Echte Begijn.
Professie op 6 juli 1621.
Meesteres vanaf 1645.Zij werd op 6 juli 1621 geprofest gelijktijdig met Annetje Jacobs, Trijn Carsten en Trijntje Jacobs Wieringen.
Cornelia Arens was dochter van zeer welgestelde ouders, dat duidelijk op haar sterfbed aan twee zusters had laten blijken,
na haar dood als boete voor de afval van haar familiebetrekkingen op het "breje kerkpad bij de geut" te willen worden begraven, duizendmaal liever dan in die Presbyteriaanse kerk omdat daar de nieuwe religie in gepredikt werd.
Ondanks haar wens werd zij na 33 jaar op het Begijnhof te hebben gewoond, toen zij "de 14e oktober 1654 in geur van heiligheid was gestorven" op 22 oktober 1654 in de grafkelder in grafnummer 26 van de kerk bijgezet, nadat er in de Nieuwe Kerk op 19 oktober voor haar een mis was opgevoerd.
Zoals gebruikelijk na de Requiemmis werd haar met bloemen uit een zilveren schaal bestrooide kist door twaalf in zwart laken geklede zusters en met falies over het hoofd aan de handen tussen hen in, driemaal rond het hof gedragen, voorafgegaan door de jongste Begijn met het kruis.
De volgende morgen was haar graf echter geopend en stond haar kist weer buiten bij de goot.
Na haar weer bijgezet te hebben, herhaalde dit zich de twee ochtenden erna, waarna men besloot, haar wil te eerbiedigen en men begroef haar aan de rand van het pad. De Begraafregisters vóór 1811 Lokatie Engelse Kerk zegt bij 19 oktober 1654, dat ingeschrevene Cornelisgen Arents begraven is. (Bron DTB 1055A, p.37 NL SAA 11230613)
Op 19 november 1986 is door Deken Suidgeest een door Hans 't Mannetje gemaakte gedenksteen onthuld in de tuinmuur bij de grafzerk van Cornelia Arens.
De tekst op de gedenksteen doet vermoeden dat zij daar begraven is op "2 mei 1654" hetgeen een reeds vele malen gemaakte datumfout is. Waardoor deze fout is ontstaan is nog steeds niet duidelijk, want 3 afzonderlijke archiefstukken laten duidelijk zien dat zij 14 oktober 1654 overleed. (Handgeschreven aantekening van pastoor Lambertus Hoffman in Archief 740-73 blz 52, Het Begraafboek der Presbyteriaanse kerk en het Register van de Nieuwe Kerk).
Nog ieder jaar wordt op 2 mei haar graf bij de muur bedekt met wit zand met daarop klimopblaadjes en witte viooltjes met een kruis van paarse violen en niemand weet waarom op 2 mei en niet op 14 oktober.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.