(1) He is married to Metje Wybes (Mettje) Tuinhout.
They were married in church on December 1, 1773 at Nijland, Wymbritseradeel, Friesland, he was 23 years old.
Child(ren):
(2) He is married to Elisabeth Pratje.
They were married in church on December 19, 1803 at Leeuwarden, Friesland, he was 53 years old.
http://www2.tresoar.nl/nieuwland/genea/hz011765.htm
Homines novi 195-196 (daar meer literatuurverw.)
Bezoekt kostscholen in Bodegraven en Leerdam, volgt privélessen te Franeker. Student Franeker, immatr. 17 sept. 1764, maakt studiereis door Engeland 1767. Benoemd tot convooimeester 1769; ontvanger der convooien en licenten te Makkum 1773; volmacht ten landdage als eigenerfde voor Het Bildt 1774-1776, idem voor Wonseradeel 1778-1780 en 1781-1782. Ontvanger van de floreenrente en de vijf speciën te Dronrijp 1783-1787, ook kolonel van het exercitiegenootschap aldaar, secretaris van de vergadering der exercitiegenootschappen te Leeuwarden 1785, lid van de Fraterniteit te Leeuwarden 8 aug. 1785, lid van het vrijkorps aldaar 2 maart 1787. Verliest 1785 de strijd om het grietmanschap van Franekeradeel. Is 1787 één der leiders van de opstand (de Pretense Staten te Franeker), financieel deskundige en rechterhand van C.L. van Beyma. Slaat op de vlucht; wordt door Gedeputeerde Staten veroordeeld tot zware boetes wegens het invoeren van gewapende manschappen en geschut in de provincie. In 1790 worden zijn goederen verbeurdverklaard; Huber dient daarvoor in 1795 een schadeclaim van £ 58.000 in. Heeft in verschillende plaatsen in België en Frankrijk gewoond. Poogt de materiële omstandigheden van de vluchtelingen te verbeteren, maakt daarvoor in 1790 een reis naar Amsterdam. Voert in 1794 een missie naar Hamburg uit om geld en wapens te verwerven voor de bevrijding van Nederland. Vertrekt vervolgens naar Oldenburg, waar hij zijn vrouw en kinderen weer ontmoet en vestigt zich tijdelijk te Kampen, waar hij de omwenteling afwacht. Vertrekt met 20 anderen op 8 feb. 1795 naar Leeuwarden, waar hij 10 dito lid van het Comité Révolutionair wordt. Benoemd tot provisioneel representant 19 feb. 1795, meteen ook afgevaardigde ter vergadering van de Staten-Generaal; raad en muntmeester-generaal mei 1795 tot juni 1798; bedankt voor het lidmaatschap van het Committé tot de Algemeene Zaaken van het Bondgenootschap te Lande. In juni 1795 gekozen tot representant voor Menaldumadeel, beëdigd 23 dito, wederom afgevaardigde ter Staten-Generaal 24 dito, lid van de Commissie tot de Generaliteitszaaken 25 dito. Initiatiefnemer voor de Commissie van Achttien, lid en eerste voorzitter van die commissie 29 juni 1795 (vervangen 24 juli door Th. Joha wegens besognes in Den Haag). Zal zitting hebben gehouden tot 23 juni 1796, de installatie van het Provinciaal Bestuur.
Gekozen tot lid van het Departementaal Bestuur 18/20 dec. 1798 voor ring III, Bolsward; treedt af juli 1801. Benoemd tot drost van het 9e district (Franeker, Franekeradeel, Barradeel en Hennaarderadeel) 20 okt. 1802, beëdigd en geïnstalleerd 6 december 1802. Drost (mei 1807), later (okt. 1807) baljuw van het 7e district (Menaldumadeel en Baarderadeel) - 1 jan. 1812. Staat 1812 op de lijst van 600 hoogstaangeslagenen.
Johannes Lambertus Huber | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1773 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Metje Wybes (Mettje) Tuinhout | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1803 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elisabeth Pratje |
The data shown has no sources.