Een van de bouwondernemers van de Frederikstraat heeft deze waarschijnlijk naar een familielid genoemd. Van 1897 tot 1982 lag hier ook het Frederikspad.
Philip van Marnix, heer van Sint Aldegonde, 1540-1598, letterkundige, staatsman en theoloog. Hij was een vriend van Prins Willem van Oranje en een van de bekendste mannen tijdens de Opstand tegen Spanje. In 1573 werd Marnix door Prins Willem aangesteld tot gouverneur van Rotterdam, Delft en Schiedam, om toezicht te houden op het maken van de nieuwe vestingwerken. De naam Marnixstraat is door particulieren gegeven en door B&W overgenomen.
Prins Maurits, 1567-1625, stadhouder van Holland 1585-1625. De Mauritsstraat heette voor 1876 Waschbleeklaan. Deze laan, waaraan zich verschillende washuizen en blekerijen bevonden, dateerde van omstreeks 1650. In 1660 komt ze reeds onder deze naam voor, in 1870 werd ze door de stad overgenomen.
Vernoemd naar een Indische bezitting van de aanlegger van de Van Meekerenstraat.
Vernoemd naar een Indische bezitting van de aanlegger van de Van Meekerenstraat.
Vernoemd naar een Indische bezitting van de aanlegger van de Van Meekerenstraat.
Deze straat heet naar het vroegere ambacht Rubroek, dat reeds omstreeks 1283 wordt vermeld. De oudste vorm is Rubroke, later komt ook voor Ruychbroek en Ruychpolder. Ruw en ruig zijn verwanten woorden. Rubroek moet verklaard worden als woest, nog niet ontgonnen moerasland. De polder Rubroek, bestaande uit Achter- of Oud-Rubroek en uit Voor-Rubroek of Vorenbroek werd vroeger, wat betreft waterschapszaken, bestuurd door ambachtsheren of molenbewaarders. Deze werden reeds in het midden van de 16de eeuw door Rotterdam aangesteld. Achter- of Oud-Rubroek behoorde tot de jurisdictie van Hillegersberg, Voor-Rubroek tot die van Rotterdam. Beide gedeelten waren gescheiden door de Oude Zeedijk. Van 1897 tot 1949 had men in deze buurt ook het Rubroekspad.
De gezusters Belia Elisabeth Clara van Graauwenhaan-van Meekeren, 1821-1882, en Margaretha Josephina van Oldenborgh-van Meekeren, 1822-1902, bezaten hier een weiland, dat op 12 september 1878 door de stad werd aangekocht voor de aanleg van een straat.
De gezusters Belia Elisabeth Clara van Graauwenhaan-van Meekeren, 1821-1882, en Margaretha Josephina van Oldenborgh-van Meekeren, 1822-1902, bezaten hier een weiland, dat op 12 september 1878 door de stad werd aangekocht voor de aanleg van een straat.
Op 14 januari 1769 werd door de Staten van Holland en West-Friesland octrooi verleend om, tot ontlasting van de gemeene boezem de Rotte, een tweede boezem te maken in de polder Rubroek. Het overtollige water kon door een sluis bij de Oostpoort ontlast worden in de Nieuwe Maas. De aanbesteding van de hoge en de lage boezem en de watermolens vond plaats op 25 april 1772. In 1854 werd nog een Reserveboezem gegraven. N 1897 werden de Hoge en Lage Boezem gedeeltelijk en de Reserveboezem geheel gedempt. De 2de Reserveboezemstraat heette van 1914 tot 1918 Kampioenstraat, een naam die herinnerde aan het door de voetbalvereniging 'Sparta' behaalde kampioenschap. Deze vereniging oefende op het nabijgelegen Exercitieveld. De Boezemweg vormde vóór 1973 een onderdeel van de Boezemsingel. Hoewel de naam Hoge Boezem als straatnaam reeds jarenlang in gebruik is, werd hij pas bij bovengenoemd besluit officieel vastgesteld. Op een plattegrond van 1881 komt de Boezemstraat voor onder de naam Abattoirstraat naar het slachthuis of abattoir, dat daar geprojecteerd was. Dit abattoir werd op 1 mei 1883 geopend.
Op 14 januari 1769 werd door de Staten van Holland en West-Friesland octrooi verleend om, tot ontlasting van de gemeene boezem de Rotte, een tweede boezem te maken in de polder Rubroek. Het overtollige water kon door een sluis bij de Oostpoort ontlast worden in de Nieuwe Maas. De aanbesteding van de hoge en de lage boezem en de watermolens vond plaats op 25 april 1772. In 1854 werd nog een Reserveboezem gegraven. N 1897 werden de Hoge en Lage Boezem gedeeltelijk en de Reserveboezem geheel gedempt. De 2de Reserveboezemstraat heette van 1914 tot 1918 Kampioenstraat, een naam die herinnerde aan het door de voetbalvereniging 'Sparta' behaalde kampioenschap. Deze vereniging oefende op het nabijgelegen Exercitieveld. De Boezemweg vormde vóór 1973 een onderdeel van de Boezemsingel. Hoewel de naam Hoge Boezem als straatnaam reeds jarenlang in gebruik is, werd hij pas bij bovengenoemd besluit officieel vastgesteld. Op een plattegrond van 1881 komt de Boezemstraat voor onder de naam Abattoirstraat naar het slachthuis of abattoir, dat daar geprojecteerd was. Dit abattoir werd op 1 mei 1883 geopend.
Algemene Begraafplaats Zuid om 12.00 CET
(1) He is married to Marianna Antonetta Breemerkamp.
They got married on January 8, 1908 at Rotterdam , he was 23 years old.Source 5
Child(ren):
The couple were divorced on March 9, 1910.
Oorzaak: Overlijden
(2) He is married to Gertrudis Maria Stakenburg.
They got married on April 10, 1912 at Rotterdam , he was 27 years old.Source 6
Child(ren):
The couple were divorced from August 8, 1919 at Rotterdam .Source 7
Oorzaak: Scheiding
(3) He is married to Hendrika Johanna Snoeij.
Permission for the marriage has been obtained in Rotterdam on October 18, 1919 .
They got married on October 29, 1919 at Rotterdam , he was 34 years old.Source 8Child(ren):
Simon van den Donker | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1908 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Marianna Antonetta Breemerkamp | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1912 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gertrudis Maria Stakenburg | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(3) 1919 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hendrika Johanna Snoeij |