Jan LvdS:" werd in 1757 door Graaf Adolph benoemd tot schoolmeester en VOOlzanger te Almelo. Vermoedelijk heeft Graaf Reinhard hem bij zijn broer aanbevolen, aldus bovengenoemde brief uit Zwolle aan mijn neef. Deze onderstelling is juist gebleken. Jaren geleden wendde ik mij tot
de bewoner van Huize Almelo, mr. W. C. Graaf Van Rechteren Limpurg, en vroeg hem of zich misschien in het archief gegevens konden bevinden over Van der Scheers. Uit zijn antwoord bleek, dat dit archief in Den Haag nieuw geordend werd en dat mijn wensen aan het Algemeen Rijksarchief waren doorgegeven. Dankzij deze hulp heeft de
wetenschappelijk ambtenaar, met de herordening van het archief belast, mij een reeks van wetenswaardigheden meegedeeld; de eerste vloeide voort uit een brief van Graaf Reinhard aan "Vander Scheer", waarin hij zich bereid verklaarde Jan bij zijn broer aan te bevelen. Deze Van der Scheer moest Hendrik zijn, die in Almelo woonde en
dus zeker met Graaf Adolph in betrekkingstond. Beneden zal blijken hoe. Het liep Jan niet in alles mee. Een goed half jaar na zijn benoeming, eind 1757, wendt hij zich "in alle onderdaenigheit" tot "sijn Hoog Graevelicke Excellentie" met het eerbiedig verzoek oneerlijke concurrentie, hem aangedaan, te verbieden. Hij was toch krachtens het landrecht de enige wettige schoolmeester van Almelo, maar verscheidene, deels mans-, deels vrouwspersonen, hielden bijscholen in hun huizen of gingen zelfs "bijlangs" de huizen om de kinderen in lezen en schrijven te onderrichten, waardoor hij weinig leerlingen had en schade leed; zou zijn heer hieraan een einde willen maken? Graaf Van Rechteren stelt een boete van vijf goldgulden op iedere overtreding, maar zal "ter voorkoming van alle ignorantie" het ongeoorloofde
van deze beunhazerij eerst publiceren. Laten we hopen, dat het geholpen heeft! , Jan overlijdt, bijna 60 jaar oud, in 1770; uit een brief van Graaf Reinhard aan zijn broer Adolph blijkt nog dat Jan voor zijn oude beschermer
nog zekere belangen (saekjes) placht te behartigen; Reinhard vraagt of zijn broer misschien een vervanger weet."
https://gw.geneanet.org/rhulst?lang=nl&pz=robert+simon&nz=hulst&ocz=0&p=jan+lamberts&n=van+der+scheer
Noot: in het Kerkregister Coevorden staat genoteerd "Ondertrouwdatum: 29-1-1750;
Bruidegom: Jan van der Scheer, Jongeman; woonplaats: Meenen". Een gemeente Meenen in deze regio is niet bekend, wel De Meene, een gehucht in de gemeente Hardenberg, ten noorden van Gramsbergen, ten zuiden van Coevorden en in de buurt van de gemeente Ommen. Ik neem aan dat het om dit gehucht gaat aangezien Jan Lamberts van der Scheer in Gramsbergen heeft gewoond, een conflict had met de gemeente Ommen en in Coevorden is getrouwd.
Noot: verbleef er mogelijk als huisonderwijzer. Over het Huis: "Tussen 1694 en 1720 werd het huis herbouwd en werd Reinard Burchard Rutger van Rechteren eigenaar van het huis. Dit huis bleef in de familie en het werd, in opdracht van Jacob van Foreest, getrouwd met Clara Maria van Rechteren, in 1822 gesloopt." https://nl.wikipedia.org/wiki/Huis_Gramsbergen
https://gw.geneanet.org/rhulst?lang=nl&pz=robert+simon&nz=hulst&ocz=0&p=jan+lamberts&n=van+der+scheer
Er ist verheiratet mit Maria Hartgers.
Sie haben geheiratet am 18. Februar 1750 in Coevorden Drenthe, Nederland Coevorden Drenthe, Nederland.Quelle 2
Kind(er):
Ereignis (Ondertrouw) am 29. Januar 1750 in Coevorden Drenthe, Nederland : zie noot voor mogelijke verwarring Jan vd ScheerCoevorden Drenthe, Nederland.Quelle 3
Noot: de bruid Maria Hartgers staat vermeld als " weduwe van Jan van der Scheer " . Zij was op 20-7-1746 getrouwd met een Jan vd Scheer " woonplaats: Coevorden" (zie Coevorden, 20-7-1746, Collectie Xerokopieen DTOB, boek 25 (trouwboek, 1731-1811), pagina 310). Deze overleed kennelijk tussen 1746 en 1750 zonder nageslacht uit dit huwelijk. De naam Jan van der Scheer komt vrij veel voor in Coevorden rond deze tijd en verwarring is dus mogelijk.
