Parenteel van Derick Visch » Marijs Lubbertsz (± 1475-1524)

Persoonlijke gegevens Marijs Lubbertsz 

• Hij is geboren rond 1475.
• Hij is overleden in het jaar 1524.
• Een kind van Lubbert Petersz en Ena Lubbertss

Gezin van Marijs Lubbertsz

Hij is getrouwd met 'dochter' Emaus.

Zij zijn getrouwd.

Kind(eren):

1. Johan Marijss  ????-> 1524

Notities over Marijs Lubbertsz

1505 september 22, rec. 132, folio 106. ( ORAH, copie 16:58 )

Vuer Reijner vluet ende aerent tboekop bekende Jacob Janss sculdich twesen

heer peter emaus ende heer marijss sijn zwagher tsamender hant tachtich

golden rijnsche gulden XII vurijseren vuer den gulden pagijment als nu ganc-

ber is Indien dat Jacob vurschreven sterfft vuer rickelant sijn huijsvrouwe

sonder echte blievende gebuerte van hen beijden ende setten daer vuer tonder-

pande alsulcke hondert golden rijnsche gulden als hij hefft an volker hen-

rickss ende ist dat dese renthen gelost werden soe sal men dat gelt weder

beleggen tot heer peter ende heer marijss behoeff alse vurschreven is.

Actum mauritii.

N.B.: Mauritius en Gezellen : martelaars, drie aanvoerders van het Thebaanse

legioen die onder keizer Maximianus Herculius einde 3de eeuw te St.

Moritz werden omgebracht omdat zij weigerden aan de christenvervolging

mee te doen.

1512 datum ?, rec.132, folio 199 verso en ( 200 ). ( ORAH, copie 16:75 )

Vuer Jacob van harderwijck ende zweer van wijnberghen hebben ziwert van wijn-

bergen ende reijner van weijncken alsoe sij beiden mijt meister ruederick

wolffss ende henrick van brenen alse vrunden ende maghen daer toe gebeden

ende onthaelt een vruntlick ende vrijlick gescheijt gededijngt ende gemaeckt

hebben tusschen heer peter van lubbertss ende heer marijs sijnen brueder mijt

ena lubberts haer beider moeder aen die ene side ende berwe van estvelt mijt

Jan sijn broeder ende gheerloff voet met truije sijn zuster mijt hoenen

bruederen ende zusteren zelige Jacob Janss erffgenaemen aen de ander side

......... van all alsulck versterff als zelige Jacob vurnoemt ende zelige

rickelant sijn wijff was achtergelaten moegen hebben, een uijtspraecke ge-

daen soe hen dat toe beloefft werdt ende dat in maten hier nae bescreven.

Inden eersten soe is verdedijngt dat all alsulcke hondert golden rijnsche

gulden zelige Jacob vurnoemt zelige rickelant vurnoemt sijn wive te morgen-

gave gegeven hefft nae vermoegen een scepens brieff ende der stat boeck doet

sall wesen ende oeck mede all alsulcke tachtentich golden rijnssche gulden

als zelige Jacob vurnoemt heer peter ende heer marijs vurnoemt bekent hefft

sculdich te wesen oeck nae vermoegen een scepens brieff ende der stat boeck

welcke pennijngen oeck doet sall wesen ende all alsulcke II golden rinsse

gulden staets hoistels ende renthen als meister reuderick vurnoemt zelige

Jacob vurnoemt ende sijne erven jaerlicx sculdich is sullen hebben onser

Liever vrouwen kercke hier tegen soe sullen heer peter ende heer marijs vur-

noemt ende hoenen erven hebben ende beholden de husinge achter ende vuer mijt

hoenen toebehoeren daer se inne woenen mijt alle rede guederen ende huijsraet

nijet daer van uijtgesondert Voort soe sullen die erffgenaemen ten beiden

siden vurnoemt elck hebben ende bueren all alsulck versterff ende renthen

als hen van sijn side angecomen mach wesen nementlick heer peter ende heer

marijs vurnoemt mijt hoer moeder all alsulck versterff als hen van zelige

rickelant hoer beider zuster anbestorven is ende de ander erffgenaemen

vurnoemt all alsulck versterff als hen van zelige Jacob vurnoemt anbestorven

mach wesen Voort sijn vurwerden dat de beide erffgenaemen vurnoemt gelijck

sullen betalen all alsulcke sculden als zelige Jacob vurnoemt ende rickelant

vurnoemt samenderhant gemaeckt hebben ende alle vuer sculden de elck gemaeckt

hefft sullen betalen de erffgenaemen van der side daer die here coemen ende

alsoe heer marijs vurnoemt ende zelige etc......

