelis Jorissen Barendrecht om uit zijn naam een huis aan de Gouwstraat te Charlois te naasten, hetwelk hij had gekocht van Arij Jacobsen Oosthoeck.
Op 1-3-1696 transporteerde Comelis Joorissen Barendregt voor 350 gld. aan Heijltje Jacobs, weduwe van Gerrit Arijensen Oosthoeck, een “vaertsloots” (?) in de polder de Hille onder Charlois.

Vermelding vanaf 22 juni 1684: Waarom Arij C. Spruijt en Lijntje C. Lijster ws niet de ouders zijn van Maijken A. Spruijt
Aktesoort uitkoop, Datum 22/06/1684, Archief ONR Ridderkerk, Inventarisnummer 19, Aktenummer/Blz. 118/470
Notaris Pieter van Gilst
Arij Cornelisz Spruijt, eerst weduwnaar van Lijntie Cornelisz Lijster, wonende te Saarloos, ter ene en Gerrit Cornelisz Lijster als voogd over de 3 nagelaten kinderen van de voornoemde Lijntie (zijn zus) - verwekt door de voornoemde Spruijt - ter andere zijde. Zij zijn uitkoop overeengekomen. Spruijt zal zijn kinderen - verwekt bij zijn eerste echtgenote Lijntie Cornelisz Lijster - tot hun mondige dagen opvoeden (met name Cornelis ca. 13 jaar, Annitie ca. 11 jaar en Cornelis Ariensz de jonge ca. 9 jaar).

"Hieruit blijkt dat Arie Cornelisz Spruijt, weduwnaar van Lijntje Cornelis Lijster, nog 3 levende kinderen van haar heeft. Maijken wordt niet genoemd." Tekst Adri Telleman, 3-7-2021

Vermelding vanaf 1 maart 1696: transport aktes.
Op 1-3-1696 transporteerde Comelis Joorissen Barendregt voor 350 gld. aan Heijltje Jacobs, weduwe van Gerrit Arijensen Oosthoeck, een “vaertsloots” (?) in de polder de Hille onder Charlois. Cornelis en zijn vrouw Maeijke Ariensz(e) Spruijt, wonende in Charlois, verklaarden bij akte van dd. 8-12-1709 n.a.v. een geldlening 600 Car.gld. schuldig te zijn aan de Charloisse schepen Dirck Aartse Wuijster. Als speciale zekerheid stelden zij 2 mr. 273 r. land in de polder Robbenoort.

Vermelding vanaf 27 augustus 1716: Op verzoek van zijn vrouw Maijken Spruijt opgenomen in het Dolhuijs.
De toekomst zou voor Cornelis nog weinig goeds in petto hebben, want op 27-8-1716 richtte zijn vrouw zich tot de burgemeesters en regeerders van Rotterdam met het volgende verzoek: ” . ..hoe dat haar voorsz(egde) man eenigen tijdt is krancksinnigh geweest het welkce tot. nogh toe continueert soo dat den selven moet werden bewaart uijt vreese van ongeluck.. . oodtmoedelijck versoeckende dat het UED, Groot Agtbaarheeden goede gelieft sij dat den selven alhier in de stadt Rotterdam in het Dolhuijs mag werden vast geset.. . Er moest wel heel wat gebeuren eer men in die tijd tot een dergelijk verzoek over ging! Zo werd Cornelis Joresse Barendregt op 2-9-1716 in de voornoemde instelling “ingebragt”, met in zijn bagage: “een beddetie en een hooftpueluwe, een hooft kusse, twee deekens, vier slaeplaekens, twee sloope, drie hemden, twee paer kouse, een paer mutse, een tinne kommetie, een tinne kannetie en een leepel”. Iets meer dan 18 jaar zou Cornelis in deze afschuwelijke omgeving moeten doorbrengen. Volgens een aantekening in het archief van het Pest-en Dolhuis stierf hij daar op 15-9-1734.

Vermelding vanaf 19 december 1726: inventaris van de gezamelijk boedel na overlijden.
Van 19-12-1726 dateert de inventaris van de gezamenlijke boedel van Comelis Jorisse Barendregt en van Joris Comelisse Barendreght, die toen al door de laatstgenoemde en diens vrouw Aagje Maartense Boel in bezit was genomen. Deze akte spreekt oa. van een “huijs en erve, bergen, keet en schuure”, ten westen belend aan de Charloissen Dijck en Rijwegh in Charlois, hetwelk dus een boerderij moet zijn geweest.

Avez-vous des renseignements supplémentaires, des corrections ou des questions concernant Mayken Ariens SPRUYT?
L'auteur de cette publication aimerait avoir de vos nouvelles!

Barre chronologique Mayken Ariens SPRUYT

Cliquez sur le nom pour plus d'information. Symboles utilisés:  grand-parents    parents    frères/soeurs    enfants