Ereignis (Will) am 17. Juli 1756 in Geldrop, Noord-Brabant, Nederland .Quelle 4
Schepenakte - Testament van Jan van der Scheer en Maria Hartgens, 17-7-1756
CodeNTI-10208-277
CollectieIndex Schepenbank Geldrop
Id3510136
Aktenummer124
Soort akteTestament
Inventarisnummer277
Persoon in RAScheer van der, Jan; Hartgens, Maria; Ebbinga, Gesijna; Luinger, Rolijna; Scheer van der; Evert Scheer van der [de broer van Jan? LB]; Hendrik Scheer van der [de broer van Jan? LB]; Fennegijn Scheer van der; Hendrikien Scheer van der; Wibbegijn Groot de; Adolph Bogaers; Willem With de, Willem
Registratiedatum17-7-1756
Noot: https://www.genealogieonline.nl/hulst-stamboom/I2649.phphttps://www.genealogieonline.nl/genealogie-familie-de-jager/R2642.php
"Jan werd schoolmeester; hij ambieerde een benoeming in zijn streek, maar dit lukte niet, ondanks Van Rechterens steun. Jan werd toen door de Raad van State in 1748 benoemd tot schoolmeester in Geldrop in de "generaliteitslanden". De akte van aanstelling berust op het Rijksarchief in Assen. Vermoedelijk, schreef het Rijksarchief te Zwolle meer dan dertig jaar geleden aan een van mijn neven, hebben Van Rechterens, die daar veel grond bezaten, hem geholpen. Jan voelde zich er zeker niet thuis. Natdat hij getrouwd was met Maria Hartgers, de nog jonge weduwe van een Coevorder Jan Van der Scheer, een verre neef, werd slechts één kind in Geldrop gedoopt; het stierf jong. De oudste dochter Maria Louisa werd gedoopt in Coevorden; ze droeg geen boerse namen, maar is zeker vernoemd naar de Gravin Van Rechteren, Maria Louise Van den Boetzelaer. Een andere dochter werd in Gramsbergen gedoopt. Jan heeft ook enige tijd op het Huis Gramsbergen gewoond; was hij ér misschien huisonderwijzer? Hoe hij Geldrop herhaaldelijk voor langere tijd verlaten kon?
Misschien had hij in het katholieke zuiden nauwelijks leerlingen! In ieder geval verlangde hij naar zijn eigen streek terug. Dit lukte; hij werd in 1757 door Graaf Adolph benoemd tot schoolmeester en VOOlzanger te Almelo. Vermoedelijk heeft Graaf Reinhard hem bij zijn broer aanbevolen, aldus bovengenoemde brief uit Zwolle aan mijn neef. Deze onderstelling is juist gebleken. Jaren geleden wendde ik mij tot de bewoner van Huize Almelo, mr. W. C. Graaf Van Rechteren Limpurg, en vroeg hem of zich misschien in het archief gegevens konden bevinden over Van der Scheers. Uit zijn antwoord bleek, dat dit archief in Den Haag nieuw geordend werd en dat mijn wensen aan het Algemeen Rijksarchief waren doorgegeven. Dankzij deze hulp heeft de wetenschappelijk ambtenaar, met de herordening van het archief belast, mij een reeks van wetenswaardigheden meegedeeld; de eerste vloeide voort uit een brief van Graaf Reinhard aan "Vander Scheer", waarin hij zich bereid verklaarde Jan bij zijn broer aan te bevelen.
Deze Van der Scheer moest Hendrik zijn, die in Almelo woonde en dus zeker met Graaf Adolph in betrekkingstond. Beneden zal blijken hoe. Het liep Jan niet in alles mee. Een goed half jaar na zijn benoeming, eind 1757, wendt hij zich "in alle onderdaenigheit" tot "sijn Hoog Graevelicke Excellentie" met het eerbiedig verzoek oneerlijke concurrentie, hem aangedaan, te verbieden. Hij was toch krachtens het landrecht de enige wettige schoolmeester van Almelo, maar verscheidene, deels mans-, deels vrouwspersonen, hielden bijscholen in hun huizen of gingen zelfs "bijlangs" de huizen om de kinderen in lezen en schrijven te onderrichten, waardoor hij weinig leerlingen had en schade leed; zou zijn heer hieraan een einde willen maken? Graaf Van Rechteren stelt een boete van vijf goldgulden op iedere overtreding, maar zal "ter voorkoming van alle ignorantie" het ongeoorloofde van deze beunhazerij eerst publiceren. Laten we hopen, dat het geholpen heeft! Jan overlijdt, bijna 60 jaar oud, in 1770; uit een brief van Graaf Reinhard aan zijn broer Adolph blijkt nog dat Jan voor zijn oude beschermer nog zekere belangen (saekjes) placht te behartigen; Reinhard vraagt of zijn broer misschien een vervanger weet. Jan liet bij zijn dood twee kinderen na, Maria Louisa' en de pas
zesjarige Jacobus. In zijn laatste testament, voorjaar 1770 op zijn ziekbed gemaakt, draagt hij zijn vrouw op er voor te zorgen, dat Jacobus tot. zijn achttiende jaar een goede opleiding zou krijgen voor het door hem gewenste beroep. Jacobus was blijkbaar een jongmens met culturele belangstelling: hij werd boekhandelaar en uitgever in Coevorden, waar zijn moeder zich na Jans dood weer gevestigd had. Hij gaat er een zekere rol spelen, speciaal in de Franse tijd; hij was patriot, evenals de Van Rechterens; misschien hebben deze invloed gehad op hun gunstelingen. Hij maakte deel uit van de provisionele representanten (1795), werd daarna stadsontvanger en mocht steeds meer gerekend worden tot de vooraanstaande burgers. Een aanwijzing hiervan is o.m., dat een zoon, Dubbeid Hemsing Van der Scheer, "garde d'honneur" van Napoleon is geweest. Van Jacobus' nakomelingen, allen intellectuelen, is deze Dubbeid Hemsing speciaal in Drente een man van betekenis geweest; hij zette het bedrijf van zijn vader voort, maar werd ook schrijver, historicus, medeoprichter van het Provinciaal Museum."
Jan Lamberts van der Scheer | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1750 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Hartgers |