1524 maart 8, rec. 133, folio 17 verso. ( ORAH, copie 16:99 )

Vuer zweer van wijnbergen de jonge ende helmich bengert droech heer marijs

lubbertss mijt gerrit van speulde sijnen gecoren momber op daer hij gynck

over den dorpell willem dageraet ende sijnen Erven een offerend op die

scomaeckers altaer bijnnen onser Lieve vrouwen kercke te weeten VX gulden

sjaers tijen gulden uijt pilgrim van ...... huijs ende vijff gulden uijt

huesinge zelige annebrijnck brijncks Dat willem vurschreven ende sijnen

Erven dat selve offerend als collatoer sullen moegen vergheven ende daer mijt

doen ende laeten gelijck heer marijs vurschreven ende sijnen olderen plegen

te doen actum op dinsdach post perpetua et felicitate.

N.B.: perpetua et felicitas : 7 maart ( in 1524 is dit een maandag )

Vuer desse selve schepenen heefft heer marijs Lubbertss mijt gerrit van

speulde sijnen gecoren momber daer hij gynck over den dorpell gegeven johan

marijss sijnen natuerlicke soen all sijn huisraet te weeten bedden tijnwerck

schottelen potten kannen lijnwerck ende holtwerck cleijn ende groet nijet

daer van uijtgescheiden behalve dat lange sitten ende maeckte willem daegeraet

momber van sijn soen johan marijss vurschreven oick soe geve die nonnen tijen

eemder gulden twe horentge gulden voerden gulden die welcke kommen van wolff

besselss ende sijn huisfrouwe die sij gegeven hebben tot twee missen thoe

weecke daer brieven van sijn ende maeckte sijn soen johan marijss vurschreven

daer van eijn collatoer actum ut supra Desse X gulden heefft hij na gegeven

tot ter ablonge op 't hillige cruijs altaer op vrijdaeges coram schabinus

henrick van brenen ende bengert.

1524 maart 13, rec. 133, folio 17 verso en 18. ( ORAH, copie 16:99/100 )

Vuer desse selve schepenen heefft heer marijs lubbertss mijt wolter rijckss

sijnen gecoren momber daer hij gijnck over den dorpell bekent hoe jacob janss

ende rijkelant sijn echte huisfrouwe in voertijden voer twe schepenen bekent

heben dat de huesinge tegen arnt van coilerss over missen sullen wesen daer

een schepen brieff aff is, heefft heer marijs mijt wolter vurschreven sijnen

gecoren momber als een collatoer ende rector van desse vurschreven huesinge

die twee missen tedoen toe grauwe susteren then ewijge daegen to als sonne-

daeges ende alle hillige daegen die de fraters bedienen sullen soe lange als

pater arnt levet ende nae doet desse vurschreven paters moegen sij se laeten

doen wie dat gueut believet ende moegen sij de fraters voert laeten doen wil-

len sij voert die grauwe susteren van stonde aen dat voerhuijs mijt die kamer

boven die kelre mijtten hoff als heer goert dat plach te bewonen verhueren ende

in ............. holden als van die pachte toe nemen ende aff te korten ende

gheve van elcke misse vijer gulden sjaers XXIIII brab. stuivers voerden gulden

ende off daer enich gebreck veell van ongevall als van brant off neder stort-

inge dess vurschreven huises soe salmen den dienst korten nae advenant als

vurschreven is actum post die gregorii anno XXIIII

Vuer desse selve schepenen heefft heer marijs vurschreven mijt wolter rijckss

sijnen gecoren momber daer hij gijnck over den dorpell voer hem ende sijne

erven opgedragen end overgegeven den ....... van suncte clazen een dachmaet

hoijlants gelegen op rietmeden die hem gegeven was voer sijn patrimonium nae

vermoege eens maechs gescheitz brieff die hij gebruijcket hevet XXXIII jaeren

voer hoer arbeit ende voer die armoud die de grauwe susteren gehadt hebben

mijt sijn zelige broeder heer peter in sijn kranckte tselve sij wall verdient

heben all haddet well beter geweest ende heefft daer op die susteren besijt

ende bruijckweer gedaen daer hij die selve nu will holden ende voer staen toe

allen tijden ende loeffde mede mijt sijn momber vurschreven tot wat tijden dat

gueut vurschreven hijr van enige ander opdracht off vorder vestenisse behoeffe

off enichsins begeerde gerichtlick voer den drost van veluwe off anders geest-

lick off wartlick dat sijn erven ende nacomelingen altijt tot hoene gesinne

hant ende mont te doen sullen sonder wederseggen actum ut supra.

1524 mei 16, rec. 133, folio 24 verso. ( ORAH, copie 16:104 )

Voer Jacob van harderwijck ende coep van vanevelt tuechden Jacob harbertss ende

gerrit koolffss bij oeren eedt sij daer toe deden dat sij daer bij an ende over

sijnnen geweest ende gehoert heben dat heer marijs Lubbertss zeliger die gilde-

meisteren van dat schomaeckers gilde die dienst tweeten twe missen the weecke

dess sonnedaeges ende dess hilligen daeges soe hij een giffter daer aff was

heefft overgegeven ende toe guede gescholden soe dat hij die selve twee missen

sullen moegen laeten doen weell hem believen sall actum op manedach post boni-

fatii.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Marijs Lubbertsz?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Marijs Lubbertsz

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen